Vandaag krijg ik een bos tulpen van de mevrouw die ik vorige week gered heb door in de taxi haar huissleutels terug te vinden. Diep diep dankbaar is ze. Want haar kinderen hebben de reservesleutels, maar die werken en wonen in Amsterdam. Waarom uw buren dan niet, vraag ik. Dat zijn Somaliërs, zegt ze, die wonen al tien jaar hier maar ze kunnen nog geen woord Nederlands.
Vanmorgen stond er een noodoproep op de app. Er was een chauffeur ziek geworden. Ik had net bedacht dat ik naar Culemborg zou fietsen. En maandagochtend was ik ook op komen draven na een noodoproep om een tweede chauffeur, en toen bleek er geen een rit. Geen één. Maar, zegt de baas er nu bij, anders moeten we zeven ritten afzeggen. Uiteindelijk heb ik tien ritten, lekker doorkachelen. Een mevrouw op vriendinnenbezoek. Een mevrouw naar de Lidl. Een mevrouw naar de Bingo. Een mevrouw naar de Hema. Een mevrouw naar de Jumbo en de visboer. Ze komen allemaal met volle tassen terug. Lekker smullen. Tulpen erbij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten