Posts tonen met het label Nichtje. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Nichtje. Alle posts tonen

zaterdag 11 maart 2017

Baby

In de avonduren stort ik me op Bébé. De foto van Bébé dan wel  te verstaan. Baby's zijn heel moeilijk om te tekenen en zeker met mijn techniek met de klare lijn. De eerste tekening die eruit kom is wel aardig, maar lijkt niet echt, maar de tweede (deze dus) is weer helemaal raak. Apetrots. 


woensdag 8 maart 2017

Vrouwendag

Bébé
Mandy vindt het maar typisch dat ik precies op Internationale Vrouwendag mijn werk ga verzaken door op Bébé te gaan passen. Het komt ook helemaal niet uit, geef ik onmiddellijk toe, maar ik doe het toch. Omdat ik het zo leuk vind zou ik niet weten waarom ik het níet zou doen. 

Het is leuk, Ik heb nu niemand meer achter de hand, ik mag het helemaal zelf doen. Bébé huilt af en toe, maar dan geef ik haar  een flesje Moedermelk en dat helpt goed. ('Ja, lekker veel flessen - tantes mogen dat!' reageert Bien met wie ik per mail blijf doorwerken). Het is bijzonder om zo huisvrouwelijk thuis te zijn. Er komen postbodes met pakjes en dan weer buurvrouwen voor de pakjes. Ik vraag een buurvrouw binnen: 'Wil je mijn baby zien?' En later belt ze weer aan: 'Zal ik boodschappen voor je meenemen?' Wat heb ik een mooie Vrouwendag!

Bébé woont in Nijmegen. Best ver. Maar dat weer houdt me niet. Sterker nog: ik heb me bij nog een Bébé (van 6) aangemeld, als oppastante. In de buurt van Oss. Ook lekker handig.

zaterdag 11 april 2015

Samen kleuren

Dat is dan weer zo'n mooie gebeurtenis. Geheel onverwacht komt Nichtje me redden. Helemaal vanuit Nijmegen. Zullen we kleuren? vraagt ze. Kleuren? Het blijkt dat ik haar jaren geleden een mandala-kleurboek cadeau heb gedaan, waar ze niet heel veel mee gedaan heeft, maar dat ze nu empatisch kan inzetten. 

Ik maak risotto en als het eten op is kiezen we elk een prachtige oriëntaalse kleurplaat. Bobby komt thuis van het schilderen en kiest voor ons  Ambrosiaanse kerkmuziek uit de 3e eeuw. 

Ze heeft nog nooit gehoord van de rage kleurboeken-voor-volwassenen waarvan er afgelopen jaar honderdduizenden over de toonbank gingen. Nu ben ik er wat huiverig voor. Wij waren voorlopers, zegt Bobby.

Zo gaat ons paradijs er straks in ons knusse kleurige grote nieuwe huis uitzien.

woensdag 25 september 2013

Labyrint

Nichtje en ik hebben allebei een vrije dag. We gaan naar het Sloterpark. Uit mijn Amsterdamse leven ken ik het Erasmuspark en het Rembrandtpark uit m'n periode Bos & Lommer, het Twiske uit de periode in Noord, het Vondelpark en het Amsterdamse Bos uit de periode Jordaan, en nu dan het Flevopark. Het Sloterpark ken ik eigenlijk niet - Far West ligt nogal uit de route. Maar het Sloterpark heeft sinds een tijdje een labyrint en dat wil ik graag zien en lopen. Om telkens naar Hoofddorp af te reizen als ik zin heb in een labyrint... Maar eens deze proberen. 

Omdat we eerst het gehele leven moeten doorpraten doen we eerst het Rondje Sloterpark (6 km), om het meer heen, en dan pas het labyrint. Want dan moet je toch wel een kwartier je mond houden. Daar zijn Nichtje en ik in elkaars gezelschap niet goed in. 

Zij kent het hele fenomeen labyrint niet. Ben altijd een beetje bang dat mensen het stom vinden. ('Ben jij spiritueel?'), terwijl ik het gewoon léuk vind. En er gebeurt van alles met je. Zo draaien wij een kwartier om elkaar heen op het labyrint. 'Wat vond je ervan?' vraag ik na afloop. 'Ja, wel leuk', zegt ze.

woensdag 23 januari 2013

Vluchtkerk

In de besneeuwde duinen spreken we het hele leven bij. Nichtje is van baan basisarts in een ziekenhuis, en daarnaast doet ze onder meer vrijwilligerswerk bij Dokters van de Wereld. Die organisatie zorgt dat mensen in kwetsbare posities niet vergeten worden en helpen hen. Ze doen dat werk niet alleen in ontwikkelingslanden maar ook in Nederland, voor migranten zonder verblijfspapieren, voor mensen die om wat voor reden dan ook geen toegang hebben tot zorg.

Nichtje bezoekt nu met een groep andere jonge artsen als vrijwilliger de Vluchtkerk in Amsterdam West. Het is, zegt Nichtje, een heel koude kerk, er wonen momenteel ruim 100 behoorlijk gestreste mensen op een kluit. Wat die mensen gedaan hebben, of ze slachtoffers zijn of daders, of ze vriendelijk zijn of agressief, of ze psychische problemen hebben, of ze handtastelijk zijn..., het is steeds weer gissen. Wil je het weten? 

Hoe idealistisch ook, ze heeft ook een nuchtere kijk op de patiënten daar in die Vluchtkerk. Hoe veeleisend ze zijn. Vanochtend was de medicijnkist kwijt. Toen heeft ze ferm gezegd dat de vrijwillige artsen, die élke dag langskomen, niet meer komen als die kist niet terecht komt. Power play. Twee uur later is de medicijnenkist terug. Ik ben trots op haar.

Kun je geen blog beginnen over je leven, vraag ik. Het is zó boeiend om te volgen! Ze vindt de vraag wel vleiend, maar ik weet het antwoord al.

En ondertussen maken we maffe foto's van elkaar.

woensdag 19 september 2012

Surprise

Nichtje wordt 30. Haar feestje - surprise party - begint om 21.30. Het feestvarken is er nog niet. Ik blijf maar een half uur hoor, roep ik bij binnenkomst. Als ik met de laatsten vertrek herinnert de ober me er fijntjes aan.

Nichtje onthult dat ze naar Nijmegen solliciteert. Moet je doen, zeg ik.

maandag 6 augustus 2012

Oost

Nichtje komt eten. We eten Indiaas. Wat is het leuk en wat is het jammer dat ze niet meer hier om de hoek woont.

 Je was een echte Oost-believer, zeg ik, en nu zit je in Wést. West is ook leuk, zegt ze bijna verontschuldigend. Dat weet ik ook wel. Sterker nog: West is leuker dan Oost. 

Maar we hebben Oost toch ook wel een paar hotspots en dus sluiten we de avond af bij Studio K. Heerlijk leuke plek. Daar zijn we het geheel over eens. Dan moet zij nog een half uur fietsen naar West.

donderdag 1 maart 2012

'Dit is een blijvertje' (2)

Er doet zich weer een nieuw personage voor in het leven. Voorlopig nog in de periferie, maar misschien wel snel dichterbij en for ever. Leuk is dat toch. Hij is muzikant en staat ook op YouTube. 'Ik ken  dat niet', zegt hij, 'dat je tante komt eten.' 'Tante, tante', raaskal ik, 'ik ben wel een tánte, ja, maar ik ben ook géén tante. Nichtje en ik zijn gewoon vriendinnen'. Nichtje beaamt dat gelukkig.



(Zie 'Dit is een blijvertje'-1)

zondag 9 oktober 2011

Girl, I'm gonna miss you

Exit Nichtje. Ze sms't dat ze in Reenske's bubbelbad zit. Het was een mooie maand. Bobby zegt dat Nichtje en ik behalve een sitcom ook elkaars Gezinsvervangend Tehuis waren. Er komt spontaan een liedje voor haar bovendrijven: 'Girl I'm gonna miss you' van Milli Vanilli.

Het is een liedje met een heel drama, herinner ik me weer. Milli Vanilli was een Duits/Frans popduo (Fab Morvan en Rob Pilatus) die berucht waren omdat ze hun Grammy Award moesten inleveren toen bekend werd dat ze zelf geen noot gezongen hadden van het album waarvoor ze een Grammy wonnen en dat ze playbackten tijdens live-concerten. Het was 1990. Maar dit terzijde.

Ik kom gewoon weer terug, zegt Nichtje. Je komt gewoon weer terug, zeg ik. Misschien komt ze wel weer terug. Het is ook wel een beetje veel: Mutti weg, Vespa weg, Nichtje weg... Het liedje 'Girl I'm gonna miss you' is voor alle drie.

dinsdag 13 september 2011

'Zij is het liefste wat ik heb'

Guus Kuijer doet ook mee op Twitter. Hij plaatst gedichten van max 140 tekens: 'Ik heb een poes / zij heet niet Bep / ze is het liefste wat ik heb / en als u mij soms niet gelooft / krijgt u maar een waterhoofd.'

Vespa. Bobby vindt het huishouden met Nichtje en mij (en af en toe hemzelf erbij) net een sitcom. Mooi scenes in de sitcom vormt Vespa, die wel iets minder neusverkouden is nu dan een maand of twee geleden, maar nog steeds wel behoorlijk neusverkouden. Vespa haar neusje moet minstens driemaal daags gereinigd. Jak. Snuiten doet ze doorgaans niet, maar soms ineens wel. En dan doet ze dat liefst 's nachts bij je hoofd.

Ik kom erachter omdat zowel Nichtje als ik in het weekend onverwacht impulsief onze lakens in de wasmachine gooien. Blijkt dat Vespa ook bij háár bij een ontwaken heel hard heeft geniest en daarna was de vette kattesnottebel weg. Niet meer aan Vespa's neusje, maar ook nergens in het bed te vinden. Jak!

maandag 4 april 2011

Leun Op Mij

Nichtje heeft een fout gemaakt op haar werk en is daarvan behoorlijk van slag. Leermomentje, zeg ik levenswijs, laat even aan je baas weten dat je je realiseert dat het een foutje was, dat het niet meer gebeurt: leermomentje...

Tot nu toe heeft zij zich op de been gehouden met het nummer 'Leun op mij' van Ruth Jacott. Maar wat bedoelt Ruth eigenlijk, vraagt Nichtje zich af. Voor wie zingt ze dit? Of bedoelt ze God? Ik, God, Ruth Jacott? Of zingt ze het aan een kind? Ik denk dat ze het aan haar Geliefde zingt. Even mag hij / zij leunen. We komen te spreken over Ruth Jacott, die altijd van die gevoelige liedjes over groot ongeluk zingt waarbij ze naar mijn smaak veel te sensueel danst. Tekst en lichaamstaal zijn niet congruent.  

Dan breng ik Juana la del  Pipa in en Nichtje gelooft haar ogen en oren niet. Is dat een vrouw? En wat zou Juana zo dramatisch zingen? 'Mijn Moeder Heeft Alzheimer en Mijn Kat Diabetes', playbackt Nichtje Juana, 'En Ik Moet De Afwas Ook Nog Doen! Olé!' En maar wulps dansen, bij wat je ook zingt.

Dat is zo heerlijk van met Nichtje verkeren: dat we alles tegelijk doen en van de hak op de tak gaan en alles roepen en zingen en uitbeelden wat we denken. Dat de dierenarts haar heeft beschuldigd van hoogverraad dat zijn we al dansend na een uur helemaal vergeten.

woensdag 23 maart 2011

Ze is weer aangekomen!

Met de glucosewaarde is het helemaal goed, stelt de dierenarts vast. Die is 8. Dat is goed. Daarvoor hoef ik niet meer terug te komen. Maar Vespa is niet afgevallen, moeten we constateren, ze is áángekomen. We zitten nu weer op 5510 gram! Hoe kán dat nou! zeg ik. Ik hou me zo precies aan het dieet! 25 gram 's morgens, half blikje 's avonds.

'Vespa was toch uit logeren?' vraagt de dierenarts. 'Waar was ze uit logeren?' 'Bij mijn Nichtje', zeg ik. 'Maar die heeft zich absoluut aan de toegestane grammen gehouden'. 'Hoe weet u dat zo zeker?' vraagt de dierenarts. 'Dat zegt ze', zeg ik, 'en ik geloof haar.' 'Dat logeren is vaak een probleem', zegt de dierenarts. 'Mensen vinden het toch heel moeilijk om zich aan die grammen te houden. Een béétje extra, zeggen ze dan, maar dat béétje kan net iets te veel zijn... Ik zeg niet dat uw Nichtje de grammen overtreden heeft, maar Vespa wàs de vorige keer 5380 gram... 

Misschien zijn er duizend andere redenen waarom Vespa aangekomen is. Maar nu heeft ze toch twijfel gezaaid!

woensdag 1 december 2010

'Dit is een blijvertje'

Bij de nazit van de Eerste Voorspeelavond van Jongste Nichtje is ook Nichtje met haar vriend Mulya. 'Dit is een blijvertje',  zegt ze. 'Hij kookt, hij wast af, hij zet koffie, wat wil je als meisje nog meer?' Aan de andere kant van de tafel vertelt iemand dat hij naar een comedy-voorstelling  getiteld 'Dan maar niet gelukkig' is geweest. 'Is dat je levensmotto?' vraag ik. Anders wil Nichtje het wel als levensmotto. 

We weten niet wat de beste titel is boven deze foto. 'Dit is een blijvertje', of: 'Dan maar niet gelukkig'. Het is helemaal niet leuk, maar we snikken van het lachen.

Jongste Nichtje heeft een hele leuke nieuwe vriendin mee, die ook op het Conservatorium zit en een Diabelli heeft gespeeld. Zij is kijkt met grote ogen naar die grappende familie. Tegen mij zegt ze aan het eind: 'U bent zeker de leukste thuis.' Au.

zaterdag 30 oktober 2010

Geheimtip

Nichtje neemt ons na afloop van de eed mee naar Iraans restaurant Daar Baand aan de Overtoom. Waar je kunt parkeren in het Revalidatiecentrum à 1,30 euri per uur. Dit restaurant is een ware Geheimtip. Aan de buitenkant zie je het niet, denk je dat het een veredelde snackbar is. Het is er dan ook goed vol met leuk publiek.

We laten de tafels volzetten met tapas, mezze, of hoe die voorgerechtjes per land ook al heten. Zoals we vaak ook doen bij een Turks of Libanees restaurant. Er zijn ook Haagse tantes van Nichtje mee, schoonzussen van haar vaderskant. Ik zit bij hen aan tafel. Zij gaan eigenlijk nooit uit eten, vertellen ze, en genieten van volle teugen van alle onbekende smaken. Wij ontwikkelen een bijzonder gezelschapsspel, want we zitten met zijn vijven en de mezze worden vaak in porties van vier voorgezet. Om de beurt krijgt iemand de opdracht om het eten te verdelen in vijf porties. Grappig is dat.
Neef Timmy heeft nieuwe verkering. Zij heet Alie, komt uit Hardenberg en heeft ook een snik met het Noorder Dierenpark. Zij straalt en straalt en straalt dat het een oordeel is. Allebéi stralen ze. Het kost haar denk ik geen enkele moeite zich in de familie in te knokken. Op een gegeven moment begint ze me steeds te fotograferen (hoop dat ze me de foto's stuurt!). 'Wil je soms óók Lievelingsnichtje worden', vraag ik haar. Dat kan! Want ik heb een groot hart. Maar daar moet je wel wat voor doen. Neef Timmy belooft dat ze gauw langskomen.

Aan het eind van de avond laat Nichtje de waterpijp aanrukken. Samen met Jongste Nichtje lurken zij hartstochtelijk aan de waterpijp. Ik laat me niet kennen en doen ook mee. We doen ons een beetje denken aan een opiumkit, maar dat is niet zo. Het is zoete nicotine.

vrijdag 29 oktober 2010

Zo waarlijk


De Eed van Hippocrates in hedendaags Nederlands (de versie van 2003): 'Ik zweer/beloof dat ik de geneeskunst zo goed als ik kan zal uitoefenen ten dienste van mijn medemens. Ik zal zorgen voor zieken, gezondheid bevorderen en lijden verlichten. Ik stel het belang van de patiënt voorop en eerbiedig zijn opvattingen. Ik zal aan de patiënt geen schade doen. Ik luister en zal hem goed inlichten. Ik zal geheim houden wat mij is toevertrouwd. Ik zal de geneeskundige kennis van mijzelf en anderen bevorderen. Ik erken de grenzen van mijn mogelijkheden. Ik zal mij open en toetsbaar opstellen, en ik ken mijn verantwoordelijkheid voor de samenleving. Ik zal de beschikbaarheid en toegankelijkheid van de gezondheidszorg bevorderen. Ik maak geen misbruik van mijn medische kennis, ook niet onder druk. Ik zal zo het beroep van arts in ere houden. Zo waarlijk helpe mij God almachtig / Dat beloof ik.'

Twaalf jonge artsen zeggen op de Eed van Hippocrates 'Dat Beloof Ik'. Maar Nichtje heft haar hand en zegt: 'Zo Waarlijk Helpe Mij God Almachtig'.

Professor Ron Peters, op de foto net van de foto afgevallen, houdt een indringend verhaal over de idealen van deze jonge artsen en de kans dat ze in de loop van de tijd hun idealen verliezen. Zijn onderwerp is de communicatie van artsen.

Oorspronkelijk klinkt de eed van Hiipcrates als volgt: 'Ik zweer bij Apollon de genezer, bij Asclepius, Hygieia en Panacea en neem alle goden en godinnen tot getuige, om naar mijn beste oordeel en vermogen de volgende eed te houden. Ik zal naar mijn beste oordeel en vermogen en om bestwil mijner zieken hun een leefregel voorschrijven en nooit iemand kwaad doen. Nooit zal ik, om iemand te gerieven, een dodelijk middel voorschrijven of een raad geven, die, als hij wordt gevolgd, de dood tot gevolg heeft. Nooit zal ik een vrouw een instrument voorschrijven om een miskraam op te wekken. Maar ik zal de zuiverheid van mijn leven en mijn kunst bewaren. Het snijden van de steen zal ik nalaten, ook als de ziekte duidelijk is; ik zal dit overlaten aan hen die hierin bekwaam zijn. In ieder huis waar ik binnentreed, zal ik slechts komen in het belang van mijn patiënten. Mijn leermeester zal ik eren en liefhebben als mijn ouders; ik zal in gemeenschap met hem leven en zo nodig mijn bezit met hem delen, de kunst leren zonder vergoeding en zonder dat daartoe een schriftelijke belofte nodig is; aan mijn zonen, aan de zonen van mijn leermeester en aan de leerlingen die verklaard hebben zich aan de regelen van het beroep te zullen houden, aan hen allen zal ik de grondslagen van de kunst leren. Al hetgeen mij ter kennis komt in de uitoefening van mijn beroep of in het dagelijks verkeer met mensen en dat niet behoort te worden rondverteld, zal ik geheim houden en niemand openbaren. Moge ik, als ik deze eed getrouwelijk houd, vreugde vinden in mijn leven en in de uitoefening van mijn kunst, maar moge het tegenovergestelde het geval zijn indien ik hem schend. Ik zal mij verre houden van iedere welbewuste slechte daad en van elke verleiding, in het bijzonder van de geneugten der liefde met mannen of vrouwen, of zij vrij zijn of slaaf.'

Trots op Nichtje

Nichtje gaat vandaag haar bul krijgen. Dan is ze dokter. Arts. Ik ben zo trots op haar. Straks ga ik naar het AMC naar Collegezaal 2, en daar ga ik een partij heel erg trots op haar zijn. Trots Op Nichtje.

In de fotoboeken des levens probeer ik te traceren hoe lang Nichtje en ik al vriendinnen zijn. In Noord is het gekomen. Het was zo 1995. Zij was veertien. Ik woonde in het wijkje Twiske-West, Amsterdam, maar tegen Oostzaan aan, ver weg van wat men de stad noemt. Minstens een half uur fietsen, al naar gelang. Naar de pont over het IJ, wel te verstaan, en dan oversteken en dan nog naar de plaats van bestemming.

Na een paar maanden tegen weer en wind in fietsen kocht ik een brommer. Een Vespa Ciao.  Zo schokkend als sommigen collegaatjes het vonden dat ik in mijn studententijd werkster ben geweest... ik heb ook een brommer gehad. Is dat ook zo'n schok? Geweldig, een brommer, kan ik iedereen aanbevelen. Ik heb de neiging nu ik in Zeeburg woon er weer een te nemen. Het schiet echt op met een brommer. Alleen die helm... Toen werd het dus een auto. Zo werd ik langzaam volwassen.

Bij een van de logeerpartijen gingen Nichtje en ik  kanoën op Het Twiske. Dat is een groot meer in het natuurgebied tiussen Amsterdam, Zaanstad en Purmerend. We woeien met de kano's zo naar de overkant van het meer en konden niet meer terugkomen. Hoe hard we ook peddelden, het schoot hgeen meter op. Vooral Nichtje kon het niet. Maar ze móest. Dóórkanoën, blafte ik - in mijn herinnering althans - tegen haar. Niet stoppen, dóór, dóór, dóór! Pas toen we terug waren na een half uur keihanrd peddelen bekende ik dat ik doodsangsten had uitgestaan dat ze zou omslaan en jammerlijk verdrinken. En dat dat mijn schuld was. En dat ik daar mijn hele verdere leven onder gebukt zou gaan.

Maar we kwamen gewoon veilig thuis en gingen tekenen. Ze tekende golfjes. Golfjes golfjes. Zelf weet ze dit niet meer. Gelukkig maar.

zondag 19 september 2010

Schola Cantorum Amsterdam

Om de zondagsrust in stijl af te sluiten gaan we naar de Vespers in de Nicolaaskerk. Daar worden zondags om 17 uur Gregoriaanse avondgebeden gezongen, om de week afwisselend een mannen- en een vrouwenkoor. Schola Cantorum Amsterdam heet het koor. Vandaag zingt het het vrouwenkoor. Er zingen maar vier vrouwen in. En witte pijen met een koord om het middel staan middelbare vrouwen niet echt. Maar als ze zingen ben je dit soort futiele uiterlijkheden onmiddellijk vergeten.

Het is prachtig. Ik kan geen componist noemen, want zoiets biedt het Gregoriaans geloof ik niet.

Het schemert al als we aankomen, het is er half duister, ook binnen, en er zijn maar een paar tientallen toehoorders, van wie minstens de helft loslopende toeristen. De muziek cirkelt om je hoofd, door je hoofd, je moet je er helemaal aan overgeven en het is heerlijk. Kon je maar elke dag je dag hier zo afsluiten.

Voor wie zich zorgen mocht maken: ik ben niet helemaal vergeestelijkt hoor. Na afloop van de Vespers gaan we naar de afterparty van Nichtje's verjaardagsfeestje, waar we chips eten, wijn drinken en de foto's van haar beklimming van de Kilimanjaro bekijken.

dinsdag 27 juli 2010

Het Feest der Nichtjes

'Even Belletje Trekken bij Tante', bedenken de Nichtjes op zomaar een maandagavond. Nichtje is ineens weer terug uit Tanzania en Jongste Nichtje is bij haar te eten. Dus wandelen ze door de buurt naar Tante.

Het is mijn eerste avond na weer aan het werk te zijn gegaan. Ik heb gekookt en afgewassen, twee uur aan mijn vakantiefotoboek geknutseld, hardgelopen en zit klaar voor de nieuw NCRV-serie 'In Therapie'.

Bijna zeg ik tegen ze: 'Het komt niet zo goed uit, ik wil graag naar "In Therapie" kijken.' Maar dan besef ik gelukkig op tijd: Wat een waanzin! Lucie Theodora! Dit is het leven! Nichtjes op bezoek. De Nichtjes en ik drinken muntthee, wijn en cola, en doen anderhalf uur luid gekakel en gelach. Zij vertellen over de klimtocht naar de top van de Kilimanjaro (5700 m), over het leiden van een jeugdkamp te Zeewolde, en ik laat alle boeken die ik gelezen heb zien. Want ik moet als Tante toch een Rolmodel zijn. En verder lachen we over onszelf, elkaar, de jongens, de meisjes en de humeuren. Wat een feest!

donderdag 1 april 2010

Nichtje in Afrika

Nichtje is co-assistent en gaat nu drie maanden in een ziekenhuis op het Tanzaniaanse platteland werken. Te Sengerema. Ze is nu een week weg, maar gelukkig is haar eerste blog verschenen. Ze beleeft erg veel. Altijd. En nu ook weer. Deze foto is niet van haar, maar zo stel ik me haar voor.

Het klinkt heel exotisch, werken in een ziekenhuis in Tanzania, en dat is het ook, maar vele co-assistenten gingen haar al voor, zie ik nu ik informatie en een plaatje van haar nieuwe woonplaats zoek.

Iemand die haar voorging daar schreef: 'Ik heb gekozen voor het Sengerema Designated District Hospital. De meeste ziekenhuizen in dit land zijn opgezet door missionarissen in samenwerking met de locale kerken. De ziekenhuizen waar wij terechtkomen zijn vaak gelieerd aan Nederlandse kerkgenootschappen. In 1959 hielpen ‘the brothers of Mercy of Johannes de Deo’ uit Nederland om het ziekenhuis in Sengerema op te zetten. Op dit moment wordt het ziekenhuis ook nog geleid door zuster M. J. Voeten, een Nederlandse non en een bodemloze put van doorzettingsvermogen. Te bedenken dat zij al 13 jaar hier woont en werkt en te maken krijgt met de zorgen, frustraties en problemen waar wij na 3 maanden al moedeloos van werden.'

'Het ziekenhuis telt 240 bedden met 350 patiënten, want 2 patiënten per bed is geen uitzondering. Het ziekenhuis bestaat uit een afdeling gynaecologie, kindergeneeskunde, interne geneeskunde vrouwen en mannen en chirurgie vrouwen en mannen. Er zijn 7 dokters in het ziekenhuis naast zuster Voeten, die elk een afdeling onder hun hoede hebben. Wij kunnen als coassistent zelf aangeven welke afdelingen we in geïnteresseerd zijn. Er is overal werk genoeg. De zusters kunnen vaak redelijk Engels en helpen je met de visite. Aan het einde van je stage merk je wel hoe fantastisch het is om in het Kiswahili zelf met de patiënten te kunnen communiceren. Dan krijg je soms de verhalen van de patiënten in geuren en kleuren te horen, in plaats van een zeer verkorte versie. Op deze manier gaat alles toch meer leven.'

- De bouw van het ziekenhuis

zaterdag 20 maart 2010

Trio De Tantetjes

Tante Lucie Theodora, Tante Nichtje en Tante Jongste Nichtje tezamen met de nieuwste generatie Nathan en Jemimah. Op een brug over over de Vecht. Te Vreeland alwaar we pannenkoeken gaan eten.

- Posted using BlogPress from my iPhone