Nog snel even een selfie van mijn Milva-gips in de wachtkamer voor de gipskamer, en dan is hoop ik deze verhaallijn ook weer over. Het is eigenlijk heel snel gegaan en heeft me weer een nieuw stukje Utrecht leren kennen. En vertrouwen in de bus, want vandaag ben ik binnen een half uur bij het Diac, zoals ze hier zeggen.
In de wachtkamer zit ook een dame van in de zestig met net vers gips om haar onderarm en een mitella. Ze is nog heel onhandig. Ze weet niet hoe ze moet douchen, vertelt ze. 'Als het goed is ben ik er van af', zeg ik. 'U mag mijn douchezak wel overnemen voor de helft van de prijs. Hij is heel fijn.'
Behalve dames van zestig zitten er ook diverse jongetjes met gips in de wachtkamer. En mannen met gebroken benen. De gebroken pols is niet voorbehouden aan dames van zestig, ook wilde jongetjes hebben gebroken armpjes. Het jongetje in de gipskamer naast mij huilt en schreeuwt heel hard. Wat zouden ze met hem doen?
De gipsverbandmeesteres van de dag komt met een cirkelzaagje om het gips te verwijderen. 'Het ziet er enger uit dan het is,' stelt ze me gerust. 'Het cirkelzaagje draait niet, maar trílt. Het kan niets op het verband en de huid.' Dat moet je dan maar weer geloven.
Nu moet ik drie weken voorzichtig aan doen. En oefenen. Geen zware tassen dragen. De spieren en pezen zullen stram en stijf zijn.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten