Onderweg naar Gorssel proberen Bobby en ik ons alvast wat schilderijen van Jan Mankes voor de geest te halen. Mistige lege landschappen, prachtige uilen, kwetsbare zelfportretten... Ze zijn allemaal verstild en ijl en kwetsbaar, heel mooi. Een paar jaar geleden zagen we dit werk voor het eerst in dit Museum MORE waar we naar op weg zijn, en misschien ook in Museum Belvedère bij Oranjewoud. Jan Mankes (1889-1920) is dit jaar 100 jaar geleden overleden en daarom is nu een overzichtstentoonstelling. Hij werd maar dertig jaar, overleed aan tuberculose en de Spaanse griep. De pandemie van toen.
Voor mensen die niet zo vaak de regionale musea frequenteren is hij misschien niet zo bekend. Hij schilderde in de jaren 1909-1920, een periode waarvan we in de grote musea vooral de ‘vernieuwers’ zien, noem een Jan Toorop, Vincent van Gogh, Kees van Dongen, Jan Sluijters. Abstract, impressionistisch, expressionistisch, fauvisten. Maar er waren ook veel Nederlandse schilders die zeer hoogwaardig realistisch werk maakten, zoals Floris Verster, Matthijs Maris en Henri Frédéric Boot. Maar daar besteden de critici en de kunsthistorici niet al te veel aandacht aan. Als ‘traditionelen’ en ‘provincialen’ werden ze vaak bestempeld. Wat daar mee mis is mag u zeggen.
Het werk van Mankes moge dan ‘realistisch’ heten, het is volstrekt eigen en origineel, heel sensitief, anders dan anderen. Zijn onderwerpen komen uit de kleine wereld van iemand die veel in en rond het huis verkeert en buiten leeft. Vogels, bloemen, landschappen, portretten. Eindeloos precies en raak.
Mankes woonde in Meppel, Delft, Friesland, Den Haag en Eerbeek. Hij was een bijzonder en eenzelvig kind en volwassene, en kwam niet zoveel onder de mensen. In Anne Zernike, de eerste Nederlandse vrouwelijke (vrijzinnige) dominee, die haar eerste gemeente had in het dorp waar Jan met zijn ouders woonde, vond hij zijn grote liefde. Zij liet hem kennismaken met literatuur en filosofie. Zij kregen één zoon.
De schilderijen zijn veel kleiner dan ik mij herinnerde. Krachtige lijsten eromheen. Hij had een hele eigen techniek. Schilderde met olieverf laag over laag over laag, waarbij de kleuren complex en samengesteld werden, maar toch ook ijl als aquarel. Veel schilderijen geven licht, alsof het innerlijk licht is. Eenvoud is het kenmerk van het ware.
Het is een prachtig museumbezoek, de eerste dag dat het weer mag, aangemeld via een timeslot, een mooi rustig bezoek met niet teveel medemensen. Alleen maar fijn. En na afloop een clubsandwich op het terras. Wat een feestdag. Alleen met z’n tweeën mag. Niet met zijn drieën. Wat een droomoord, Gorssel.
Het is een prachtig museumbezoek, de eerste dag dat het weer mag, aangemeld via een timeslot, een mooi rustig bezoek met niet teveel medemensen. Alleen maar fijn. En na afloop een clubsandwich op het terras. Wat een feestdag. Alleen met z’n tweeën mag. Niet met zijn drieën. Wat een droomoord, Gorssel.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten