Onder de Geschwister is een kleine discussie ontstaan over het woord Geschwister. Wij zijn met vijf zussen en een broer. Om de aanhef 'Lieve zussen en broer' te vermijden schreven wij zussen de laatste maanden Liebe Geschwister als aanhef voor de mailtjes-aan-allen. Maar niet iedereen had door dat die term de broer ook insloot.
Gisteren kwam Zus1 met de term 'brussen', die ze in Trouw gelezen heeft. 'Het is eigenlijk hulpverlenersjargon voor broertjes en zusjes
(brusjes dus) van een kind 'met een vlekje' zeg maar. Misschien een aardige
Nederlandse equivalent van de Geschwister.'
Nu komt weer iemand met de term Gesuster. Bron: NRC. 'De Engelsen zeggen siblings, de Duitsers Geschwister, de Zweden hebben syskon, de Noren søsken en de Denen zeggen søskende. En de Nederlanders? Triviaal maar waar: in het Nederlands bestaat er geen afzonderlijke
term voor broers en zussen. Geen pakkend verzamelwoord voor deze
familierelatie waar de mens zijn leven lang mee zit opgescheept.'
'Hoe kan het dat onze buurlanden met hun zustertalen
wél een containerbegrip hebben voor broers en zussen, en de Nederlanders
niet? Taalkundige Nicoline van der Sijs heeft een verrassend antwoord. 'Mogelijk heeft het woord wél bestaan, in het Middelnederlands. Tussen
1200 en 1500.' Van der Sijs pakt het Middelnederlands woordenboek erbij. 'Hier staat het. Gesuster. Vooral in het meervoud gebruikt. Gesustere.'
Ze leest een paar citaten voor van omstreeks 1350 die misschien duiden
op het bestaan van het woord. Maar Van der Sijs houdt een slag om de
arm: 'Als het al bestaan heeft, verdween het ruim voor de zeventiende
eeuw. Het woord zal te verwarrend geweest zijn.'
Geen opmerkingen:
Een reactie posten