Natuurlijk heeft de moestuinjuf commentaar op de doos met spullen die ik van het tuincentrum heb meegenomen. Ook moet ze erg lachen dat ik al sla geplukt en opgegeten heb: 'Dat is veel te vroeg! Het is nog helemaal geen krop!'
In mijn doos zit een bakje met jonggekweekte 'gemengde mosterdsla' en een met 'rode ijsbergsla', maar volgens haar is dat spul zoals dat in kassen opgekweekt wordt helemaal niet sterk. 'Albert Heijn sla', schampert ze. 'Dat zetten mensen in de vensterbank!'
Ook schampert ze op de bloeiende bieslook die ik op mijn verjaardag had gehad. 'Dat is overjarige bieslook, die kun je niet meer eten.' 'Mag ik wel in de tuin zetten,' vraag ik. En dat mag natuurlijk. Zelf weten. Evenals mijn venkelplantje. 'Ja', zegt ze, 'wat wíl je ermee?' 'Venkel eten?' antwoord ik aarzelend, want dat zou ook wel weer eens een antwoord zijn waarop ze gaat schamperen. En inderdaad. Dan moet ik die venkelscheuten een voor een lospeuteren en apart in de grond zetten. Misschien wordt het wat.'
Een veldje veldbloemen raadt ze ook af. Of ik moet een rechte regel doen. 'Maar ik wil juist geen rechte regels', zeg ik. 'Waarom al die rechte regels?'
Ze schampert trouwens wel goedmoedig. Later zegt ze ook nog dat ze erg van eigenwijze leerlingen houdt. We zijn og maar met zijn tweeen. Hasan en ik zijn erg ijverig. Onze medecursist M. is na de derde les niet meer gekomen. Zijn grondje is al bijna overwoekerd. Hij is psychisch, zegt de juf. Mag ik zijn landje? vraag ik. Maar zijn landje mag ik niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten