De Rotterdamse tante van 96 (er zijn in ons leven dus twéé tantes van 96: een in Rotterdam Schiebroek en een in Den Haag-Zuid) knapt toch weer een beetje op, naar onze bescheiden indruk. Ze heeft vandaag niet een keer gezegd dat het voor haar niet meer hoeft. Ze drinkt de laatste week behalve ranja ook bouillon en vandaag maakte ze melding dat ze een boterham heeft gegeten. Waar die boterham dan vandaan kwam is nog even een raadsel, want ze heeft geen eten in huis. Het fruit op de fruitschaal ziet er even veelbelovend uit, maar blijkt van plastic.
Vandaag vraagt Auntie ineens of ze mijn haar mag kammen. Ik heb nogal een coupe corona en ga morgen naar de kapper. Het toilettasje uit de slaapkamer gehaald en voor haar stoel geknield. Bobby weet te vertellen dat Auntie in een ver verleden in een kapsalon heeft gewerkt. Met een ferme hand pakt ze mijn kin en kamt ze mijn haar. Het moet niet te recht, zeg ik bezorgd, het moet een beetje wíld. Ja dat zag ze al. Het moet een beetje ból, concludeert ze en dan toupeert ze het.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten