maandag 10 april 2017

Trek

Toen ik veertig werd wilde ik kreeg ik een mountainbike cadeau: van Ex, de Geschwister, de vriendinnen en de collegae. Het werd een Trek. Ik vond mijn Trek de Mercedes onder de fietsen. Ik droomde ervan om 's avonds als het stil was geworden over de kleine voetpaadjes door het Twiske te kunnen rijden. Dat heb ik geloof ik twee keer gedaan. Toen nam ik dunnere banden en werd de Trek mijn toerfiets.

Die Trek heb ik nog steeds. Hij is vrij laag. Hij zou nu wel eens goed van pas kunnen komen: ik kan makkelijk met de voeten bij de grond. Mijn huidige stadsfietd is een te hoge heren-Batavussportfiets, die heerlijk fietst maar waar ik niet gemakkelijk van op- en af-stap. En niet met mijn voeten bij de grond kan. Dus met één hand aan het stuur fietsen ga ik op de Batavus niet doen.

Op ons achterterrein ga ik uitproberen hoe het met een arm fietsen voelt op de Trek. Of ik daarmee buiten de spits het verkeer in durf. 'Lucie! Hoe gáát het nu? vraagt buurjongetje Liam die net thuiskomt. 'Ik ga even proberen of ik toch kan fietsen,' vertel ik. Dat boeit hem, omdat hij zelf net een week durft te fietsen. 'Zal ik met je meehollen', biedt hij aan. Daar breekt je hart toch van. 'Nee', antwoord ik desalniettemin, 'laat me maar een beetje. Als het gaat kunnen we morgenavond samen wel een eindje gaan fietsen.' 

Hij vindt mijn Trek een hele mooie fiets. Die wil hij ook wel. 'Hoe lang heb je die al?' vraagt hij. 'Al heel lang', zeg ik. 'Twéé jaar?' 'Nee, twíntig jaar.'

Alleen dat het zadel een beetje kapot is, dat vindt hij maar niets. 'Dat heeft een geschiedenis', vertel ik. 'Ooit had ik een hond. Een Tibetaanse terriër. Dino. Geweldig leuk beest. Ik weet het nog precies, dat ik naar het Twiske fietste, langs Landsmeer, Dino rende mee aan de riem. We hadden een aardig tempo. En toen moest Dino acuut poepen en stond hij in een keer stil. En ik sloeg keihard om. Ik kapot. Zadel kapot. Nooit gerepareerd.' 

Het is een beetje een lange anecdote voor Liam en ik geef toe: niet al te boeiend. Hij gaat naar huis. Dat is goed. En ik schat in dat ik binnenkort misschien wel weer op de Trek naar station Zuilen durf.

Geen opmerkingen: