donderdag 29 oktober 2020

IJl

We hebben gevraagd of we een nachtje langer mogen blijven en dat mag. Helaas ben ik bijna door mijn creabea-materialen heen, want omdat het weer nogal onstuimig is is er van lange wandelingen is weinig sprake. Op mijn kamer is eigenlijk het enige wat ik wil doen tekenen en kleuren. Ik had vooraf wat ‘herfstmandala’s’ geprint. Nu met mijn aquarelverf wordt het veel mooier dan met die ecolinestiften. Die waren duur en wel de miskoop van het jaar. 

Er zijn nu maar vijf gasten, twee zijn vertrokken. Omdat we niet handen geven, onder het eten niet praten en überhaupt afstand houden is kennismaken er niet van gekomen en nu weten we elkaars namen niet. Je ziet wel van alles. Een van de gasten, een magere jongen, krijgt steeds apart eten en lekkere hapjes, hij heeft ook zelf van alles mee aan kwark en granen, hij blijkt ernstige gluten allergie te hebben. 

Dan heb je van die kleine belevenissen. De eerste dag was er te weinig warm eten. We zouden allemaal een eigen schaaltje pasta krijgen om het heen en weer lopen te vermijden (we zitten immer allemaal aan aparte tafels) maar er waren maar vier schaaltjes in plaats van zes dus ging iedereen Heen en weer lopen om eerlijk te verdelen. Ondertussen ging eentje naar de broeders om te zeggen dat er niet genoeg was. Daar concludeerden ze dat wij enorme hongerlappen zijn en gisteren hadden we én dikke soep, én vier schalen machtige ovenschotel met veel aardappelen en kaas, en toen iedereen twéé pannenkoeken toe. Toen bleef de helft staan.

Vanmiddag na het eten zijn de broeders een middagje vrij. Ze mogen uitwaaien. ‘De jongeren, onder de zestig,’ grapt de gastenbroeder. Monnikenhumor. Ze moeten ook altijd wat, ze hebben een strikte dagorde en honderden taakjes en verantwoordelijkheden.

De buienradar voorspelt dat het vanmiddag weer regent, dus dan moet ik maar gauw voor de eucharistie van 09.30u een herfstwandelingetje maken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten