K. heb ik al maanden niet gezien. We gaan een rondje langs de Singels doen en dan uit eten aan de Oudegracht. Ditmaal Indiaas. Het is prachtig herfstweer en de terrassen zitten bomvol. Eerst proberen we het terras aan de gracht, maar dat is toch te koud, en dan gaan we naar binnen. Daar krijgen we een klein tafeltje en schuin tegenover mij zit een vrouw die ik meen te herkennen uit een ver verleden. Ze zit almaar op haar telefoon, ik weet het niet zeker, dus ik moet wachten tot ze opkijkt. En ja! 'Ben jij Margreet?' 'Ja ik ben Margreet.'
Ze herkent me niet. Geen wonder. Toentertijd had ik korte wilde rode krullen en nog geen bril. Nu heb opgestoken grijswit haar. En een bril. Heel raar. We kennen elkaar van de studentenvereniging in Groningen en waren vele jaren echt dik bevriend. Toen ik naar Amsterdam verhuisde bleven we elkaar zien. Op een gegeven moment kreeg ze man en zoontje en een jaren dertig woning. Dat stond toen allemaal tamelijk ver van mij af.
Ik wil alles weten, gretig, maar dat kan niet, we hebben allebei ons eigen gezelschap. Woon je nog ik Groningen? Ja ik woon nog in Groningen. Ik ben alleen niet zeker of ze het net zo leuk vindt als ik. Kan me niet meer herinneren wanneer, waarom en hoe we elkaar uit het oog zijn verloren. Enerzijds voelt het vertrouwd maar anderzijds kan ik haar niet lezen. Als ze vertrekt zegt ze alleen maar: 'Nou, tot ziens!' Maar ik wil haar nummer. Daar dring ik op aan. Ik zeg mijn nummer, zij belt mij, en dan heb ik ook haar nummer. Rare belevenis. Vroeger gingen we wel uit eten aan de Oudegracht, ik kwam dan uit Amsterdam naar Utrecht.
De bediening van het restaurant wordt gedaan door drie Engels sprekende meisjes. Zeker niet Indiaas. Slechts een van hen kan een paar woorden Nederlands. Ik vraag naar hun achtergrond en ze blijken Oekraïens. 'We spreken Oekraïens, Russisch en Engels, en we werken alle avonden, en 's morgens slapen we uit. Het lukt tot nu toe niet om Nederlands te leren.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten