Het nieuwe communiceren gaat vooral via Whatsapp of via de mail, en nauwelijks meer via telefoneren. Je appt: 'Zullen we bellen?' En zo ja, dan ga je bellen. In deze tijden van social distancing is bellen erg fijn en persoonlijk. Even over een drempel heen.
Ik ga met mijn schoonzusje in Istanboel bellen. Zij kan niet meer naar Nederland komen. Eventueel via Moskou. 'Laten we videobellen', stelt ze voor. 'Hè get', denk ik, want ik vind bellen zonder beeld juist fijn. Dan hoef je niet te denken 'Als-Mijn-Haar-Maar-Goed-Zit.' Of: 'Zie je mijn onderkin niet te erg?' Maar ja, ik wil ook niet al te ouderwets zijn en nieuwe dingen proberen. Met haar dochters video-belt ze ook, zegt ze, maar met de zoons gaat het alleen met geluid.
Ik ga met mijn schoonzusje in Istanboel bellen. Zij kan niet meer naar Nederland komen. Eventueel via Moskou. 'Laten we videobellen', stelt ze voor. 'Hè get', denk ik, want ik vind bellen zonder beeld juist fijn. Dan hoef je niet te denken 'Als-Mijn-Haar-Maar-Goed-Zit.' Of: 'Zie je mijn onderkin niet te erg?' Maar ja, ik wil ook niet al te ouderwets zijn en nieuwe dingen proberen. Met haar dochters video-belt ze ook, zegt ze, maar met de zoons gaat het alleen met geluid.
Ik dus op zoek maar een flatterend plekje aan de eettafel. Want liggend op de bank is het werkelijk geen porum. Ik zet de telefoon op de eettafel tegen een kaars aan. Flatteus is het nog steeds niet, maar het gaat. Je kijkt me helemaal niet aan, zeg ik, je kijkt alle kanten op. Maar ze weet niet waar ze moet kijken om mij recht in de ogen te kijken.
Maar inderdaad, als je loslaat dat je flatteus in beeld moet zijn is het best gezellig, beeldbellen. Onder het beeldbellen maak ik deze foto. Echt onflatteus. 'Delete!' roept ze vanuit Istanboel. Maar mooi niet.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten