Al jaren kom ik in Nijmegen, maar eigenlijk nooit zomaar eindeloos lang. Altijd gericht op bezoek, in een afgemeten tijdspanne. Die stad verdient het om er wat meer rond te zwerven. Want hoe kom ik anders ooit bij het labyrint aan de Waalkade? De laatste keer dat ik in de buurt was en het wilde lopen lag die hele Waalkade op de schop.
Nu heb ik met Mirjam afgesproken bij Museum Het Valkhof. Haar idee was dat ik daar de bolide ging parkeren en dat we dan de Ooijpolder in gaan wandelen. Maar ik ga bij nader inzien toch met de trein. En zo kuier ik eindelijk eens langs de Waalkade en langs het labyrint. Het is best een lang labyrint. Van buiten naar binnen lopen is wel een kwartier. Het kwartier voor terug van binnen naar buiten heb ik niet meer.
Terwijl ik het labyrint in loop, zo langzaam als ik kan, komen er twee Ipies aanlopen - wat oudere wat onhandige vrouwen met rugzakje. Zij gaan ook het labyrint lopen. Dit gebeurt duidelijk op instigatie van de een, de andere vindt het maar een beetje raar. Ze gaan van onwennigheid en onzekerheid het labyrint dan maar dráven. De een legt de ander omstandig uit dat je ook in een keer naar het midden kunt lopen, zonder al die omwegen, maar dat dat niet de bedoeling is. Ze zijn bijzonder geschikt voor een Koefnoen-filmpje. Maar Koefnoen is niet meer.
De toekomst van dit labyrint heeft een paar jaar geleden aan een zijden draadje gehangen, lees ik op Facebook. Er is een pagina Redt-Het-Labyrint, uit 2012. Dat is gelukt, want het is er nog.
En voor wie Ipie niet kent:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten