Dinsdagochtend. Eerst ben ik nog best blij, want ik haal nèt de juiste trein, maar uitstappende op Station Bunnik wordt het humeur wat minder. Mijn fietsslot gaat niet open. Hangslot. Muurvast. Geen beweging in te krijgen. WD-40, denk je dan, want daar lost Bobby altijd alles mee op, maar ja, dat heb ik niet in mijn damestasje. Na vijf minuten vruchteloos wrikken ga ik maar lopen.
De andere forenzen, van wie de meesten naar de immense frisdrankenfabriek Vrumona rechts van het hek lopen, zijn al uit zicht. Het hek is van Vrumona. Hun poort is helemaal aan het eind. Ik moet dan nog eens een stuk verder. Mijn werk is vanaf het station is slechts vier minuten fietsen maar wel een kwartier lopen. Nu moet ik hier iets positiefs uit destilleren. Hoe goed lichaamsbeweging is, en hoe gezond de wandeling. En dat op dinsdagmorgen.
De andere forenzen, van wie de meesten naar de immense frisdrankenfabriek Vrumona rechts van het hek lopen, zijn al uit zicht. Het hek is van Vrumona. Hun poort is helemaal aan het eind. Ik moet dan nog eens een stuk verder. Mijn werk is vanaf het station is slechts vier minuten fietsen maar wel een kwartier lopen. Nu moet ik hier iets positiefs uit destilleren. Hoe goed lichaamsbeweging is, en hoe gezond de wandeling. En dat op dinsdagmorgen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten