donderdag 21 februari 2019

Inkt

Ik ga naar Slot Zeist naar de expositie ‘Inkt’ van Sam Drukker. Sam Drukker ken ik als schilder van grote doeken, hij schildert altijd menselijke figuren met een schijnbaar losse toets, maar ze zijn altijd heel raak getroffen. Hij treft op de een of andere manier de mensen die voor hem poseren in hun wezen. Hij portretteer mensen niet alleen in zijn atelier, maar ook regelmatig in het openbaar. Nu is er een expositie van zijn tekeningen. Geen opsmuk. Geen mooimakerij. Hij combineert het allerlelijkste met het allermooiste, zei hij eens. Veel donkere vieze kleuren, maar dan ook weer prachtig licht. Zo ken ik zijn doeken. En dan nu ineens allemaal ijle tekeningen, schetsen, die volkomen overtuigen van de kunst van het weglaten. Ook hier weer de mens centraal. Veel naakten. Mannen vrouwen, vaak wat ouder, het is wat het is, kwetsbaar, en daarin heel mooi. 

Er hangt ook een reeks Engelse landschappen, gemaakt voor een boek van Marcel Möring. Dat gaat over een onmogelijke liefdesgeschiedenis op reis door een Engels landschap en de illustraties staan in rood afgedrukt in het boek, maar op de tentoonstelling hangen de originelen in zwart-wit. Hij tekent van die landschappen alleen een deel van de achtergrond gedetailleerd, de voorgrond blijft leeg. Het geeft een beeld van beweging, op reis zijn, verder weg is het, niet hier, het is een beetje een melancholiek desolaat gevoel.

Een andere serie is die van paren (man en vrouw) die de liefde bedrijven. Telkens maar een paar lijnen. Bijna niets. Dat maakt het zo intiem. En een reeks hoogbejaarde joodse mannen, die de oorlog overleefd hebben. Zo ijl, alsof ze er bijna niet meer zijn. Zo mooi getroffen. Sam Drukker is zelf ook van joodse komaf, uit Assen, maar zijn ouders hebben hem er vrijwel niets over bijgebracht. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten