Het is Koningsdag, maar die festiviteiten zijn aan mij niet zo besteed. Bobby heeft zin om aan de dakgoot beginnen en vraagt of ik mee wil om zo nodig ondersteuning te bieden. Nou eigenlijk niet, maar vooruit dan.
Zolang ik niet nodig ben ga ik maar verder met mijn ‘akkertje’ van anderhalve vierkante meter.
Her en der zie ik dat diverse tuinen houten raamwerken om hun groentebedden hebben. Het ziet er daarmee heel verzorgd en beheerst uit, maar is het nódig, vraag ik me af. Het zijn als je het opzoekt nogal dure krengen. Het belangrijkste van het idee van die bakken is dat je er goede aarde in stort en worteldoek ónder die aarde, zodat het onkruid minder kans krijgt.
Maar op voorheen mijn moestuinen bij Utrecht Natuurlijk (eerst aan de Klopvaart en later in Oud-Zuilen) deed je de zaadjes en/of plantjes gewoon in de volle grond. Mijn zijn leven lang al moestuinierende zwager in MeckPom doet dat ook altijd in de volle grond. Fanatiekelingen bij Utrecht Natuurlijk gooiden er een laag compost op en door. Ik kocht altijd korrels mest. Hier heb ik zelf twee compostbakken. Ook dat moet ik nog even leren.
Ik haal mijn groenteplantjes het liefst bij een kweker in Harmelen (op vrijdag) of op de plantjesmarkt (op zaterdag), omdat je ze daar per stuk kunt kopen en niet per zes zoals in het Tuincentrum, maar dat kan niet op woensdag. Dus ik naar het nieuwe tuincentrum Steck - voorheen tuincentrum Overvecht - waar ze op Koningsdag open zijn. Daar hebben ze nog niet zoveel groenteplantjes, maar ik scoor toch een courgette en zes bietjesplantjes. Wordt vervolgd.
De afgelopen jaren ging ik de groenteplantjes steeds eerst een weekje opgekweken op mijn oppottafel voor ik ze in de moestuinbak deed, nu heb ik dat geduld niet en probeer ik het meteen in de volle grond. Zou het blijven staan of zijn hier allemaal dieren die alles opeten?
‘Ik zie groentebedden verschijnen!’ roept Bobby die met zijn dakgoot steeds dichterbij komt. De dakrand is niet wat je noemt recht, dus de goot sluit niet altijd aan. Dat moet wel natuurlijk, anders heb je er niets aan. Dus hij gooit glaasjes water op het dak en checkt of dat water wel in de goot terecht komt. Soms niet en dan moet de beugel weer los en/of verbogen. Het is niet het juiste woord, maar ik vind dat zo schattig.