donderdag 19 april 2018

Koos


Zus4 probeert te bellen, maar het lukt niet zo. Ik heb aldoor wat en verder weet ik het ook niet. ‘Probeer maar’, zeg ik, ‘maar als ik ergens ben neem ik de telefoon niet op. Veel te ontregelend allemaal.’

‘Koos Werkeloos’, lacht ze. Dat zegt me dan weer niets. ‘Kén je dat niet’, zegt Bobby. Maar even googelen brengt me op het Klein Orkest. Harry Jekkers. 1983. Over een man die het wel OK vindt om in de WW te zitten en lekker gaat vissen.

Op de site Learning Dutch can be fun staat te lezen: I quit my job end of April and as a result I am officially ‘werkeloos’: unemployed. You may also encounter ‘werkloos’ which means the same thing. I think ‘werkeloos’ is more common in daily speech. In DWOTD Voetstuk I covered the song ‘Over de Muur’ by the 80s band ‘Klein Orkest’. They also had a song about being unemployed which we will cover below. In the song ‘Koos Werkeloos‘ the character ‘Koos Werkeloos’ sings about being unemployed and that he is actually quite happy with the situation. Dutch people who are old enough may refer to this song by calling somebody who is unemployed ‘Koos Werkeloos’.

Zo’n geregeld gedisciplineerd bestaan als je het ene moment hebt, zo’n gebrek daaraan nu. Van de zon genieten valt ook niet mee. Veel te warm.

Geen opmerkingen: