'Wie had kunnen denken dat je zo over groenten en aardappelen kon praten', zegt Bobby. Hij vraagt hoe mijn dag was en al ras begin ik vol vuur alle gewassen in de moestuin te behandelen. 'Vorig jaar mopperde je nog over Bart die volgens jou alleen over aardappelen en uien kon praten, en nu doe je het zelf ook.' Ik merk ook wel dat ik soms wat doordraaf en dat het hem niet altijd boeit.
Ik ontmoet op de tuin een wat oudere Turkse vader met zijn circa twaalfjarige zwaar bebrilde zoontje, die samen een ouder-kind-tuintje van 8 vierkante meter hebben hebben. De vader spreekt nogal gebroken Nederlands, het zoontje goed. Ze komen bij mij kijken, en of ik straks bij hen kom. Ja straks, beloof ik. Eerst even onkruid wieden. 'Ik weet niet want onkruid is', bekent de vader, 'ik durf het niet weg te halen.,,'
Maar het is weer nogal wat onkruid. Wel een uur. Net als zij weggaan ga ik naar hen toe. 'Nummer 13, van Aydan', roept het jongetje nog. En inderdaad: er staan wat tomatenplanten in en verder vooral gras. O wanhoop!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten