woensdag 8 juli 2009

Jong en soepel (2)

Dokter, ik heb enige klachten. Ik hoop dat we erin slagen ze in de toegestane de tien minuten (maximum duur van het consult) alle drie te behandelen. Klacht één: ik heb pijn in beide bovenarmen en schouderbladen, en de pijn is wonderbaarlijk symmetrisch. Fysio en ik doen ons best met oefeningen, maar ik heb mijn twijfel. Die is gezaaid door Reenske die ooit voor fysio studeerde. Zij zegt dat ik naar de huisarts moet. Ook Ekfa - bewegingswetenschapster - is skeptisch over fysio's. Fysio's kijken alleen naar de spieren. Ik moet naar iemand die naar Heel de Mensch kijkt.

Mijn eigen huisarts is er niet, er is een vervangster, een blondette van een jaar of dertig met een paardenstaart. Zij heeft een co-assistentetje van een jaar of 25, óók blond en een paardenstaart, die het woord tegen mij mag richten. Natuurlijk denk ik onmiddellijk aan Nichtje en haar co-schappen. Niet dat Nichtje een paardenstaart heeft.

Ik begin met de enkels. Die zijn al een paar weken wat dik. De Co stelt een paar vragen volgens het protocol en als ze vastloopt vult Dokteres aan. Indedrdaa, u heeft wat vocht in de enkels. Ze zegt dat ik niet te veel moet zitten en niet te veel moet staan. Hoe moet ik dan mijn beroep uitoefenen, vraag ik. Liggend, met de benen omhoog? Dan moet ik een ander beroep kiezen. Vind mezelf wel geestig, maar ze reageren niet op mijn grapje.

De jonge dokteressen lijken geen verschil te kennen tussen mensen van 50, 60, 70 of 80. Ze beschouwen mij gewoon als een bejaarde vrouw. 'Als u een busreis maakt...' Als door een wesp gestoken schiet ik omhoog. Een busreis? Ik? Wat denken ze wel niet? Naar Düsseldorf? Wenen? Benidorm? Het is allemaal niet erg met die dikke enkels zegt ze, het is heel gewoon voor uw leeftijd. Wat er aan te doen zijn plaspillen (Plaspillen?) of steunkousen (Steunkousen?). Ze zijn eerst maar eens voor de steunkousen. Ik krijg zin om zachtjes te gaan wenen. Ik word vast nóóit meer jong en soepel.

Klacht 2 gaat over de pijnlijke schouders enbovenarmen. Dokter hoort mij aan en begint ineens te stralen. Het is net een quiz, diagnose stellen. Met pretoogjes vraagt ze aan de co-assistent: 'Wéét jij het?' De Co weet het níet. Vanwege mijn geslacht een leeftijd en de symmetrie van de klacht, zegt Dokteres, denkt ze aan Polymyalgia Rheumatica. Wilt u het woord opschrijven, vraag ik., want dat is niet te onthouden. Dan kunt u het googelen, zegt ze, glimlachend om die assertieve bejaarde die ze voor zich ziet.

Nu mag ik naar het laboratorium om me te laten prikken. Bloedbezinksel kan hierover uitsluitsel geven. Als ik dit zou hebben dan is remedie prednison. Prednison? roep ik. Dan krijg behalve dikke enkels ook nog een dikke kop! Ik maak me geloof ik niet populair, zegt Dokteres, wederom minzaam glimlachend.

Voor de derde klacht heeft ze inderdaad geen tijd meer. Niet dat er nog een patient is, want ik ben de laatste, maar de tijd is op. Maakt u maar een nieuwe afspraak.

Ik ga naar Nichtje, de co-assistent. Verontwaardigd. Doe jij ook zo tegen mensen van 50, vraag ik. Leren jullie dat op school? Dat iemand van 50 oud is? Nee, zegt Nichtje, maar ze staat gewoon op at random. Dat moet je niet doen tegen mensen als jij. Tegen níemand, zeg ik boos. En hoe kan je je klachten bespreken als je na tien minuten de spreekkamer weer uit moet? 'Altijd een dúbbele afspraak maken', zegt Nichtje praktisch.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten