Vandaag doe ik een interview met een man uit Vleuten die hovenier is en die als vrijwilligerswerk een beplantingsplan heeft gemaakt voor de Japanse Tuin aldaar. En nu tweewekelijks op zaterdagochtenden met twaalf vrijwilligers al die plantjes in de grond zet. Waardoor het er veel leuker, levendiger en kleuriger wordt. Want nu zijn er bijna alleen maar rododendrons en die bloeien twee maanden per jaar en dat was het dan. Sáái vindt hij dat. Leuk om te horen, want ik was geconditioneerd om die tuin mooi te vinden.
Een interview met een hovenier is trouwens geen sinecure, want zijn vakkennis bestaat niet uit het vertellen van verhalen, maar uit het oplepelen van Latijnse soortnamen. Wat zegt u? Hoe spel je dat?
Een interview met een hovenier is trouwens geen sinecure, want zijn vakkennis bestaat niet uit het vertellen van verhalen, maar uit het oplepelen van Latijnse soortnamen. Wat zegt u? Hoe spel je dat?
Nou ja, wat wel weer leuk is dat hij zijn beplantingsplan moest voorleggen aan de opperontwerper van het Park, die nog steeds over alles de supervisie heeft en die er dus een klap op moest geven. Maar die man luisterde alleen naar zichzelf. Hij had twee uur lang gepraat, en geen moment naar het plan gekeken. Er was een tweede afspraak gemaakt, waarbij de man weer alleen maar gepraat had, nu over het belang van vrijwilligers, en weer geen moment naar het beplantingsplan gekeken. Toen heeft zijn 'Rechterhand' er maar een klap op gegeven. Maar dat ga je dan niet in zo'n interview schrijven. Of wel? Afwachten wat de Ambtenares voor wie ik dit schrijf ervan vindt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten