zondag 30 april 2017

Koninginnedag

Schoonmama kan er niet bij zijn. Maar ze stuurt me wel alvast bloemen: pioenrozen, dahlia's, violieren, drie kleuren gerbera's. Parmantig, uitbundig, levendig. Ik zet ze in een vaas van Mutti. Jammer dan ze er niet bij is. Jij houdt van alles dat leeft, zegt Bobby, van dieren, planten en mensen. Dat is mooi.

We halen de taarten aan de Voordorpsedijk en brengen  ze vast naar de feestlocatie. Ben je zenuwachtig? vraagt de baas daar. Nee hoor, lieg  ik. 

Ik kook ons een heel lekker gezond maaltje. En dan gaan we op de bank. Ik lees de gedichten 'Utrecht voor beginners' van Ingmar Heytze. We draaien cd's. Mompou.  Met het inruimen van de boeken- en cd-kasten is er rust in het huis gekomen. We kunnen onze lievelingsboeken en muziek weer vinden. En dan wordt het vanzelf Koninginnedag.

zaterdag 29 april 2017

Knak

'Je kunt nog heel veel niet met de pols, je moet dagelijks oefeningen doen', zei de gipsmeesteres, maar ze zei er niet bij welke. 'Over drie weken moet het weer gewoon voelen. En zo niet dan moet u terugkomen.' Ik ervoer allemaal onverwachte krakjes en knakjes bij het buigen van de vingers en de hand. Ze kneep in alles en zei: 'Dat zijn waarschijnlijk de stijf geworden spieren en pezen.' O.

Het is raar om zonder specifieke kennis van het bewegingsapparaat en zonder foldertje te gaan oefenen. Er knakt en bokt van alles in die hand. En de pols is best pijnlijk. Maar wat is dat en is dat erg? Andere ziekenhuizen hebben die foldertjes gelukkig wel en hebben die ook op internet gezet. Bijzonder om te lezen. Van die informatie die niet overkomt als het je niet betreft en waar je heel dankbaar voor bent als het je wel treft.

De moestuinjuf vindt het maar raar dat ik geen foldertje kreeg. Vroeger ging je met zo'n pols naar de fysiotherapie, zegt ze. Vroeger.

Ik denk steeds aan mensen die gemarteld worden, bijvoorbeeld in Syrische gevangenissen, en voel me met mijn pijntjes een enorme jeuzelaar.

vrijdag 28 april 2017

Dag, gips

Nog snel even een selfie van mijn Milva-gips in de wachtkamer voor de gipskamer, en dan is hoop ik deze verhaallijn ook weer over. Het is eigenlijk heel snel gegaan en heeft me weer een nieuw stukje Utrecht leren kennen. En vertrouwen in de bus, want vandaag ben ik binnen een half uur bij het Diac, zoals ze hier zeggen.

In de wachtkamer zit ook een dame van in de zestig met net vers gips om haar onderarm en een mitella. Ze is nog heel onhandig. Ze weet niet hoe ze moet douchen, vertelt ze. 'Als het goed is ben ik er van af', zeg ik. 'U mag mijn douchezak wel overnemen voor de helft van de prijs. Hij is heel fijn.'

Behalve dames van zestig zitten er ook diverse jongetjes met gips in de wachtkamer. En mannen met gebroken benen. De gebroken pols is niet voorbehouden aan dames van zestig, ook wilde jongetjes hebben gebroken armpjes. Het jongetje in de gipskamer naast mij huilt en schreeuwt heel hard. Wat zouden ze met hem doen?

De gipsverbandmeesteres van de dag komt met een cirkelzaagje om het gips te verwijderen. 'Het ziet er enger uit dan het is,' stelt ze me gerust. 'Het cirkelzaagje draait niet, maar trílt. Het kan niets op het verband en de huid.' Dat moet je dan maar weer geloven. 

Nu moet ik drie weken voorzichtig aan doen. En oefenen. Geen zware tassen dragen. De spieren en pezen zullen stram en stijf zijn.

donderdag 27 april 2017

De boeken

Op deze Koningsdag ga ik in de bieb maar eens mijn romans herschikken en op alfabet zetten. Bobby gaat in de woonkamer zijn 2000 cd's systematiseren. Want sinds de kasten er zijn hebben we alles er at random in gepleurd. Dan ervaar je de waarde van deze schatten nog niet. Laatst was Moon te eten en ze zou een muziekreis door Albanië gaan maken. Ik heb twee vrij recente Albanese romans in de kast staan, maar van wie ook alweer? Ik kwam er niet op. Elena Vorpsi, weet ik nu weer. Als alles weer door je handen is gegaan weet je wat je waarom hebt. Alle fases in je leven zijn met boeken en muziek begeleid. De boeken, cd's en lp's  roepen massa's herinneringen op.

Behalve twee kasten romans (met onderin de hoge kunstboeken) heb ik nog een kast poëzie slash kinderboeken. Dat is allemaal uit mijn jaren zestig, zeventig en tachtig, daar is daarna weinig nieuws bij gekomen. 

De literatuur begon met boeken die in in de jaren zeventig kocht bij De Slegte en de ECI. Klassieke Nederlandse schrijvers. Mannen. In de jaren tachtig kwam het feminisme in mij leven en ontdekte ik literatuur van vrouwen. Ik ging er na verloop van tijd over publiceren en dat recensereb heeft mijn verzameling tamelijk gekleurd. Louise Erdrich was een Canadese schrijfster die over onder meer over de indianen schreef. Internationale maatschappelijk en politiek geëngageerde schrijfsters die vrouwen en hun verre Umfeld centraal stelden, dat vond ik toen heel mooi. Jeanette Winterson. Emma Donoghue. Renate Dorrestein. Doeschka Meijsing. Andreas Burnier. Ik heb ook romans van vriendinnen en collega's van toen die een of twee boeken publiceerden maar niet doorbraken.

Nu lees ik heel anders, meer mannen weer. Ernest van de Kwast. Thomas Verbogt. Thomas Heerma van Voss. Maartje Wortel. Maar ik lees ook veel digitaal, dat zie je dus niet terug in de kast. De kunstboeken vormen een fors deel, ik heb echt zin die weer ter hand te nemen. Meestal koop ik ze nadat ik een tentoonstelling bezocht heb. 

En dan te bedenken dat ik 20 meter boeken heb weggedaan in 1999, toen we verhuisden van het ruime huis in Noord naar het smalle huisje in de Jordaan. Toen heb ik veel fotoboeken weggedaan. Hani501 kreeg er veel van. Toen zij jaren later ook eens haar boeken ging opruimen wegens overload kwam ik al mijn oude boeken weer tegen.

Dan is er nog een kast 'anderszins', en dat is nog een zooitje zonder samenhang. De reflectieve boeken (religie, spiritualiteit, psychologie, erotiek, gezondheid en management) doe ik naar de logeerkamer / kapel, die daar ook weer een dimensie aan wint. Het is vreselijk veel werk, ik wil voortdurend het bijltje erbij neergooien, maar ik zet door en ja, uiteindelijk is het heel bevredigend. Er is nu nog plaats voor extra poëzie en kinderboeken.

Bobby heeft twee keer zoveel boeken en twee keer zoveel kasten. 

woensdag 26 april 2017

Frau und Auto

Er was een raar fenomeen aan mijn bolide, maar wat het is? Ik vind het moeilijk er woorden voor te vinden. Als  je schakelt naar een   hogere versnelling  gebeurt er qua snelheid weinig, maar gaat de motor wel heel hard loeien. Extra gas geven leidt niet tot een hoger tempo. Het antwoord: de koppeling is versleten en moet vervangen. 

Vanwege mijn gipsarm mag ik niet autorijden. Het is niet verbóden, maar men raadt het af  om verzekeringstechnische redenen. Dus brengt ditmaal  Bobby de bolide naar de garage. Het is ook tijd voor de zomerbanden. Ik heb nooit gemeld dat ik weer een nieuwe garage heb. De vorige is failliet gegaan in januari. Die Iraanse jongen achter de servicebalie Fahried die altijd belde met de aanroep 'Dáme' moet ik missen. In januari belde hij met de mededeling dat ze gingen stoppen en dat ik als de wiedeweerga mijn zomerbanden moest halen.

Mijn nieuwe garagist, 
ook in Overvecht (deze heet Dirk) blijkt vanwege Koningsdag de rest van de week vrij en hij gaat pas volgende week aan die koppeling beginnen. Bobby laat de auto bij hem achter. Maar vrijdag gaat het gips weer van de pols af en mag ik weer autorijden. Dus ik bel de garage dat ik de bolide  kom halen.

Hij heeft vast een kostenindicatie voor me gemaakt. De grote beurt, de banden, de koppeling. Oeps. Wil ik eigenlijk nog wel een auto? Nu ik niet meer met de auto naar het werk ga, Wat kost me die auto? Maandelijks? Jaarlijks? Per kilometer? Waarom.?Waartoe? Zal ik terug naar OV en Greenwheels?

Achtien - met één t

De dag van de taarten. Waar moet ik in Utrecht naar toe voor bijzondere taarten? Ik krijg als advies onder meer Bond en Smolders aan de Lijnmarkt en De Bakkerswinkel aan Plompetorengracht, maar het is koud en het regent en hoe krijg ik dan die taarten in godsnaam hier? Al googelend kom ik uit bij De tafel van 18, aan de Voordorpsedijk net aan de rand van Utrecht oost midden in het groen. Ik zet er maar wat linkjes bij zodat u kunt meegenieten.

Ik mail en spreek de voicemail in, en na twee uur belt ze terug. Wie ben je als ik vragen mag. Ze heeft 19 jaren een winkel gehad aan de Burgemeester Reigerstraat, vertelt ze, met 9 mensen in dienst, 'Maar toen kwam Heel Holland Bakt en toen ging iedereen zelf bakken en gingen de zaken niet meer zo goed.' En al die mensen in dienst... Nu bakt ze thuis taarten. Ze heet Petra  Achtien, met één t, vandaar de naam van haar zaak. Hoe doe je dat dan, zoveel taarten bakken?

Ik geeft mijn wensen telefonisch door, maar of ik via de webwinkel wil bestellen, dan kan ik gelijk met iDeal afrekenen. 

Macaroni met ham en kaas

Nog nooit heb ik macaroni met ham en kaassaus gemaakt. Nu heb ik weer de neiging om over de macaroni's van Mutti vroeger te gaan vertellen. Als ik dat al niet eerder of zelfs meerdere malen gedaan heb. Ze maakte macaroni met boter en suiker. Want zo aten we de rijst ook. En later maakte ze macaroni met tomatenpuree en boterhamworst ('Mag ik drie plakken boterhamworst van een ons') en een vleugje Zwitserse kaas erover. Andere mensen atenmacaroni met ham en kaassaus. Soms ook met paprika. Wij niet.

En nu staat er in AH een kaartje met 'Fusilli met groen­te en ham-kaas­saus'! Ik maak het met ouderwetse elleboogjesmacaroni. En het is heerlijk. Nu wil ik elke dag wel macaroni.

dinsdag 25 april 2017

Level

De gebroken pols doet minder zeer nu, en ik durf weer op de fiets naar station Zuilen. Ik werk ook weer de hele dag, wat al met al toch een beetje veel is, gezien het feit dat ik na mijn avondmaaltje op de bank in slaap stort. Als ik rond achten wakker word en het Journaal heb bekeken - wat nu weer te Frankrijk! - ga ik mij maar eens verpozen met de nieuwe Britse televisie The Level.

Hoofdpersoon is Nancy Devlin, die getuige is van een moord op de corrupte zakenman waarbij zij gewond geraakt en ternauwernood kan ontsnappen. Deze Frank Le Saux was een oude bekende van haar Devlin en de vader van haar vroegere beste vriendin. Ze hielp hem regelmatig uit de problemen en daarom verzwijgt ze aan haar collega's en superieuren dat ze bij de dodelijke aanslag aanwezig was.

Haar baas beslist dat Nancy in Brighton mee ingezet wordt in het moordonderzoek. Ze krijgt daar een partner Sam, met wie de samenwerking heel slecht is. Ze kan bewakingsbeelden van een apotheek laten verdwijnen, maar ook de moordenaar heeft de beelden gezien. Deze moordenaar is naar haar op zoek omdat ze de enige getuige van de moord was. Devlin ontdekt dat er een mol binnen het politieteam zit en ze gaat op zoek naar zijn identiteit. Het is behoorlijk heel heftig, maar goed spel en goeie acteurs. Aanradertje. (Ik kijk dus op NLziet. Op dat Telezien staat-ie niet.

zondag 23 april 2017

In de rondte

Buurman Jeroen komt langs. Hij wil een nieuw buurtbiebje bouwen, want het huidige begint een beetje in te storten. Of we samen even zullen tekenen hoe het eruit moet zien. Ik vind het huidige biebje qua omvang perfect, laten we met dat model maar mee doorgaan.

Zelf wil ik het idee van het geplande bloemenlint voor ons huis wel weer even boven tafel halen. De gemeente wil daarbij zelfbeheer door een aantal bewoners en een getekend committent voor minstens 5 jaar. Dan wil ik mijn droom wel weer even naar voren brengen, namelijk een moestuin vlak voor ons huis. Hij heeft een moestuin elders van 100 vierkante meter, en dat is wel veel. Ik heb nu een van 20 vierkante meter. 50 vierkante meter moet te doen zijn, zeggen we.

Ik wil er heel graag een paar vierkante meter-bakken Makkelijke Moestuinen in, zodat mensen met weinig ambitie toch ook zelf een bak kunnen maken. Bij die Makkelijke Moestuinen krijg je e-mailtjes of opdrachten in de app wat je nu moet doen.

Maar du moment dat we die 50 vierkante meter in een rechthoek van 5 x 10 uittekenen bedenkt hij: 'Zeg, zullen we niet een rónde tuin doen? Dan heb jij meteen je labyrint!'

Eerst maar eens een artists impression gemaakt. Geen idee of dit lukt. Wie niet waagt die niet wint.

Narcissus

Zondag. Bobby gaat de belasting doen bij Schoonmama. Wat moet dat moet. Voorlopig wil ik zelf liever thuisblijven dan naar Maassluis. Beetje bloemen tekenen. Er ligt nog een narcis op mij te wachten die nodig af moet. De narcissentijd is tenslotte bijna voorbij. Kijken wat er dan wer voorbij komt.

Gisteren op de moestuincursus bekeken we met een loepje stampers en meeldragen van enkelvoudige bloemen  en composieten, zoals het madeliefje. Wat was dat madeliefje verrassend mooi onder de loep. Misschien wordt dat de volgende tekening.

Er komt ineens een liedje boven drijven: 'Narcisissma' door Don McLean. Narcisissma, Narcisissma is the pride of Pomona / Pomona, Pomona says she looks like me / But she will look like you when I'm set free. Ik weet niet of ik zelf deze lp had of Zus4. Er komen ook herinneringen terug dat we ernaar luisterden op haar studentenkamer aan de HW Mesdagstraat. Grunnen. Ik vond het mooi. Geen idee waar het over gaat. 

Ozon

Weer eens een beetje een slapeloze nacht, en na een half uur klaarwakker besluit ik de tijd maar eens aangenaam te verpozen met een leuke VPRO-film: 'Potiche', een film uit 2010 van Francois Ozon, met Catherine Deneuve en Gerard Depardieu. De film speelt in 1977. Hoofdpersoon is Suzanne, de echtgenote van een rijke despote industrieel, en haar leven is dat van een huisvrouw die niets te doen heeft. Er dreigt een wilde staking op de fabriek - een paraplu-fabriek met 300 mensen in dienst - en als haar man instort neemt zij charmant de zaak over. Het gaat allemaal goed en beter, tot haar echtgenoot na enige maanden weer terug komt. 

Gerard Depardieu is een communistische locoburgemeester, met wie ze ooit een korte affaire heeft gehad. Ach wat zal ik navertellen. Heerlijke jaren zeventig beelden, alles compleet over de top, een verrukkelijke Ozon-film.

Voor wie ook wil kijken: Ik zag de film op NLZiet, waar ik abonnee van ben, maar hij is ook te zien op de mij onbekende site Telezien.

zaterdag 22 april 2017

Bloemetjes en de bijtjes

Vandaag leert de moestuinjuf (foto) ons over de samenstelling van planten: wortel, stengel, blad, bloem en vrucht. Daartoe heeft ze allemaal bloemetjes meegebracht. En loep. En ze leert ons over de bloemetjes en de bijtjes. Hoezeer we hommels en bijen nodig hebben en dat die uitsterven door monocultuur en bestrijdingsmiddelen. En dat in China studenten wekenlang voor de bevruchting van de fruitbomen ingezet worden. Die moeten dan boven in de bomen met een kwastje stuifmeel op de stampertjes smeren. Want er zijn daar geen hommels en bijen meer.

We kijken trots naar de uitbottende aardappelen en sjalotten. De tuinbonen komen ook al op. En we schoffelen het onkruid. In Martijns tuin komt Oostindische kers als onkruid boven. Hij is er niet, dus dat pik ik zijn onkruid in en plant ik dat net buiten het randje van mijn tuintje. Dat mag niet, zegt de juf. Binnen de randjes blijven. 

Wat willen jullie graag zaaien? vraagt ze. Ik zeg 'Kolen', want ik vind kolen zo mooi. Groene kool, rode kool, bloemkool. Maar dat kan niet, zegt ze, want kolen kunnen alleen op/in kleigrond. Hier in Overvecht zitten we op het zand.

Tenslotte zaaien we nog rijtjes korenbloem, goudsbloem, afrikaantjes en juffertjes in het groen. De rijtjes vind ik wel leerzaam maar ook stom. Mij lijkt een wild bloemenveldje leuker. Maar dat is voor later.

vrijdag 21 april 2017

De Thai

Met Marg slenter ik de vrijdagavond door het centrum van Utrecht. Ik haal haar van het station, wacht haar op in de hal. Deze aanpak maakt de drempel voor een bezoekje aan een andere stad lager, heb ik al eerder bedacht. Zo voelt een bezoek aan Utrecht minder als een ommelandse onderneming naar mij dan wanneer de mensen naar Zuilen afreizen.

Eerst kuieren we een half rondje singels, prachtig lommerrijk is Utrecht hier, en dan komen we te eten bij restaurant De Thai aan de Oudegracht. We opteerden eerst voor de Syriër, maar die was vol, en toen voor de Griek Rhodos, maar onderweg bleven we steken bij De Thai. Heel heel erg lekker.  

We hebben plots een nieuw gespreksthema: namelijk zestig worden. Voor mij is het thema net iets actueler dan voor Marg, die nog een paar maanden te gaan heeft. Maar dat er een nieuwe levensfase lijkt aan te breken, dat zien we allebei. Het leuke: er komen ineens  als vanzelf nieuwe mensen op je pad. Mensen die bij je huidige personage passen. Die nieuwe contacten kunnen ineens heel vrij en luchtig voelen, waar jarenlange vriendschappen soms ook wel gedoe met zich mee dragen. 

Reizen

Onze nieuwe digitale special is live! Yeah. Mandy en ik  hebben enorm gezwoegd en stegen in de loop van de week in onze eigen ogen van een zesje via een zeven naar best een acht! We zijn er weer trots op. Bekijk hem vooral op de computer of de iPad, op de telefoon komt-ie niet zo heel goed uit. Zie: http://special.boekblad.nl/special-reisgidsen

Simpel Leven

Ik zit al twee avonden in een mooie film: 'A Simple life', een VPRO-film op Uitzending Gemist. Ik ben alleen steeds te moe om hem uit te kijken. Maar heel de moeite waard. Ontroerend. Een oudere vrouw, al 60 jaar huishoudster bij een Chinese familie (te Hongkong), krijgt een hersenbloeding en verhuist naar een bejaardenoord. De laatste jaren zorgde ze voor de nog vrij jonge man alleen, een regisseur. Ze kookte met veel liefde en aandacht. Nu krijgt ze in dat oord snel maar vrij liefdeloos eten. Ze heeft wel een eigen 'kamer', maar eigenlijk zijn het alleen schotten. Je hoort er alles van de medebewoners. Hij schijnt de zorg voor haar op zich te gaan nemen, maar zover ben ik nog niet. 

(Later:) Hij gaat haar steeds intensiever bezoeken, neemt lekkere dingen mee, verbindt haar met de familie en de wereld buiten. Het voor haar zorgen geeft hem veel genoegen. Hoe naar ook: het bejaardenoord wordt steeds minder naar omdat er zoveel liefde is tussen de mensen. Het is een práchtige leuke liefdevolle film.

dinsdag 18 april 2017

Meisjesgipsverbandmeester

En? En? Hoe was het in de Gipskamer, Lucie Theodora? Nou, het eerste gips ging er af, er kwam een bont-en-blauw geelgroen armpje onder vandaan. Nog twee weken, zei de gipsverbandmeester. Want het was/is maar een heel klein scheurtje. O! is het eerste dat uit mij omhoog komt, mag het er dan vóór mijn verjaardag af? En dat terwijl ik me er net mee verzoend had dat ik zestig zou worden met een arm in het gips. 

Er zijn tien kleuren gips. Ik had al voor de grap bedacht dat er roze en blauw gips zou zijn en dat ik meisjesgips zou nemen. Er blijkt ook gips met militaire camouflage-motieven. Ook in het roze. Milva-roze grapt de gipsverbandmeester. Die neem ik. Gips is tegenwoordig een in gips gedrenkt verband. Heel licht. 

De mitella mag ik niet meer om. Dat is wel jammer. Gelijk weer pijn en vermoeiender.

Utereg me stadsie

Ik ga nogal bijtijds van huis, want natuurlijk zie ik overal beren op de weg. Hoe per OV bij het Diaconessenziekenhuis te geraken? In het ziekenhuis moet ik zijn bij Route 251, zei de telefoniste, en het patiëntenpasje moet je maken bij Route 274. 'Wat zegt u? Wat is dat? Route?' Misschien is het wel een speurtocht of een doolhof.

Met de bus dus. Door bussen te gebruiken leer je een stad opnieuw en anders kennen. Ik bedenk zelf: eerst Bus 3 of 5 naar CS, en dan overstappen op Bus 12 of 41 richting de Galgenwaard, dan kom je wel in de buurt van het ziekenhuis. Maar bij onze bushalte te Zuilen stopt net Bus 27 richting Rijnsweerd. Die gebruikt buurvrouw C. als ze naar haar werk in het UMC gaat. Met die bus kun je o.a. op het Janskerkhof overstappen op Bus 8, die een halte Diaconessenhuis heeft. Die maar eens proberen. 

In het ziekenhuis wijst het zich natuurlijk allemaal vanzelf. De mevrouw die mijn patientenpasje mag maken toont begrip als ik zeg dat ik denk dat het allemaal nooit kan vinden, met dat Route 251. Ik laat haar ook even mijn patientenpasje van het OLVG zien. Dat vindt ze héél boeiend: pasjes van andere ziekenhuizen. Allemaal zijn ze anders, zegt ze. Daar zal ik wel nooit meer komen, zeg ik weemoedig.

Dordt

Wat hebben wij een geweldige kluit Neven- en Nichten. We komen bijeen te Dordt bij Nicht Nellie, die samen met haar twee zussen en broer de dag hebben georganiseerd. Het voelt alweer een stuk vertrouwder dan de eerste keer, drie jaar geleden. Toen waren we te Gouda. Toen had 'onze' Zus1 het georganiseerd. Met genealogisch programma. Vooral onze sikkeneurige Goudse betovergrootmoeder Geertje  Sloof had diepe indruk gemaakt.

Zus1 had de vorige keer de familiegeschiedenis teruggetraceerd tot Nieuwerkerk aan den IJssel. Nu was ze weer 5 generaties naar voren geschoven en had ze voorvaderen gevonden in ik meen de 15e eeuw in Leiderdorp. Bij het Leidens Ontzet was alles rond Leiden onder water gezet en was onze voorvader alles kwijtgeraakt. Zijn nageslacht vertrok naar Zevenhuizen. 

Niemand wil vooralsnog een familiedagje Leiderdorp. 

We doen een quiz met de ingestuurde baby-en puberfoto's, die veel hilariteit oplevert. 'Is die baby van jullie?' 'Nee niet van ons'. 'Ook niet van ons. Dan moet-ie uit Coevorden komen.' De plaatsnamen onzer jeugd waren Dordrecht, Emmen, Coevorden en Kampen, en oma te Leeuwarden, later Assen.

We krijgen een stadswandeling door Dordrecht met een geweldige goed vertellende pensionado. En natuurlijk de groepsfoto. En dan diner. En het blijft maar geanimeerd. Sommigen willen alweer volgend jaar.

Voor wie meer wil weten over Leiderdorp. Het heeft ook een museum.

maandag 17 april 2017

Neven-en-Nichten

Vandaag doen we weer Neven-en-Nichtendag. Voor de voorpret zoek ik alvast een foto. Bobby vraagt: Wie is dat in het midden? Dat is óma natuurlijk. Onze oma. De moeder van Vati. Dat je dat niet ziet!

We waren haast nooit bij elkaar. Wat de gelegenheid was dat wij hier wel tezamen waren? Oma's 65e verjaardag? En dan gezellig samen neer de fotograaf? Alleen Neef Johan, het nakomertje, was er nog niet.

De eerste Neven&Nichtendag was in 2014.

zondag 16 april 2017

Narcissus 1

Veel Pasen doen we niet dit jaar. Geen Paasontbijt, geen Paasdienst. Bobby heeft zaterdagavond asperges gekookt, Hans komt eten, en dan zitten we tot ver na middernacht bij de houtkachel. Dus als op deze Paasochtend de Bethelkerkklokken van kwart voor tien tot tien uur uitnodigend slaan draai ik me graag nog eens om.

Voor toch een beetje Paasgevoel ga ik na het ontbijt een 'paasbloem' tekenen. De narcissen lichten immers prachtig op in het plantsoen. Dat licht wil je dan proberen te pakken te krijgen, maar de narcis is moeilijk. Het is het doorzichtige dooraderde lichtgevende wat de narcis zo mooi maakt, maar krijg dat maar eens te pakken.

zaterdag 15 april 2017

Eigen sla

De moestuincursusjuf had gemaild dat ik een vriendin mee moest nemen om me te helpen. Ze is erg directief en daar ben ik nogal gevoelig voor. 'Ik ken hier toch helemaal niemand', was mijn eerste gedachte, maar toen bedacht ik dat ik Peeq kon vragen. Weliswaar had ik al eerder geprobeerd haar over te halen om mee te doen aan deze cursus, zij twijfelde enorm en had uiteindelijk nee gezegd. Nu is ze er toch. Ha! En ze vindt het leuk!

Eerst gaan we onkruid wieden en dan planten we sla en andijvie. Er is nog niet veel onkruid, maar in de ongebruikte tuinen om ons heen al wel. Dan zaaien we zomerwortel, winterwortel, rode biet en meiraapjes. Er gaan mandjes over de sla en over de snijbonen. En we bouwen een bouwsel voor de peulen, voor later. En ik oogst al waterkers. Mmm! Eigen waterkers.

De juf is opgewekt en minder jagerig deze week. Ze vindt het wel leuk dat Peeq ook mee is, want nu heeft ze ineens víer cursisten. Dat is toch substantiëler dan drie.

Met medecursist Martijn gaan we napraten over alles wat we hier leren op tuin- en levensgebied. Hij had de eerste les dezelfde verwarringen als ik. Alles ging veel te snel,  je snapte niet wat de juf zei, je kon het allemaal niet bijhouden. Maar we zijn het eens: zo met de handen in de grond leert het veel beter dan via een boekje of een website. Geweldig leuk en gezellig inburgeren is het via tuinen. Ik ben helemaal gelukkig, zeg ik tegen Bobby als ik thuiskom.


vrijdag 14 april 2017

Meisjes van toen

Ter redactie wordt de roman 'Abdoel en Akil' door Yolanda Entius bezorgd. Het heeft een omslag van René Magritte. Het doet denken aan het omslag van de roman 'Compassie' van Stephan Enter, die ik erg mooi vond. Ook Van Oorschot. Ik denk dat wel eens wat van deze Yolanda Entius gelezen heb, maar niet zo dat ik het me echt herinner. Als ik wat rondgoogle zie ik dat ze van 1961 is, een theatermaakster was/is, en door de jaren heen uitgegeven is geweest bij Querido, Cossee en nu dan Van Oorschot. Ze heeft ooit ook een aanmoedigingsprijs gehad van wat toen nog de Selexyz-boekhandels heette. Rakelings heette dat boek. Ik geloof dat ik dat gelezen heb.

Ze is mijn generatie. Ze vertelt in dit 'Abdoel en Akil' het verhaal van een vrouw, twee vrouwen, beetje onduidelijk wie de focus is. Het begint met drie 17-jarige meisjes op vakantie in Frankrijk. 1978. Een krijgt onderweg verkering en de andere twee dolen voort en hebben daar een nare seksuele ervaring met Tunesische jongens. Ze laten zich gebruiken, worden aangerand, verkracht, hoe zal je het noemen. Ze zijn met open ogen in de val gelopen. Ontkennen het zelf bijna na afloop. Maar het was tekenend naar, en het heeft hun leven & liefde getekend. Tenminste dat is neem ik aan de inzet van de roman. Of was het al eerder gebeurd, doordat ze zich als kind al niet gezien en geliefd voelden, waardoor ze geen of slechts af en toe een treurig kale liefdesrelatie kunnen aangaan. 

Het verhaal roept herinneringen op aan mij eigen eerste vakantie naar Portugal. Ook 1978 ofzo. Ik was met Hani501. We deden liften en treinen, we hadden geen geld en deden alles heel goedkoop. We hadden ook gedoe met Noord Afrikaanse mannen. Best eng soms. Zeven sloten tegelijk. Ik herken wel wat van het dolende levensgevoel van de hoofdpersonen Nola en Dorine. Zou dat voor twintigers van nu hetzelfde voelen als voor ons toen? Of zijn twintigers van nu levenswijzer dan wij toen?

Ook later in cafés als Maloe Melo in de jaren 80 was het voor hunkerende meisjes niet erg moeilijk om aan een Afrikaanse man te geraken. Die wilden graag met je mee. En intrekken. I Will Treat You Well. Nou nee, ga maar weg. Die herinneringen dringen zich ineens naar boven.

Nu dit gelezen hebbende moet ik me er even mee verhouden dat ik die verhalen eigenlijk altijd verzwegen heb. Zo belangrijk was het niet, zei ik tegen metzelf. Beetje stom ook van mezelf. Roekeloos. Nu kom ik dat hier zo expliciet tegen.

donderdag 13 april 2017

Passie

Als ik dan toch rustig aan moet doen, dan ga ik maar naar The Passion kijken op tv. Op de bank. Met enig ongemak: een mengeling van nieuwsgierigheid, en afgrijzen. Het is een enorm spektakel, groter dan ooit, dit jaar in Leeuwarden. 

Wat vooral ongemakkelijk voelt, onderzoek ik, is dat ik niemand van de artiesten ken of hun liedjes. Ben ik zo losgezongen van de hedendaagse populaire cultuur? Zou ik ze moeten kennen? 

Van links naar rechts: de rol van Jezus wordt vertolkt door Dwight Dissels, een gospelzingende bankmedewerker uit Amsterdam-West die meedeed aan The Voice of Holland. Maris door de Friese zangeres Elske DeWall. De verteller is de cabaretier Remco Veldhuis, die laatstelijk een twee uur theaterprogramma over de Bijbel heeft gemaakt. Petrus wordt gespeeld door de Rotterdamse zanger met afro-kapsel Omri Tindal, Pilatus door Johnny Kraaijkamp junior die al aardig op leeftijd is, en Judas door de kleine Roel van Velzen die aldoor heel gemeen kijkt.

Oordeelt u zelf. 


'Ruht wohl'

Het is al máánden geleden dat Hans ons uitnodigde voor de Johannes Passion in het Concertgebouw in Amsterdam. Hij zingt dit jaar mee in een projectkoor van de KCOV. Koninklijke Christelijke Oratorum Vereniging. Heel opgewonden om in het Concertgebouw te zingen.

Ook al is het echt teveel van het goede, we doen het toch. Bus, trein, Amstel, tram 12. En het is mooi. Het is mooi om in Amsterdam te zijn, en in het Concertgebouw, en de trouwe familie en vrienden van Hans te treffen. De Johannes is veel behapbaarder dan de Matthäus. Maar twee uur. Minder Aha dan bij de Matthäus, maar ook heel heel mooi. Vooral het slot: 'Ruht wohl, ihr heiligen Gebeine'.

woensdag 12 april 2017

Tuinkers

links radijs, midden
tuinkers, rechts rucola
Op mijn eindelijk weer eens vrije woensdag ga ik (na het ontbijt, de koffie, de boodschappen, het opruimen, alles duurt heel lang) naar de moestuin aan de Klopvaart. Drie haltes met bus 3 Overvecht in. En dat 5 minuten lopen. Op de mountainbike voelt toch niet fijn. 

Afgelopen zaterdag met het verse gips heb ik bij de moestuincursus verstek moeten laten gaan, al vond de Juf dat ik wel moest komen. Dan hielp ze me wel. Nu vindt ze dat ik zeker moet blijven komen en dat ik een hulpje moet zoeken. 

Met de gipsarm houd ik een beetje als beleid aan dat ik niet doe waar ik erg tegenop zie. Maar die cursusmoestuin en die juf spoken in mijn fantasie. Laat ik die tuin na één les nu maar waaien? Hoezo heb ik geen hulpje? Ik app Peeq: 'Wil je me  zaterdagochtend misschien twee uur helpen?' En ze zegt gewoon ja. Dat is al één spook weg. 

In tegenstelling tot mijn spookbeelden is er in de tuin haast niets veranderd. De tuinkers is opgekomen, en de radijs zie je ook al. De rest nog niet. In de tuin van Hassan staan staken, maar in die van Martijn niet. Zijn die onderdeel van de gemiste les? 

Sommige tuinierders zijn al heel planmatig bezig. Ik zie ook een tuin waar de tuinierder niet zaait en poot, maar gewoon kleine plantjes bij het tuincentrum haalt. Ha! Die werkwijze spreekt mij ook wel aan.

Makkelijk

Gelezen: Makkelijk leven door Herman Koch, het Boekenweekgeschenk van dit jaar. We waren op Gran Canaria tijdens de Boekenweeek, dus ik had het gemist. Maar door alle e-boeken die ik er kocht met de cadeaubon van Bol.com had ik ineens ook het Boekenweekgeschenk. Digitaal. 

Van Herman Koch heb ik geloof ik alleen Het diner gelezen. Een van zijn eerste. Well to do-ouders met kinderen die de fout in gaan.  Dit lijkt er een beetje op. Eindeloze innerlijke monologen over ethische kwestie. Ach u heeft het vast al lang gelezen. 

De hoofdpersoon is een zelfgenoegzaam schrijver van zelfhulpboeken. Op zijn verjaardagsfeestje komt zijn schoondochter langs die mishandeld is door haar man, zijn zoon. Ze vraagt hem met zijn zoon te gaan praten. Hij zegt ja maar doet het niet. Hij vertelt ook niet aan het bezoek van de schoondochter aan zijn vrouw. Het knappe van Koch is dat je heel lang meegaat met het geredeneer van de hoofdpersoon, je blijft hem begrijpen, terwijl het een lamlul die laf is en zijn kop in het zand steekt. Dat is sterk, en voor de lezer voelt het tamelijk onaangenaam. 

Het boekje eindigt nogal plompverloren. Zijn vrouw vertrekt naar Canada en zijn zoon-met-vrouw-en-kinderen naar Australië. Hij blijft met al zijn makkelijke waarheden over 'makkelijk leven' alleen achter. En de lezer beetje teleurgesteld. Dat is wel jammer.


dinsdag 11 april 2017

Welkom

'Maar met één hand kun je wel theedrinken', appen de tuinvrienden als ik me afmeld voor het tuinwerk. Dus dan ga ik toch maar even, tegen de schemer. Er zijn vanavond wel 10 vrijwilligers. De tuin wordt steeds ordelijker - de grote onkruidexplosie moet natuurlijk nog komen - en de mensen die vooral voor de gezelligheid komen, komen ook steeds meer aan hun trekken. 

Er zijn twee zestigplus vrouwen die zo'n beetje mijn 'vriendinnen' zijn daar, die heel hard moeten lachen om mij en mijn armsling. Je wordt binnenkort toch ook zestig? lachen ze. Sssst, wil ik ze nog toesissen, dat hoef je niet zo van de toren te blazen, maar zij heten mij welkom bij de club! En vertellen me van al hun valpartijen. En zij weten waar je een afsluitbare douchezak kan kopen. En hoe je met één hand kunt flossen. Wat hebben zij een lol.

Armsling

Ik wil van die witte luierachtige mitella af, en wel nu. Sommige lieve mensen hebben gemeld  wel dat ze thuis ergens zo'n 'sport-mitella' hebben  liggen ('maar-waar-ook-alweer'), dus ik bestel er maar een op internet. Een 'armsling' heet het.

De buurvrouw neemt hem aan van de postbode. Dank. Er zit geen gebruiksaanwijzing in het doosje en ik zie het niet. Gelukkig heeft de buurvrouw technisch en ruimtelijk inzicht. Nog maar een keer aanbellen. Zij googelt een YouTube-filmpje en hangt me het ding om.


maandag 10 april 2017

Trek

Toen ik veertig werd wilde ik kreeg ik een mountainbike cadeau: van Ex, de Geschwister, de vriendinnen en de collegae. Het werd een Trek. Ik vond mijn Trek de Mercedes onder de fietsen. Ik droomde ervan om 's avonds als het stil was geworden over de kleine voetpaadjes door het Twiske te kunnen rijden. Dat heb ik geloof ik twee keer gedaan. Toen nam ik dunnere banden en werd de Trek mijn toerfiets.

Die Trek heb ik nog steeds. Hij is vrij laag. Hij zou nu wel eens goed van pas kunnen komen: ik kan makkelijk met de voeten bij de grond. Mijn huidige stadsfietd is een te hoge heren-Batavussportfiets, die heerlijk fietst maar waar ik niet gemakkelijk van op- en af-stap. En niet met mijn voeten bij de grond kan. Dus met één hand aan het stuur fietsen ga ik op de Batavus niet doen.

Op ons achterterrein ga ik uitproberen hoe het met een arm fietsen voelt op de Trek. Of ik daarmee buiten de spits het verkeer in durf. 'Lucie! Hoe gáát het nu? vraagt buurjongetje Liam die net thuiskomt. 'Ik ga even proberen of ik toch kan fietsen,' vertel ik. Dat boeit hem, omdat hij zelf net een week durft te fietsen. 'Zal ik met je meehollen', biedt hij aan. Daar breekt je hart toch van. 'Nee', antwoord ik desalniettemin, 'laat me maar een beetje. Als het gaat kunnen we morgenavond samen wel een eindje gaan fietsen.' 

Hij vindt mijn Trek een hele mooie fiets. Die wil hij ook wel. 'Hoe lang heb je die al?' vraagt hij. 'Al heel lang', zeg ik. 'Twéé jaar?' 'Nee, twíntig jaar.'

Alleen dat het zadel een beetje kapot is, dat vindt hij maar niets. 'Dat heeft een geschiedenis', vertel ik. 'Ooit had ik een hond. Een Tibetaanse terriër. Dino. Geweldig leuk beest. Ik weet het nog precies, dat ik naar het Twiske fietste, langs Landsmeer, Dino rende mee aan de riem. We hadden een aardig tempo. En toen moest Dino acuut poepen en stond hij in een keer stil. En ik sloeg keihard om. Ik kapot. Zadel kapot. Nooit gerepareerd.' 

Het is een beetje een lange anecdote voor Liam en ik geef toe: niet al te boeiend. Hij gaat naar huis. Dat is goed. En ik schat in dat ik binnenkort misschien wel weer op de Trek naar station Zuilen durf.

Monday morning

De receptioniste van de Spoed Eisende Hulp zei vrijdagavond: 'Dan belt u maandagmorgen om half negen even voor een afspraak met de gipsafdeling.'

Eerst sta je een kwartier in de wacht. Dan hoor je een damesstem: 'Afspraken. Een momentje alstublieft.' En dan hoor je niets meer. Na tien minuten stilte denk ik: wat was ik ook alweer aan het doen? Ik hang maar op en probeer het nog een keer. Dan krijg ik de melding: 'Het is te druk. Probeert u het later nog maar een keer.'

Om vervolgens het autobus-systeem van Utrecht Noord-West naar Bunnik (Utrecht Zuid-oost) te gaan betreden. Je moet je gewoon níet opwinden en géén haast hebben. Het duurt ruim een uur. Je mist steeds net alles, ga daar nu maar van uit, dat is part of the game. Uiteindelijk kom je er wel.

zondag 9 april 2017

Kofferbak

Gelezen: De dood van Murat Idrissi door Tommy Wieringa. Wat een indrukwekkend boek. Het is niet zo dik, 124 pagina's slechts. Het verhaal over twee Nederlands-Marokkaanse meisjes die vanuit een vakantie in Marokko een 19-jarige Berberjongen meesmokkelen in hun auto, en die jongen stikt in de achterbak van hun auto op de veerpont naar Spanje. Met zijn lijk achterin hun auto rijden ze door het eindeloze lege smoorhete Spanje. 

Het is een heel beeldende novelle die je niet loslaat. Die twee meiden tussen twee culturen die nergens bijhoren: niet bij Nederland en niet bij Marokko. De manier waarop ze zich in Rabar door een Maokkaanse 'vriend' op sleeptouw laten nemen en zich laten overhalen Murat mee te smokkelen. De schrik als hij dood blijkt te zijn. De schrik als hun 'vriend' er met het geld vandoor is. Het zinderende landschap van Spanje waar al die migranten zich doorheen bewegen zuidwaarts en noordwArts. De stank in de auto. De wanhoop wat ze moeten doen. 

Eenarm


Wat ik met de ingegipste linkerarm wel kan is: slapen. Planten water geven. Een ei bakken. Thee zetten. Koffie zetten. Brood smeren. Wandelen. Met de rechterhand typen.

Wat ik met de ingegipste linkerarm niet kan: autorijden, fietsen, bellen & aantekeningen maken, vaatdoekje uitknijpen. Douchen. Deodorant onder de rechteroksel smeren. Flossen. Vlees snijden. Boterhammen snijden. Mijn vork in mijn mond steken. Dekbedhoes vervangen. Was ophangen.

Wat met een ingegipste linkerarm ineens heel moeilijk gaat: kleren aantrekken. Doppen van potjes en flessen afdraaien. Droge was van het rekje halen. Was opvouwen. Afwasmachine uitruimen. Veters strikken.


Ik dénk dat ik niet kan koken, maar dat gaan we morgen zien. Of kant en klaar eten.

Negentig

Tante Miep is 90 geworden en dat vieren we aan zee. Samen  met Tante Gré, Tante Cor en Schoonmama. Allemaal zijn ze uit hun huizen (te Den Haag-Zuid, Zwolle, Amersfoort en Maassluis) getrokken om er in Kijkduin bij te zijn. Het is schitterend weer. Ze stralen allemaal dat zij en wij er allemaal zijn. Ik wilde eerst niet mee, met die gipsarm, maar ik heb mij vermand. Een gebroken pols is een onderwerp dat het in familiale kring erg goed doet. Iedereen heeft wel eens een pols gebroken. 

Tante Cor weet het allemaal niet meer zo goed. Elke keer als ze mij ziet zegt ze: 'Wie is dat?' Dan antwoorden haar zonen: 'Dat is Lúcie Theodora, moe! Van Bobby!' Maar dat helpt niet. 'Wie is dat?' 

Tante Miep krijgt een groen-roze taart en een luid Tadada LangZalZeLevenInDeGloria-muziek. Zoals dat gaat in etablissementen aan het strand. Het is best leuk. Zij zegt: 'Dank jullie wel. Maar voor mij hoeft het niet meer heel lang te duren.' En verder heeft zij / hebben wij een hartstikke leuke dag.

zaterdag 8 april 2017

Breukje

Opeens zit ik met mijn onderarm in het gips. Pols gebroken. Klein scheurtje, maar toch. Dat heet gebroken. De arm was dik en blauw. Dat kwam zo. Nichtje is eindelijk helemaal klaar met haar artsenopleiding en is nu trauma-arts. Eerste Hulp-arts. Ze hadden een surprise-party voor haar bedacht en ik ging een cadeautje kopen. Toen ik van de week over Hoog Catharijne liep was ik langs een grappig winkeltje gekomen waar ik manchetknopen in de etalage zag met de tekst: 'Trust me', en 'I'm a doctor'. 'Ze hadden ook 'Trust me', 'I'm a banker'. Dat lijkt me een leuk cadeautje, ook al draagt ze geen overhemden.

Vanwege het nog wat  wankele gestel ga ik met de bus, en in de voetgangerstroom rond het station, het Vredenburg en Hoog Catherijne struikel ik, hard op de knieën, Nou ja laat ik niet detail treden. Ik krabbel op, zere knieën, zeer gezicht, zere pols, maar ja, Cadeautje gekocht, weer naar  huis, waar de cd-kast bezorgd gaat worden. Drukke dag. De pols doet wel zeer en wordt steeds dikker. Menkan ineens enorme behoefte hebben aan een mitella. Etos verkoopt geen mitella's. De apotheek heeft er één.

Om half zes gaan we naar het verrassings-pannekoekenfeestje van Nichtje. Ik doe de mitella weer af en doe alsof ik geen zere pols heb, Laat Nichtje er dan even naar kijken, zegt Bobby, maar ik weet dat ze daar een bloedhekel aan heeft op feestjes. Dokter! Maar om 20u vraag ik het toch. En Nichtje onderzoekt me heel prettig en bekwaam en zegt: ik dénk dat-ie gebroken is. Ze stuurt me naar de Eerste Hulp, maar legt me ook snel even de procedures uit. Gaat allemaal over geld. Money.

Je moet eerst naar de Huisartsenpost, en om daar uberhaupt binnen te kunnen komen moet je eerst een telefonische afspraak. Zij kúnnen je doorverwijzen naar de Spoedeisen Hulp, maar dat gaat af van je Eigen Risico. Dat is duur.

En inderdaad. Een leuke vrouwelijke huisarts staat me te woord. 'Ik weet het niet',  zegt ze. U bent zo levendig en beweegt die arm nog zo,  ik kan me niet voorstellen dat dat gebroken is. Ik zou tot maandag wachten met een foto. Dat scheelt veel geld. Hoeveel? vraag ik. Een rontgenfoto in het ziekenhuis op een doordeweekste dag via de huisarts kost 50 euro, en bij de Spoedeisende Hulp 200 euro. Ik ga toch naar de Spoedeisende Hulp zeg ik. Ik wil weten of het gebroken is. Nichtje zegt tenslotte van wel. En Nichtje is trauma-arts. De huisarts doet een wedje met me, zegt ze, dat de pols niet gebroken is.

Als ik haar een uur later op de gang weer tegenkom - ik met de onderarm in het gips nu - schaamt ze zich. Dat hoort natuurlijk niet, een wedje met een patient. Nichtje vindt het zielig voor mij, maar is stiekum een beetje trots trots dat ze het goed had.

vrijdag 7 april 2017

Inkt

Naar het Inktstation aan de Amsterdamsestraatweg. Nu is het kleurenpatroon leeg. Vroeger was ik wantrouwig naar zulke winkels, oplichters leken het me, maar nu ben ik om. Toen mijn HP--printer stuk was heb ik me een Canon aan laten prater, wat niet zo slim was, zegt deze inktpatronenvuller, want Canon-inktpatronen zijn nog duurder dan HP-inktpatronen. 

De man intrigeert me. Het is een vriendelijke veertiger/vijftiger (?) met een klein eenmanszaakje. Met een injectiespuit trekt hij inkt uit een fles en die spuit hij in jouw patroon. Dan checkt hij of het patroon inkt afgeeft. Zo nee, dan is het patroon uitgedroogd en moet je toch een nieuwe kopen. Die heeft hij dan van het originele merk, en een wat goedkoper onbekend merk, waar je printer van gaat protesteren. 

Ik kan me niet zo goed voorstellen hoe en waarom iemand uitbater van zo'n winkeltje wordt. Wat hij daarvoor gedaan heeft. Of hij een gezin heeft. Papa en zijn inktwinkeltje. 'Mag ik een foto van je maken', vraag ik dan maar. 'Ik vind het zo'n fascinerend eenvoudig vak met die flessen en die injectiespuiten.' Hij staat het me verlegen lachend toe. En vertelt dat hij in juli gaat verhuizen. Om precies te zijn zegt hij: 'We gaan verhuizen. Nou ja, laat ik eerlijk zijn: ìk ga verhuizen.' Een stuk meer richting de stad. Hoe lang heb je de zaak al? Veertien jaar. Verder ga ik niet. Dat idee van mij van levensverhalen van ondernemers uit de buurt is zo gek nog niet.

Afscheid

Peeq vroeg van de week of ik mee wilde naar Carver in de Schouwburg: ze had de laatste twee kaartjes weten te bemachtigen. Hoe zat het ook alweer? In die grote bezuinigingsronde vier jaar geleden in de theaterwereld was Carver  - ondanks kun unieke inbreng en kwaliteit - verkoren om te stoppen. Argument zoals ik me herinner: er moest meer ruimte komen voor jong. Ik heb uit hun beste lange bestaan maar enkele voorstellingen gezien, en die waren altijd geestig en bizar. Ik herinner me vooral de geestige René 't Hof. Nu hebben ze een vrije productie gemaakt, de vier actrices Beppie Melissen, Leny Breederveld, Raymonde de Kuyper en Joke Tjalsma. Maria Goos heeft er ook nog aan meegeschreven. 'Hilarisch!' juichte de Volkskrant. 

Ik ben nog wat zwakjes van de ziekte en ga maar niet met de fiets. Een heel uitgezoek nog hoe je met de bus bij de Schouwburg komt. In Amsterdam kon ik alle tram- en buslijnen dromen, hier te Utrecht heb ik behalve 'mijn' Zuilense bussen 3, 4 en 5 waarmee je bij het Vredenburg komt nog niet zo'n idee. Ik neem dus maar genoeg tijd en zo zit ik al drie kwartier voor aanvang in het Dudokcafé. Het Schouwburgpubliek bestaat uit voornamelijk uit deftige 50+- en 60+-dames, soms met hun/een man. Daar pas ik naadloos tussen, moet ik toegeven, maar dat wil ik natuurlijk niet.

Het was een wonderlijke voorstelling. Echt een Carver. Vier dames op leeftijd die vele jaren samen in een rockband hebben gespeeld komen weer bij elkaar. Het is onduidelijk of ze zo weer gaan optreden. Alle vier zijn ze gekleed in zwarte heavy metal outfit wat er bij vier dames op leeftijd best een beetje raar uitziet. Ze doen allemaal van die wazige chaotische vrouwengesprekken met chaotische ongestructureerde gedachtenspinsels. Een van de dames (die heel vergeetachtig is en de ingang niet kan vinden) wordt door een van de anderen telefonisch naar het podium geleid. Er is een heel gejeuzel of ze iets zullen eten vooraf en zo ja wat dan waarop een lang telefoongesprek volgt met een Chinees restaurant. Er gaat veel over mannen. Joke Talsma vertelt dat haar man een vriendin heeft, maar ze wil hem toch wel terug. Ook als hij zegt dat hij Parkinson heeft? Vragen de collegae. 

Het is echt geestig, al denk ik bij 'hilarisch' aan lachsalvo's en die hoor je niet. Wel Ag en toe gehinnik. Ik denk dat het heel knap is. Ik kan me echter niet zo goed concentreren en suf regelmatig een beetje weg. Ik vind het wel een beetje gênant, want Peeq is erg enthousiast en vindt het briljant.

De terugweg met de bus terug naar huis duurt voor mijn gevoel wel een uur. Lopen. Wachten. Rijden. Lopen. Goed voor het onthaasten.

donderdag 6 april 2017

Ziek

Opeens ben ik ziek. Misselijk. Héél misselijk. Nee ik wil geen eten. En ook geen drinken. Ik ben heel misselijk. Ik was het op het werk al. Als ik heel stil in bed ga liggen, misschien gaat het dan wel over. Hoop ik.

Maar het gaat niet over. Tegen tienen 's avonds steek ik in godsnaam dan maar de vinger in de keel. En dan knalt het middageten er uit. En nog een keer, en nog een keer. Om 02u is de laatste keer. 

Er is zoveel werk te doen. Om 23u app ik naar collega Mandy: ik ben héél ziek. Ik denk dat ik morgen thuis blijf. Zij terug: ik ben óók héél ziek. Zelfde symptomen. Hoe kan dat? Hoe moet dit nu? Die vacature moet nú online, app ik naar de baas. Nú. En zonder mijn naam. Ze mogen me niet bellen.

Hoog

In de trein naar huis lees ik in de DUIC-app een juichend bericht dat het nieuwe Hoog Catharijne geopend is. Ik háát Hoog Catharijne. Maar dat was geloof ik al bekend. Over de kwestie van de nieuwe voetgangersbrug (de Moreelsebrug) over de sporen zónder trappen naar de perrons heb ik een tijdje terug al geschreven. Daar zijn inmiddels vele acties over op touw gezet.

De Utrechters willen niet door Hoog Catharijne moeten. Die willen de keuze hebben Hoog Catharijne te vermijden. Maar goed, nieuwsgierig ben ik ook, ik ga toch even kijken. Helemaal van spoor 14 naar Hoog Catahrijne waar vanaf de kant van Utrecht CS nog weinig veranderd is. Blijkbaar is alleen de kant vanaf het Vredenburg vernieuwd. Het is er groots hoog en licht, en met allemaal bekende ketenwinkels. Het zal er best populair en druk worden, maar ik vind het afschuwelijk. Kopen kopen kopen.

woensdag 5 april 2017

Solex

De oproep van onze Dordtse nicht levert een stroom aan leuke foto's op in de Familie-app. Om 23 uur beginnen we wild te appen, terwijl we toch nodig naar bed moeten. Deze vind ik wel de leukste. Begin jaren zeventig? Op het grasveld achter ons huis in de nieuwbouwwijk Angelslo. Op de achtergrond de Anne de Vriesschool. Ik weet alles nog van dat grasveld. Das grasveld was de wereld. 

Onze vader had een Solex. Heb ik het wel eens over zijn Solex gehad. Hij had ook een solide Gazelle fiets, maar hij ging altijd op de Solex. Daar schaamde je dan voor, je vader op een Sole, zo níet-hip. Maar zelf wilde je er toch wel graag op. Mijn buurmeisje slash vriendin Annet had een rode Puch. Veel mooier. En nieuw. Als zij en ik uit brommen gingen voelde het toch wat lullig: ik op de Solex. 

Er is helaas geen foto van mij op de Solex. Maar de vreugde van Zus3 op de Solex is onmiskenbaar. Dit wordt háár tienerfoto! En dat strale dan ook maar een beetje op mij af. Laatst dacht ik nog: zal ik een Solex voor mijn Zuilense-Utrechtse-Bunnikse fietsverkeer? Veel leuker dan een e-bike.

maandag 3 april 2017

Neven- en Nichten

Lucie Theodora,  Moederdag 1957
We hebben binnenkort weer Neven- en Nichtendag. Sterker nog, ik heb de komende twee weken twéé neven- en nichtenddagen. Eerst hebben we komende zaterdag Bobby's Neven-en-Nichten van zijn vaderskant, bijeen bij Tante Miep in Kijkduin die negentig wordt. En dan Tweede Paasdag 'onze' Neven-en-Nichten-dag in Dordrecht waar de vier kinderen van Vati's  oudste broer zijn geboren, getogen en gebleven.

Mijn Oudste Nicht uit Dordrecht vraagt nu om twee foto's: een babyfoto en een tienerfoto. Ik denk dat ze een diashow gaan maken en dat we dan gaan raden. Want we lijken met die Vermijenhoofden natuurlijk allemaal op elkaar. Ik heb geen babyfoto dan deze. Ik kwam ter wereld in het Diaconessenziekenhuis te Emmen, ik was te vroeg geboren en te klein, maar ik dronk zo gulzig dat Mutti en ik al snel naar huis mochten. Ik was het enige meisje op de zaal. Deze foto stond in de krant. Moederdag 1957.

Lucie Theodora, 1958
Er is nog een foto van een dikke blonde baby, met krullen, die ik zou kunnen en moeten zijn, maar ik weet het niet en ik herken haar/mij niet. Maar Bobby ziet het wel. Ja dat ben jij. Onmiskenbaar. Zoals je zit. Zo energiek. Als baby al.

Lucie Theodora, 1970 
De tienerfoto weet en ken ik wel, die vind ik heel lief. Er was blijkbaar een korte tijd dat ik mijn haar liet groeien. Los haar mocht niet, dus ging het in staarten. Dat vond ik stom en toen heb ik het weer afgeknipt. Op deze foto ben ik denk ik ca 13 jaar. Het was een donkerblauwe jurk met een lichtgele kraag. Uit de Knip of de Burda.

zondag 2 april 2017

Mos krabben

Een dagje naar Schoonmama. Ik weet niet zo goed of ik wel mee wil. Ik houd heel veel van haar en zij van mij, maar ik heb ook nogal behoefte aan níets. Thuis omhangen. Dan blijf je toch thuis, zegt Bobby begripvol en welwillend, maar dat vind ik dan weer ongezellig.

De oplossing voor vandaag blijkt mos krabben van haar terras. Heb je een mes en een bezem en een veger&blik? Die heeft ze. Het is anderhalf uur werk en dan is het mostapijtje pleite. Dat geluid! Kgg. Kgg. Kgg. Kgg. Kgg. Kgg. Onmiskenbaar mos krabben. De buurvrouw komt over het muurtje kijken en vertelt dat zijn het altijd met een hoge drukspuit laat doen. Ik vind moskrabben leuk, eigenlijk heel meditatief en het resultaat bijzonder bevredigend. Bijna ga ik ook de voortuin doen, waar de mosvorming zo mogelijk nog erger is. Maaar daar liggen de bakstenen in cirkels en trek ik met het mos teveel aarde mee. Daarvoor moet een zak zand mee om de ontstane gaten weer op te vullen.

Dat is een mooi middagje dat we afsluiten met door Bobby vervaardigde stamppot andijvie met spekjes. Iedereen blij. 

zaterdag 1 april 2017

Zen Drawing


Het eten en de afwas zijn gedaan, het Journaal is gezien, wat nu? Ik ga de frittilaria tekenen.   

Hier had ik (wéér) het probleem om het licht erin te krijgen. Was begonnen met een printje per ongeluk op eenvoudig 80-grams wit printerpapier, wat ik nooit doe, ik lette even niet op, en dat papier lost bijna op in al het water dat ik gebruik. Fohnen.

Als ik na twee uur klaar ben scan ik de tekening meestal direct in en plaats ik hem in de Facebookgroep 'Zen Drawing'. Dat is nu eens een virtuele community waar ik blij van word. Mensen uit de hele wereld plaatsen daar hun tekeningen. Sommigen zijn professioneel, anderen amateur. Soms zie je het, soms zie je het niet. Ze hebben uren aan hun tekenening gewerkt, zijn gelukkig met hun resultaat en willen dat heel graag delen.

Ik weet niet goed wat 'zen' is bij tekenen, en hoe mensen bij die groep terecht komen. Ik geloof dat bijna elke tekening 'zen' is. Je concentreert je urenlang op alleen die tekening.

Laatst was er een prachtige gedetailleerde tekening van een  hondç gemaakt door een Syrische jongen te Zweden. Ik was helemaal ontroerd en wilde hem onmiddellijk naar hier uitnodigen.

In en om huis

Dan het stadstuintje thuis. Want de vreugde over het moestuinieren is weer van een heel andere orde dan de vreugde over het stadstuintje. Bij mensen op het platteland is dat geïntegreerd, maar voor stadsbewoner niet. Een stadstuintje moet bloeien. Ik heb besloten dit  net als vroeger aan te pakken als ooit de balkons van mijn leven. Elke dag komt er een plantje mee van het winkelcentrum. Drie weken geleden had je de witte en blauwe druifjes, de hyacinten en de narcissen, nu hebben we de rodondendron en de frittilaria. De keizerskroon. Vorig jaar tikte ik zo de Kivietsbloem op de kop, die merkwaardigerwijze ook frittilaria heet. Die moet nog uitkomen, maar ik geloof dat hij dat gaat doen.

De buurkinderen vinden het wel leuk geloof ik, dat ik zo het huis in en uit scharrel. Liam fietst nu en doet graag van elk rondje dat hij gefietst heeft verslag. Het kleine Chinese buurmeisje op rolschaatsen roept stralend 'handen omhoog!' tegen mij. Zij heeft een piepklein roze waterpistooltje. En buurjongen Kiano komt nu ook van alles vertellen. Hij heeft een nieuw skateboard gekregen, en de zwanen hebben nu twéé eieren. Lúcie! roepen ze steeds, Lúcie! 

De eigen moestuin


Sinds vanochtend ben op ik moestuiniercursus in de buurttuin aan de Klopvaart in Overvecht. Ik hoop daar nog iets meer te leren en zelfwerkzamer te worden. Al doende te leren, onder deskundige leiding met een plan. Er zijn maar twee medecursisten: Hasan en Martijn, en de docente is een gepensioneerde basisschooljuf. Ze heeft er enorm tempo in. Haar roots liggen dus op de basisschool, en dientengevolge haar aanpak ook. Heel planmatig en directief. Methodisch. Heerlijk. 

We krijgen een sleutel van de tuin en de schuur, zodat we er altijd in kunnen, we betalen 145 euro voor de lessen en de zaden. En daar gaan we.

Een lange inleiding mogen we wel vergeten, we gaan meteen naar ons eigen lapje grond dat een behoorlijke lap blijkt te zijn. Het is al door de organisatie omgeploegd en met paaltjes touwtjes zijn grenzen afgezet.  We moeten uit de schuur de cultivator meenemen (alsof wij weten wat een cultivator is), een schepje, en een emmer voor het onkruid.

Eerst moeten we de geploegde aarde met de cultivator egaliseren en dan paadjes maken. Dan poten we twee rijtjes vroege aardappelen, twee rijtjes late aardappelen, twee rijen sjalotten, uien, tuinbonen, en vervolgens zaaien we rucola, radijs en tuinkers. Het gaat heel systematisch met gele stokjes, zodat je weet wat waar in de grond is gegaan. Het is nu eerst vier zaterdagochtenden, en daarna nog zes lessen met meer tijd ertussen. De juf is heel straf en uptempo. Ik vind het wel leuk.

Na afloop probeer ik aan Bobby uit te leggen hoe bijzonder het is om dit nu zélf te doen. Voor mijzelf. Alsof er een dimensie bijkomt. Het is toch anders of ik aardappelen poot voor Bart of voor mijzelf.