vrijdag 31 juli 2020

Een roosje m’n roosje

De zin in het leven wordt ook bepaald door de tuin. Mooie bloei, fruit aan de boompjes. Hoe ienieminie ons tuintje ook is, de groei en bloe zijn overweldigend. Elke avond zitten we er ons maaltje te smikkelen, en te genieten van de bloei en de vogeltjes. In de corona-tijd had ik erg weinig zin in tuinieren. De laatste week is de zin weer helemaal opgeflakkerd. 

Elke dag loop ik langs de bloemist om te kijken wat ze heeft en hoera, er zijn deze week weer kleine roosjes. Die zijn echt om verliefd op te worden. Die van vorig jaar had ik in het voorjaar in de volle grond gezet, maar die deden alsmaar niets, tot twee weken geleden en nu zijn de groene blaadjes de laatste weken helemaal afgekloven. Ik vrees dat de naaktslakken dat gedaan hebben die avond na avond de tuin overnemen. Basilicum zijn ze ook gek op.

In de tuin vóór, waar geel en paars de boventoon voeren, heb ik gele roosjes neergezet en geel-paarse petunia’s die ik op de Straatweg vond. En achter, waar de kleuren geconcentreerd zijn rond lila roze en wit staan nu drie potten zachtroze roosjes. Ik maak me nu al zorgen over de zon dezer dagen en mijn weekje weg binnenkort. Overleven ze dat?

En in de moestuinbakken heb ik veel uitgebloeide, verwilderde en mislukkingen verwijderd en er verse sla, paksoi en een klein boerenkooltje voor in de plaats gezet. Weer als nieuw. De voorlopige wederopstanding uit de coronacrisis, al houden we ons hart vast.


Zin

Bobby tipt me op een interview met een relatief jonge Finse filosoof Frank Martella, van wie een boek in het Nederlands is vertaald, over hedendaagse zin in het leven. Titel: Een prachtig leven, hoe vind je zin in je bestaan? 

Ik kan op de een of andere manier nooit zoveel met het woord zingeving. Alsof het allemaal zin zou moeten hebben. Al die miljarden mensen. We zijn er gewoon en op een dag zijn we er niet meer. We zijn mieren. En onderweg van A naar B kunnen we veel geluk hebben of pech hebben. Of je in een gebied met vrede woont of met oorlog. Of het er vruchtbaar is of niet. Of er water valt of niet. Of je in een democratisch systeem leeft of niet. Of er welvaart is of niet. Ik noem maar wat. Die dingen zijn niet allemaal door individuen te sturen. Maar of het allemaal zin heeft? Je kunt het wel draaglijker maken door vooral dingen te doen waar je zin in hebt. Dan ervaar je ook meer zin, zegt hij.

‘Verbondenheid’, ‘autonomie’, ‘competentie’ en ‘welwillendheid’, noemt hij als componenten voor zin in het leven. Zorgen dat je liefde en vriendschap in je leven hebt, dat je je eigen dingen doet die bij jou passen, dat je je vaardigheden uitbreidt en gebruikt, en dat je andere mensen helpt. 

Het is wel aardig om voor mijzelf vast te stellen dat ik juist deze vier componenten probeer vorm te geven in de struggle om het leven buiten het arbeidsproces als zinvol te ervaren. Mensen wier leven volgeprogrammeerd is met arbeid, gezin, huishouden, leuke dingen doen, hebben minder lege úren om daarover te tobben.

Ik herinner met het boek De kracht van betekenis van de Iraans-Amerikaanse schrijfster Emily Esfahani Smith, dat een vergelijkbare strekking had.

donderdag 30 juli 2020

Weer naar buiten

Een mooie dag op de taxi. Best weer een vol schema. Dames naar de winkelcentra, die nu weer zelf voor de hele week boodschappen kunnen halen. De opluchting. 

Petites histoires. Een had eindelijk weer gezwommen, die haal ik van het luxe zwembad David Lloyd. Een had gezellig met een vriendin bij een Turkse lunchroom zitten eten en bijkletsen. Die haal ik bij Winkelcentrum Overvecht. ‘Mijn schoondochter heeft al die maanden stamppot voor me gemaakt. Heel lief hoor, maar dan wil je wel eens iets anders.’ Een was in Tuindorp op visite bij een oude vriend. Zo gezellig. In de tuin. Wat had ze genoten. Ze had spijt dat ze me al om half drie had besteld voor de terugweg naar haar flat in Voordorp. Ik zeg: ‘Ik had best een uur later kunnen komen. Bél de volgende keer even wat mogelijk is.’ ‘O ja? Kan dat?’ 

Een mevrouw die ik breng en haal bij winkelcentrum De Gagel zegt als ik haar veel te zware boodschappentas bij haar voordeur zet: ‘Je bent een éngel!’ Grote vreugde en dankbaarheid.

Bij de Hornbach

Het is zo aangenaam vertoeven op de lijstenafdeling van de Hornbach. Er komen allemaal mensen, meest 50+-dames, met hun creatieve producties. Vóór mij is een vrouw van volgens mij ver in de tachtig met een burduurwerkje dieren-op-de-boerderij. Heeft u dat zelf gemaakt? vraag ik. ‘Ik heb het àfgemaakt’, vertelt ze, ‘voor een oude dame.’  Ze kan er zelf ook om lachen. 

Met grote toewijding wordt haar borduurwerkje om een kartonnetje gespannen en ingelijst. Iedereen blij. 

De mevrouw ná mij komt uit Middelburg maar gaat altijd naar Hornbach in Nieuwegein. ‘We hebben er ook een bij Breda maar ik combineer het met mijn bezoek aan De Meern.’ Zij schildert, borduurt, haakt en naait mondkapjes. ‘Sinds Corona heb ik al twee beddenspreien gehaakt.’ Dit voor de geschiedschrijving.

Terwijl ik naar de kassa loop peins ik wat over het succes van Hornbach ten opzichte van Praxis en Gamma. De productkennis en klantvriendelijkheid is enorm bij het Hornbach-personeel. En ze hebben ook veel afdelingen voor niet-zo-technische vrouwen, zodat het geen straf is om koppelsgewijs daar naar toe te gaan: de tuinafdeling, de home-decoratie en dus de kunstenaarsbenodigdheden. 

Bosnië Herzegovina

Gekeken naar aflevering 1 van het programma ‘We zijn er bijna’ van Omroep Max. Dat kwam zo: ik ben wel weer in voor weer eens een vakantie in de Balkan. Kroatië hebben we gehad, Slovenië, Macedonië, en Montenegro. Elke keer weer avontuurlijke vakanties. Het programma bestaat al jaren, maar ik heb het nog nooit gezien. 

Deze serie - van vorig jaar - voert naar Bosnië-Herzegovina. Daar zijn Bobby en ik vanuit Kroatië één dag geweest. Het was niet zo behaaglijk, het was er erg armoedig en er was nog heel veel schade te zien van de oorlog van de jaren negentig. Geen geld om het op te knappen, terwijl in Kroatië een stad als Dubrovnik al snel helemaal herbouwd en opgepoetst is. Als nieuw. In Macedonië en Montenegro is ook de geschiedenis van voormalig Joegoslavië, maar daar was ter plekke geen oorlog geweest.

‘We zijn er bijna’ is een verslag van een groepsreis met 35 senioren, 70-plus, en Omroep Max is ook mee. De mensen die meegingen vonden de Balkan een beetje een enge bestemming, dus 35 landgenoten maakten het blijkbaar minder eng. Ik zal je zeggen: voor mij is dat juist een soort nachtmerrie, 35 senioren in campers en caravans.   

Wat onmiddellijk opvalt is de nabijheid van die mensen. De 1,5 meter-regel - waar de samenleving nu van doordrongen is - kon je toen nog niet bedenken. Als je zo'n foto ziet is het belangrijkste wat je denkt: die zitten te dicht bij elkaar. Het programma dat nu te zien is is een herhaling van vorig jaar. Dit jaar kon het niet doorgaan.

Maar de landschappen zijn práchtig, de eenvoudige campings. De stadjes, de markten, soms de mensen. Hoewel je vooral de 35 Nederlandse senioren in beeld krijgt, bijna allemaal echtparen. Ze doen spelletjes, spelen sudoku, jeu de boules, wandelen, zetten de caravan neer en breken weer op, en zoeken hun weg door dat golvende landschap.

woensdag 29 juli 2020

‘Software-dingetje’

Ik moet nodig naar de fietsenmaker, vanwege de tegenvallende accu van de Gazelle Vento. Ik merk dat ik er een beetje tegenop zie. De vorige keer dat ik naar hen toe ging voor de servicebeurt zeiden ze dat ik een afspraak moest maken. Maar ik wil graag ook even van gedachten wisselen over de ervaringen met de accu. Dus trek ik de stoute schoenen aan en ga op de bonnefooi.  

Vier medewerkers. ‘Ik kom zo bij u’ is hun vaste tekst. ‘Ik wil graag een afspraak maken voor een servicebeurt én even overleggen over mijn accu’, zeg ik als ik eindelijk aan de beurt ben, voor de duidelijkheid en vooral ook om niet meteen afgescheept te worden. Omdat hij ook alweer tegen nieuwe klanten roept: ‘Ik kom zo bij u.’ Ik begrijp dat ze de eerste twee weken van augustus dicht gaan en dat hij erg veel zin in vakantie heeft.

De mensen kopen hun e-bike bij de kwaliteitsfietsenmaker voor de service. Maar vandaag is hij niet zo goed in service.

Ik heb nog geen twee zinnen gezegd of hij kapt mij af met: ‘ik weet het al. Kom naar de vierde week van augustus. Dan hebben we ruimte. Derde week augustus zit al vol.’ ‘Mag ik mijn zin toch even afmaken’, zeg ik, ‘ik wil graag advies over de accu.’ ‘Niet nodig’, antwoordt hij staccato, ‘actieradius, bekend probleem. Softwaredingetje. Kom vierde week augustus. We hangen ‘m aan de computer. Bosch kijkt mee. Afspraak? Nee. Niet nodig.’

Ecologisch maaien

Het leven is een stripverhaal. De collage vertelt toch meer dan één foto. Drie mannen gaan het uit de hand gelopen Bloemenlint ecologisch maaien. Er is geen grote groendienst meer bij de gemeente, nee die werkt met onderaannemers. Het gevolg is dat er elk jaar weer een nieuwe onderaannemer is die met mannen werkt die er ook niet al te veel verstand van hebben. Tegenwoordig halen die onderaannemers een diploma ecologisch of insectvriendelijk maaien of hoe dat ook moge heten, en dan mogen ze behalve gazons ook dit soort gebieden maaien.

Inspraak (2)

Als je inspraak geeft dan wordt het al gauw allemaal grenzeloos. Ik ben door de máánden heen al heen-en-werend op een bepaalde oplossing uitgekomen. Houten lijstjes die 'zilver' heten maar de laatste tijd meer richting goud gaan. Ze kosten inclusief passe-partout ca 20 euro en het geeft het allemaal iets meer cachet.

Maar ja, smaken verschillen. Ooit (zo'n dertig jaar geleden) werkte ik een paar jaar in een dure lijstenmakerij. Dat vond ik erg leuk om te doen, want mensen komen met hun schatten naar jou toe en jij mag helpen ze nog mooier en betekenisvoller te maken. We hadden oneindig veel soorten en stijlen chique lijsten en kleuren en materialen. Die legde je er dan omheen om af te tasten in welke richting de smaak ging en dan kwam het keuzeproces. Bij de al te weifelende klanten ging je een beetje pressen. De aandacht, de mooie materialen, het werkproces maakten het allemaal nogal prijzig, maar er zijn mensen die makkelijk honderden euro's neerleggen voor een lijst. Ze moesten er wéken opwachten. Dat accepteerden ze. Alleen het beste was goed genoeg. O die verrukking als het af was.

Ik doe het inlijsten nu vooralsnog bij Hornbach. Maar nu zo’n heel keuzeproces begeleiden, dat wil ik geloof ik niet. Dus nu heb ik maar een documentje gemaakt als voorbeeld.

dinsdag 28 juli 2020

Inspraak (1)

Een portret van Mirjam. Ik heb weer eens een slapeloze nacht en ga dan maar dit maken. ‘Wat vind je?’ vraag ik ‘s morgens. Ze vindt ‘m heel mooi maar zou in plaats van de grijsblauwe achtergrond er graag wat oranje doorheen gemengd zien. Oranje? Ik doe zoals ze vraagt maar dat wordt niks. Moet ik roze pet dan ook een beetje oranje maken? Maar een oranje pet is heel iets anders dan een roze pet. Ik moet de mensen geloof ik geen inspraak geven. Minder kleur zorgt voor meer rust en concentratie.

Maar met een vaalgroenbruin passe-partout gebeurt er een wonder. 



Wijk

Wijk aan Zee-Heemskerk doen Will en ik vandaag. Want dinsdags heb ik de bolide en nu kan ik eindelijk eens naar het strand. Grote drang naar het strand. Wijk aan Zee is 55 minuten rijden. 

Er staat daar aan de Noordzee een straffe wind, heel lekker. Je zou denken dat de Noordzeekust vol is met Nederlandse en Duitse vakantiegangers, maar geenszins. In Wijk aan Zee kun je gratis parkeren aan het strand. We lopen naar strandovergang Heemskerk en daar de Kennemerduinen in. Mooi is vakantie-in-eigen-land.

Knuffels


Trouw-lezers zijn dol op de etiquette-rubriek van Beatrijs Ritsema. Dat is op zaterdag de eerste rubriek die ze/we lezen. Overdreven vraagstukken. Zijn ze echt? Verzint ze ze zelf? 'Mijn oude vader van ver in de tachtig heeft elke drie maanden een nieuwe vriendin, en hij wil ze telkens met mij laten kennismaken. Heb ik geen zin in. Wat zal ik doen?’ ‘Ik kreeg laatst een tweedehands boek cadeau voor mijn verjaardag. Ik vind dat niet kunnen. Hoe moet ik reageren?’ Wat heeft Beatrijs nu weer? vragen we elke zaterdag bij de koffie. 

Een paar maanden werd de zaterdagbijlage met daarin die rubriek al op vrijdagavond bezorgd, apart, dus ik vroeg de bezorger of hij daar alsjeblieft mee op wilde houden omdat deze rubriek de zaterdagochtend zo vreugdevol maakt. 

Afgelopen zaterdag was er een vraag van een man (33) die kloeg dat zijn vriendin met wie hij sinds kort samenwoont zo van haar knuffelkonijn houdt dat ze het diertje ook mee naar bed neemt. Hij vindt het nogal stom, want ze heeft toch hém, maar hij durft haar er niet over aan te spreken. 

Wat een problemen hebben de mensen toch. En toch zijn de vraagstukken ook wel weer een beetje herkenbaar. Deze raakte omdat ik ook best van knuffels houd. Soms als ik een beetje ziek ben wil ik mijn troostknuffel. Ik heb er een stuk of drie. Een soort beertje met een ijsmuts op die ik jaren geleden kocht op een kerstmarkt in Saarbrucken toen ik ziek in een vakantiehuisje lag. Een kocht ik onderweg naar Slovenië, ik geloof dat ik toen aan een frozen shoulder leed. En vorig jaar kocht ik een heel schattig egeltje bij het bezoekerscentrum in de Biesbosch. Dat staat nu als een huisdiertje in de huiskamer. Bobby heeft denk ik niet aan Beatrijs geschreven, hij lijkt best dol op de diertjes.

maandag 27 juli 2020

De Haar

De Duitse vriendinnen doen nu het zomer is veel uitstapjes en vandaag mag ik ook mee. Ze gaan naar ‘Haar Zuilen’ appt een van hen, dus ik concludeer dat we gaan wandelen om Haarzuilens. Maar nee, ze gaan naar het Kasteel. Kasteel De Haar. Ik houd niet zo van kastelen, van die kamers vol pracht en praal. Over de ruggen van wie was dat, denk ik dan altijd. Hier is ook nog eens een gigantische kasteeltuin bij.

Mij hoor je over musea momenteel niet gauw klagen, maar hier bij kasteel De Haar is het veel en veel te vol, en waar het te vol is wordt niet opgetreden. Vooral vervelend is de entree van het kasteel met ongeventileerde nauwe trapjes en gangetjes, die steeds verder volstromen en niet doorstromen doordat het niet duidelijk is hoe. Iedereen wacht. Wanneer ik na tien minuten op onderzoek ga wat de oorzaak is van de opstopping blijkt dat het ter plekke onduidelijk is wanneer men met haar entreebewijs door/langs het toegangspoortje met de scanner kan. Omdat dat apparaat rood straalt is denken de mensen dat ze moeten wachten. Ik vraag aan de vrijwilliger ná de scanner - die de bezoekers welkom heet - of er niet een bordje naast de scanner gezet kan worden waarop te lezen is dat men ook bij rood mag doorlopen. Maar dat is iets voor de staf, zei hij. Niet voor hem.

Ook in veel van de ruimtes zijn er opstoppingen bij de ingangen van de kamers. Want er mogen maar zes of tien mensen in elke kamer. Op een gegeven moment wil ik alleen nog maar naar buiten, maar dat kan niet vanwege de opstoppingen. Er ontstaat zo allerlei irritatie en gedoe. Het zou fijn zijn als dat door de medewerkers een beetje gereguleerd wordt. Quod non. Ik mail maar een klacht. 

zondag 26 juli 2020

Alpaca’s

In het Julianapark bij ons op Zuilen is de afgelopen maand met succes een crowdfunding actie gevoerd voor alpaca’s op de Dierenweide, en het streefbedrag (€2500) is ruim gehaald en gisteren zijn de dieren gebracht. Drie. De Dierenweide is 111 jaar oud en wordt gerund door bevlogen vrijwilligers. Het Julianapark is een monument in de stad, evenals de parken Oog in Al en Zocherpark. Ik vind het er verrukkelijk. Het is een heel ‘volks’ park, er komen veel mensen met kindjes, er is een ouderwetse speeltuin en veel ruimte voor picknicken. Er lopen onwijs veel eigenwijze kippen en hanen rond.

De Dierenweide is ook nogal ouderwets en doet me erg denken aan het Dierenpark te Emmen - van vroeger, toen ik nog klein was, vóór alle moderniseringen.. Er zijn herten, varkens, geiten, schapen en heel veel vogels. Er is het afgelopen jaar hard gewerkt aan volières. En nu dan drie alpaca’s. Berglama’s. Het zijn net speelgoedbeesten.

zaterdag 25 juli 2020

Kardoen

In onze Tuyn te Zuylen staat een enorme kardoenplant. Hij lijkt op de artisjok maar heet kardoen. Er stoppen allemaal mensen om hem te fotograferen. Ik heb het even opgezocht maar terwijl je - volgens de hippe vegetariër - van de artisjok de bloem eet zou je van de kardoen de stengel eten. Net heb ik weer courgette en bietjes geoogst uit mijn eigen moestuinbak, maar in kardoen heb ik nog niet zoveel zin.

Leermomentjes

Wat ik allemaal geleerd heb van die drie dagen op de fiets. Ontzettend veel indrukken.

De route had ik gemaakt via de knooppuntenroute. Ik had de app en website van Route.nl, hun app en de Fietsatlas van Falk. Dan heb je heel Nederland bij je. Theoretisch is het ideaal. Je hebt een blaadje met al je nummers op je stuur dus je hoeft niet steeds af te stappen: waar zijn we en waar gaat we nu naar toe? Maar. Er klopte regelmatig iets niet. Of ik kon aan de ene kant van een wat grotere plaats de knooppuntbordjes in de bebouwde kom niet vinden en dan ben je nergens. Soms misten nummers, soms waren ze anders. Je moest onderweg steeds op bij de kaarten stoppen om te checken of je goed zat en of de komende nummers klopten. Achter in het colofon van de Fietsatlas staat een verraderlijke  reclaimer dat ze niet verantwoordelijk zijn voor de juistheid van de data.

Zowel Colette als Mirjam reageerden verbaasd: 'Ben je dáár langs gefietst? Er is een véél mooiere route. Je had mij even moeten vragen!' In gesprek met de filosofische ecoloog waar ik logeerde die ook veel fietst (ze waren niet voor niets Vrienden-Op-De-Fiets) moest ik hem geloof ik gelijk geven toen hij zei dat hij toch het liefst fietst met een fietskaart op het stuur met een fietskaart waarop in groen de mooiste routes zijn aangegeven. Dat heeft weliswaar als nadeel dat je een hele stapel kaarten mee moet die de je de hele tijd om moet vouwen, maar je hebt wél de mooiste routes.

Wat ik ook geleerd heb is dat ik het behoorlijk leuk vind om alleen op reis te zijn. Niet elk moment van de dag, maar best veel. Ik kan de dingen doen zoals ik het zelf wil zonder  argumenten en overleg. En dat ik zo op wilskracht draai. Dat wist ik wel, maar ik beleefde het weer eens. Ik neem mij voor 80 km te fietsen en dat doe ik dan ook. Het kost mij zo'n zes uur, inclusief pauzes. Dus als je om half tien vertrekt ben je er tegen vieren. Dat vind ik fijn om te weten, dat biedt allerlei mogelijkheden tot zijpaden. Nu stopte ik  niet onderweg om te gaan sightsee-en. Wel nam ik pauzes, maar liefst om mij heen starend op een bankje. En een keer een kop lekkere zoute soep. Of een uitsmijter.

Ik heb geleerd dat mijn accu niet doet wat ik ervan verwacht. Misschien is-ie een beetje stuk. De terugweg heb ik de accu twee keer een uur moeten opladen (te Wijk bij Duurstede en nog een keer te Bunnik) maar er gebeurde bijna niets. En dan kon ik weer 16 km. De serveerster te Bunnik zei dat ze ook de [Bosch 400] had en dat die in een uur tijd zeker voor de helft oplaadde. Ik laad mijn accu altijd 's avonds en 's nachts op en dan is-ie 's morgens vol. Maar zo kun je geen lange tochten maken, zeker niet met wind tegen.

Ik vind het ontzettend leuk om onderweg te zijn en knap er enorm van op. Maar zo ver fietsen én een bezoek bij kennissen / vriendinnen is ook wel een beetje veel van het goede. Dus als ik uit logeren ga dan kan ik beter iets minder dan 80 km fietsen. 

Mijn interesse voor zaken wordt meestal pas gewekt op een moment als ik er al ben, zoals nu in Heilig Land Stichting. Vooraf dacht ik helemaal niet laat ik een bezoek aan Museum Orientalis en Afrika Museum inplannen, maar ik wil er zo wel weer naar toe. Dat leuke tuinhuisje van de Vrienden werkt daar zeker aan mee. Je hoort ook míndere ervaringen met Vrienden op de Fiets. Maar vooralsnog ga ik uit van het goede.

vrijdag 24 juli 2020

Te Wijk

Zit ik opeens op de kermis bij Wijk bij Duurstede. Ik haat kermissen. Maar cafe restaurant Dorestad aan de Markt is het adres hier met fietsoplaadpunt. En daar is ook de kermis. Een fietsoplaadpunt is (hier) niets meer en niets minder dan een geaard stopcontact aan de buitenmuur. Meer heb je ook niet nodig.

Het weer is een beetje ongeslagen en ik heb vandaag Noord westenwindkracht 5 pal tegen. Dat is dus zo’n omstandigheid waarbij de accu na 50 km leeg is. Eerst heb ik 20 km in de eco-stand gezwoegd, maar die fiets is zo zwaar, dat is niet te doen. Dus toen maar een tandje ondersteuning bijgezet en nèt Wijk bij Duurstede gehaald. En zo zit ik nu op de kermis. Het opladen duurt heel lang. Normaal staat-is een nachtje aan de lader. Geen idee hoe lang het laden duurt. Eerst maar eens een uurtje lunchen, kijken hoeveel de accu in een uur opgepimpt is. 

Voor uw gemoedsrust: het is niet druk op de kermis. Die geruststellingen van mij (‘Het is niet druk in het museum’, ‘het is niet druk in de trein’, ‘het is niet druk op het terras’) hebben allemaal een keerzijde. Gisteren sloegen de musea alarm dat er bijna niemand komt, alleen een paar verstokt Museumkaarthouders. De NS vreest ook al ze met het lage aantal reizigers niet uitkomen. En de horeca heeft het ook al niet druk. Ik hoor de kermisexploitanten al. Mógen ze eindelijk, komt er niemand... zeker niet met de nieuwe alarmfase.

Verder vind ik de Lekdijk vele malen leuker dan de Waaldijk. Kronkeliger, met meer oude huizen. Ik vermoed dat de waterloop van Maas en Waal veel grondiger zijn aangepakt dan die van de Lek. De buitenste dijk verzwaard en opgehoogd en de uiterwaarden verwaterd en verwilderd. Er is zoveel wildernis ontstaan dat je de rivier heel vaak niet ziet.

De Vrienden op de Fiets bij wie ik afgelopen nacht logeerde in het Noorse houten huisje in het bos van Heilig Land Stichting waren biologen. Zij is biologielerares en hij een in die kringen beroemde ecoloog/filosoof, die zijn sporen verdiend heeft met het verwilderen van onder andere de uiterwaarden bij Nijmegen. Hij heeft prijzen gewonnen omdat hij zo visionair is. En daar zit ik zomaar een wijntje mee te drinken in het bos.

donderdag 23 juli 2020

Te Nijmegen

27 maart had ik een afspraak met M. Die ging niet door vanwege de corona-uitbraak. Het leek haar beter van niet. Zij was bang dat zij het zou krijgen omdat zij altijd alles krijgt, dus zij heeft bijna 4 maanden niemand gezien. Deze week heeft ze de knop omgezet. Ik mag in de tuin. Dus daar gaat mijn missie naar Nijmegen ten diepste over: op de thee bij M. Ze heeft een heel erg leuke tuin, een waar oerwoud met veel bamboe en veel spulletjes. We kletsen van 12 tot 19. Het is heel leuk en heel heerlijk. Zelf gaat ze niet in het OV, maar ik mag gauw weer komen, zegt ze bij het afscheid.

En nu logeer ik in een tuinhuisje van een Vrienden op de Fiets. In de bossen van Heilig Land Stichting. Het is een droom. Vakantie in eigen land.

woensdag 22 juli 2020

De eerste 80 km

Het valt me mee, 80 kilometer. Ik start om half tien en trap stevig door, met name de eerste twee etappes. Eerst gaat het door veel bebouwing: van Utrecht Noord-west naar Utrecht Zuid-Oost en dan ook nog geheel Houten. Daarna wordt het leuker op het ‘eiland’ Schalkwijk richting de pont naar Culemborg. Het is half twaalf als ik daar arriveer. 

Na Culemborg doorkruis ik de West-Betuwe naar Zaltbommel. Dat stuk is iets minder leuk. De routes zijn niet gemakkelijk te vinden en uiteindelijk rijd ik een eind om. Wel grappig dat ik langs de boerderij bij Buren kom, waar we een paar jaar geleden Familiedag hadden. Verder ervaar ik alle geuren en beelden van de Nederlandse landbouwvraagstukken. De boeren zijn weer protesteren vandaag.

Om twee uur met een ijsje op de Waalkade te Zaltbommel heb ik er al 55 km opzitten en hoef ik nog maar 25. Dat voelt heel relaxed. En dan beginnen de rivierdijken en schitterende verre uitzichten. Prachtig. De jaren geleden opgehoogde dijken zijn nu weer helemaal weelderig groen. Er zijn ontzettend veel e-echtparen met e-bikes, niet veel dames alleen. Deze dame alleen knapt  een half uur later wel even een uiltje op een bankje aan de Waal. 

Een beetje zenuwachtig  ging ik op pad. Zou het wel leuk zijn? Het is echt leuk. Buiten de comfort zone. 

De knooppuntenroute gaat niet helemaal probleemloos. Wat ik van internet geplukt heb en wat op mijn wegenkaart staat komt niet altijd overeen met de situatie ter plekke. Je moet steeds de knooppuntenborden bestuderen en overnemen voor een vlekkeloze rit. 

dinsdag 21 juli 2020

Naar Bommel

Wie van Zuilen door het Rivierenland naar Oijen gaat fietsen moet zich wel even goed voorbereiden. Ik moet namelijk naar de overkant van de Maas, naar Brabant. Dus dat betekent: over de Lek, de Waal en de Maas . En via de kleine routes. 

Eerst kies ik de kortste route, over Tiel, 51 km, maar Colette reageert: ‘Dan mis je wel de Maas- en Waaldijkjes!’ O ja, dat is waar ook, dat was het idee. Dan maakt ik een middelste route, over Geldermalsen en Heerwaarden (66 km), én de route met de meeste Waal en Maas waarbij je eerst ver bijna recht naar het Zuiden rijdt om over de brug te kunnen bij Zaltbommel. Ik ging naar Bommel om de brug te zien. 75 km. 

Het is een tamelijk onvoorspelbaar landschap met al die kronkels en uiterwaarden en nieuwe waterpartijen. En óveral pontjes. Ach, denk ik nog, het is zomer, ze zullen wel varen, vakantie in eigen land... Maar net als ik de middelste route gekozen heb en netjes alle knooppunten in een notitieboekje schrijf - want stel je voor dat er onderweg iets met de telefoon gebeurt - check ik toch nog even de ponten van Schalkwijk-Everdingen over de Lek en die van Varik-Heerwaarden over de Waal. En die varen dus niet. Oeps. Er varen een heleboel voetveren niet. Vanwege corona.

Dus heen wordt het de lángste route, over de Martinus Nijhoffbrug bij Zaltbommel. De veerpont Alem-Maren-Kessel schijnt wel in de vaart te zijn.

maandag 20 juli 2020

Eemlust

Zullen we fietsen, stel ik voor aan Zus1 die in Hilversum woont. We fietsen van onze respectievelijke huizen naar station Hollandsche Rading en vandaar door naar het bosrijke Lage Vuursche. Die omgeving ken ik wel van wandelen maar niet echt van fietsen. Door de bossen. Dan verder naar kasteel Groeneveld bij Baarn en bij café restaurant Eemlust aan de Eem nuttigen we een soepje. Het is er voor zomaar een maandagmiddag best druk. Allemaal mensen op dagjes uit of op vakantie-in-eigen-land.

Nog nooit eerder zat ik aan de Eem. Het riviertje loopt van Amersfoort langs Baarn naar Bunschoten/Spakenburg. [Wikipedia: 'De Eem is een rivier in het noorden van de provincie Utrecht. De Eem begint in Amersfoort, heeft een lengte van ongeveer 18 kilometer en stroomt uit in het Eemmeer. De Eem wordt weleens de langste rivier van Nederland genoemd, aangezien de Eem de enige rivier is die zowel in Nederland ontspringt als uitmondt.'] Dit voor uw topografische kennis. Trouwens, Bobby bevestigt mijn zorg dat mijn lieve lezertjes misschien gaan afhaken van zoveel topografische informatie. Dat ik ook al op het randje zat met mijn geëmmer in april dit jaar over de gemeentegrenzen van De Bilt.

Enfin, zelf vind ik het inspirerend om weer een nieuw stukje regio te leren kennen. Het is er mooi, maar je moet hier wel je best doen om de bebouwing (Baarn, Soest, Soesterberg etcetera) te ontwijken. 

En het is een test. 60 km op een dag is een makkie. 

zondag 19 juli 2020

Te Fort Voordorp

Het is zondag, de zon schijnt, Bobby en ik gaan een eindje fietsen. Het wordt Noorder Park, Fort Ruigenhoek, Groenekan, Fort Voordorp, Maartensdijk, en weerom. Het klinkt heel wat, maar het stelt qua kilometers niet zoveel voor.

Wel weer erg leuk is een ontdekking bij Fort Voordorp waar ik nog nooit was. Er zijn rond Utrecht heel veel forten, de meeste zijn evenementenlocaties. Fort Blauwkapel (er vlakbij) is veel mooier. Rond Fort Voordorp staan een paar kleurige beetje esoterische bordjes naar een mevrouw die voetmassages geeft al dan niet in combinatie met numerologie. Idealisten zomaar midden in het veld tegen de A27 aan. 

Deze mensen hebben bij hun huis (de ‘fortwachterswoning’) een Pipowagen neergezet naast een klein Maria-kapelletje, En daar mogen voorbijgangers zelf een kopje thee of koffie pakken en een gevulde koek. Zó lief. Aan de achterkant van de Pipowagen hebben ze een Wc-tje gebouwd.

Dat kwam zo: ze schonken er wel eens op zondag een koffietje voor de mensen, en dat kwam in de beschrijving van de NS-wandeling te staan, waardoor ze aldoor aanloop hadden en mensen teleur moesten stellen. Toen hebben ze dit gemaakt. De koffie en thee kosten 1 euro, de gevulde koek 50 cent. Bijna iedereen betaalt en alles blijft netjes. Het gastenboek staat vol verraste dankbetuigingen. Daar houd ik nou van, zulke menslievende initiatieven. 

Misschien ga ik wel eens een voetmassage bij de mevrouw halen, gecombineerd met een consult numerologie. 

zaterdag 18 juli 2020

Grieks

Na twee dagen horeca-eten in en rond Maastricht is het hoog tijd voor een magere koolhydraat-arme traybake thuis en het wordt een Griekse traybake met kip en muntyoghurt. Wat er precies Grieks aan is zou ik niet kunnen zeggen, behalve dan die dipsaus met Griekse yoghurt met munt. Erg lekker weer, zelf koken.

vrijdag 17 juli 2020

Aan het Vrijthof

Het aardige van uitstapjes is dat je je zo kan verwonderen. Aan een stuk door. Alles is nieuw. Zo ga ik ook naar voor mij nieuwe musea: het Fotomuseum aan het Vrijthof en het Bonnefantenmuseum aan de Maas. Ben ik allebei nog nooit geweest. In het verleden kwam ik met zekere regelmaat in Maastricht voor de boekhandels en als ik klaar was met het interview reed ik in vliegende haast weer naar huis terug om mijn stuk te schrijven. Wat heb ik toen een hoop gemist. Ik mis het werk wel, maar dat volle hoofd en die vliegende haast mis ik helemaal niet. 

In beide musea is aandacht voor het thema Black Lives Matter. In het Fotomuseum is dat denk ik toeval, want die tentoonstelling ging 1 juni open, maar in het Bonnefantenmuseum is het een statement.

In het Fotomuseum een tentoonstelling van werk van de zwarte fotograaf uit Brooklyn Jamel Shabazz, die in de járen tachtig begon met het fotografen van zijn omgeving. Op straat en in de metro. Vooral het plezier fotografeerde hij. Want er is wel veel discriminatie en racisme, maar er is ook plezier. Hij was mij eerlijk gezegd niet bekend, maar hij wordt uitgegeven door Taschen dus dan moet hij wel een grote naam zijn. Op de tentoonstelling vooral foto’s van jongemannen en jongens, met branie en poeha en vriendschap, maar ook wel wat meisjes. Die laat ik hier zien. Prachtige foto’s met oog voor al die individuen in de grote stad.

In het Bonnefanten is de eerste zaal ingericht met een installatie met Black News (BLKNWS) van de kunstenaar Khalil Joseph die laat zien hoe het nieuws er uit zou zien als je alleen zwarte mensen op het nieuws liet zien. De installatie stond vorig jaar op de Biënnale van Venetië. Ik heb er haast een uur ademloos zitten kijken. Een rechtszaak met een zwarte jongen die twintig jaar had vastgezeten wegens moord die hij niet gepleegd had en dan de vrijspraak. 

Het Bonnefantenmuseum is een prachtig gebouw, indrukwekkende architectuur, ambitieus, maar  ik vind hun exposities niet zo aansprekend. De vaste collectie bestaat uit veel middeleeuwse heiligenbeelden. Heel mooi en ik houd er doorgaans erg van, maar na dat BLKNWS stond ik er even niet zo voor open, en dat gold ook voor de keuze uit de eigen collectie met wat kunstenaars maken als het gaat om hun bezorgdheid over de voetafdruk van de mens op de aarde. Wat wij mensen met de aarde doen. Ik vond het meeste wat ver gezocht.


[Mocht u nu denken: O, een uitje, dat wil ik ook wel, maar u maakt zich nog zorgen... mijn ervaringen: in beide musea waren bijna geen bezoekers. Alle timeslots waren vrijwel onbezet. Vijf tot tien andere mensen. De terugtocht in de trein (ik reisde van 15-17u) was helemaal niet druk. In de stiltecoupé zaten nu vijf mensen. Iedereen droeg mondkapjes. Er was nergens gedrang. Alleen in de winkelstraten van het oude centrum van Maastricht waren relatief wel veel bezoekers. Op zich niet propvol, er was makkelijk afstand te houden, en de terrassen geldt hetzelfde, maar toch vond ik het niet fijn. Maar ik vind volle straten nooit fijn. De parken waren bijna leeg. Het was geen stralend weer. Mijn ervaring is dat het heel goed kan, een uitje. In het hotel werd ook in timeslots ontbeten zodat daar iedereen ook alle ruimte had.]

Frontenpark

Het bevalt me heel goed om een stad aan te vliegen via zijn parken en parkjes, de vlekjes groen op de kaart. Vandaag begin ik met het fonkelnieuwe Frontenpark aan de Noordzijde van Maastricht. Het ligt deels tussen snelwegen en verlaten fabrieken en deels bestaat het uit oude vestingwerken. Het is een prachtig stukje wildernis midden in een stedelijke omgeving. Wat een verschil met het romantische Jekerpark aan de zuidzijde van de stad. 

Maastricht heeft vandaag twee markten, één op De Markt en één op het Vrijthof. De commercie is wel heel belangrijk in het centrum van Maastricht: heel veel horeca en heel veel winkeltjes. Als je het mij vraagt veel te veel. Het is wel naar voor de mensen die het betreft, maar als een derde over de kop zou gaan zou dat voor het stadsbeeld niet erg zijn.

Maar het is de vermijden via de groene aanpak. Nu zit ik alle mijn indrukken te processen op een bankje aan de Maas. La Meuse.

donderdag 16 juli 2020

St. Pietersberg

Wauw wat een wandeling. Ik doe de NS-wandeling ‘St. Pietersberg’. Er zit ook een stukje Pieterpad in. Hij begint in de binnenstad van Maastricht en gaat dan over de St. Pietersberg en opeens ben ik in België. Daar zijn een paar wijnchateaus.

Vooraf doe ik eerst wat soulsearching, want ik stap uit de trein zonder plan, links-rechts-links-rechts, een mooi Maria-kerkje, maar ik heb al snel genoeg van al het winkelend publiek. En om nou meteen naar een museum te snellen voor een stuk voor Museumkijker, dan blijf ik ook maar in mijn eigen tredmolen. Heel vrij gevoel, 15 km in je eentje door vreemd land. 

De hotelkamer die ik uiteindelijk gescoord heb is wel een beetje sneu. Heel klein, ‘n eenpersoons bedje, alles wit en twee dezelfde schilderijtjes. Uitzicht op het dak en een muur. Maar ik ben al lang blij dat ik lig. Zulke zere voeten. De etensgeuren waaien de kamer in. 

Weer met het OV

Mijn eerste avontuur sinds corona met het OV, wat ik tot nu toe niet deed. Maar omdat Bobby nu donderdags naar zijn Rotterdamse Auntie gaat heb ik de bolide op dit moment alleen nog maat op dinsdag, zaterdag en zondag tot mijn beschikking. Maar ik heb behoefte aan uitstapjes. Dan maar weer in bus en trein.

Hoe zit het inmiddels met de Keuzedagen? Ik had al een paar keer  geprobeerd te bellen met de klantenservice van de NS, maar dat geef je na een kwartier in de wacht wel op. Mijn vraag is vast de vraag van duizenden, dus het zal zich wel wijzen en oplossen. En ja, de ‘gratis’ Keuzedagen (zes per jaar; één per twee maanden) blijven geldig tot het eind van het jaar.

Van mijn eerste rit met een Keuzedag, die je moet ‘ophalen’ uit zo’n kaartjesmachine op het station, herinner ik me dat je voor €5 extra Eerste Klas kon reizen. Dat lijkt me wel fijn in de coronatijd. Die optie Eerste Klas popt nu echter niet op in de automaat. 

De trein heeft vertraging, dus ik kan wel even langs de servicebalie. ‘Nee’, zegt de baliemedewerkster, ‘voor 5 euro bijbetalen voor de Eerste Klas? Nee, dat kan niet.’ Ik weet het toch zeker dan het kòn, maar ja. Wellus niets. En ach, ik blijkt helemaal in mijn uppie in de Tweede Klas Stiltecoupé, dus het is niet nodig.

Dan hebben we nog het vraagstuk mondkapjes. Ik heb eenvoudige Hema-mondkapjes aangeschaft. Hoe ik het ook draag, mijn bril beslaat. Dus ik zie geen flikker. Over dat fenomeen blijken alweer tientallen websites gemaakt. Vooral advertenties voor contactlenzen. Nu draag ik het mondkapje maar over de mond maar onder de neus. Ik zit toch alleen in de coupé. 

Het avontuur van op stap gaan. Ik kan het iedereen aanbevelen. De B&B’s die ik had uitgezocht waren allebei niet beschikbaar. Een nam niet op en een was verkouden. Dan maar in een hotel.

Abschied

Het koor. In de tuin van de vertrekkende voorzitster nemen we afscheid van het magere zangseizoen en de vertrekkende voorzitster met een lied en een drankje en een hapje. We zingen haar ‘Ich fahr dahin’ van Johannes Brahms driestemmig toe en daarna doe ik in mijn eentje nog ‘k Denk nog vaak vol weemoed aan die dagen’ én het Groningse volkslied ‘Van Lauwerszee tot Dollard tou’. Vanwege dat ze naar Noord Groningen verhuist. En ze krijgt haar portret als afscheidscadeau. Ze vinden het allemaal heel mooi en willen nu allemaal wel een portret.




woensdag 15 juli 2020

Zeebaars

Ook al hebben we maar heel weinig gegymd afgelopen seizoen, we doen toch afscheidsavond. De juf heeft als locatie het Werkspoorcafé uitgezocht. Op het terras. Maar het regent de hele dag, dus mogen we binnen, op de vide. De bedienende jongeren in het café hebben nog nooit zoveel vijftig-zestig-zeventig-plus dames bij elkaar gezien. Waar kennen jullie elkaar van? vragen ze. Van de sport! zeg ik. Dat is wel het laatste antwoord dat ze kon verzinnen. Omdat we met zovelen zijn mogen kiezen uit slechts drie recepten: kippendijsaté, runderburger en zeebaars. De laatste is de duurste, maar ik wil mezelf toch een beetje verwennen. Vier dames met mij kiezen de zeebaars.

Wat krijgen we? Een bord met een stukje vis van misschien 80 gram vis, drijvend in een kaassaus en dan nog twee halve wortels. En patat. That's it. We zijn verpletterd en verontwaardigd. 'Ik ben het met u eens, maar ik kan er ook niets aan doen', piept het enorm aardige bedienende meisje. Ik dring aan op prijsverlaging, en uiteindelijk doen ze 30% van de prijs af. Dat is tenminste iets. Maar van al onze sporters zal niemand ooit meer daar gaan eten.

Verder is het erg leuk om de verhalen uit de jeugd van dames te horen. Een mevrouw is opgegroeid daar, haar vader wérkte bij het Werkspoor, ín deze Werkspoorkathedraal. 

dinsdag 14 juli 2020

Naar Maastricht?

‘Wat is er mis met thuis?’ vraagt Hani501 als ik haar pols voor ad hoc een tweedaags uitje. Zij wil wel, maar kan niet. Wat een existentiële vraag. Wat er mis is met thuis is dat het thuis een beetje veel van hetzelfde is. Ik heb behoefte aan onverwachte nieuwe indrukken. Will kan ook al niet, en ik heb geen zin om de hele wereld aan de kop te zeuren, dus dan maak ik maar een plan voor mij alleen. De keuze wordt Maastricht of Aken. Ik heb nog mijn Keuzedagen van de NS. De keuze wordt Maastricht (2 uur mondkapje) of Aken (3 uur mondkapje).

Er is een site en app B&B NL waar je leuk uitjes bij kunt fantaseren. Sommige adressen kun je er direct boeken, voor sommige moet je een reserveringsaanvraag doen. Dat heb ik nu bij twee gedaan. De ene ligt in Maastricht in de mooie wijk tussen het NS-station en de oude binnenstad, de andere bij de St. Pietersberg. En nu maar wachten wie het eerst reageert. 

zondag 12 juli 2020

Schittering

Zondag thuis afwisselend van de zon genietend in de achtertuin en bij wolken binnen op de bank. Gelezen: Schittering door Margaret Mazzantini, gevonden in de bibliotheek. Het verhaal van twee Italiaanse jongens/mannen die op elkaar vallen, van elkaar houden, maar geen manier zien om dat een plek te geven in hun leven. Die het niet lukt te schitteren, zeg maar. 

Jeugd in Rome, Guido komt uit een gezin in goeden doen, Costantino is de zoon van de conciërge. Guido emigreert naar Londen waar hij een Japanse vrouw met een dochtertje trouwt, Costantino wordt ondernemer en trouwt een jeugdvriendin. Soms zien ze elkaar jaren niet, soms hebben ze regelmatig stiekeme ontmoetingen in hotels. Uiteindelijk worden ze slachtoffer van anti-homogeweld en raken ze beiden ernstig gewond. 

Geeft te denken over de loop van het leven, de lange en de korte verhaallijnen. Familiegeschiedenissen vormen vaak de lange verhaallijnen. Werk is - als het goed gaat - ook een lange lijn. Vriendschappen. Hobby’s. Sommige oude liefdes ook, andere niet. Deze schrijfster vertelt de lange lijnen.

Margaret Mazzantini is een Italiaanse actrice/schrijfster. Het doet een beetje aan Broke Back Mountain denken van de Canadese schrijfster Annie Proulx. 

Mutter und Töchter

Mijn Berlijnse Neef heeft sinds een tijdje verkering. Zijn Freundin is enorm verrast door de neventekeningen die de afgelopen week bij hem via de app binnendwarrelden. Gaandeweg ontwikkelde zich bij haar een wens. Haar Mutti wordt binnenkort zestig en ze zou haar wel een tekening van haar und ihre Mutti cadeau willen doen. En toen kwam deze foto op de app. Help, zeg ik, nee! Dat kan ik niet. De personen zijn te klein en onscherp en ik kan geen bomen. 

Maar ik ga het toch proberen. Zelf ben ik niet helemaal tevreden omdat je de personages niet herkent, maar volgens Neef gaat het daar niet om. Het gaat om het geheel, dat is zeer bekend in de familie en dit is helemaal goed. 

De dames op de Iedere-Dag-Een-Tekening zijn ook zo enthousiast alsof ik mijn eerste meesterwerk heb geschilderd. Ik vermoed dat ze allemaal moeders met dochters zijn die allemaal wel zo met hun dochter op een bankje in het park willen zitten...

zaterdag 11 juli 2020

Cumulus

De zon schijnt prachtig tijdens onze laatste buitenles van de gymnastiek. Het waait lekker en en zijn prachtige wolkenluchten. Cumuluswolken. Mijn conditie is door de twee weken hardlopen gelukkig aardig verbeterd. Ik herinner me nog goed de eerste buitenles - na drie maanden zonder sport. Het was toen bloedheet, de zo’n was moordend, en ik kon niets meer. Nu is het alweer de laatste les daar op de sportvelden van Elinkwijk. Ervan uitgaande dat we in september weer in de gymzaal mogen. Ik zou wel elke ochtend op Elinkwijk willen.

De juffen hebben met elkaar allemaal foto’s van de kleintjes gemaakt. Die zijn voor jonge juffen ook veel fotogenieker dan wij, hoewel ze ook wel trots zijn op hun senioren. Er zijn veel gymnastiek-families: oma, dochter, kleindochter. De dochters van rond de dertig veertig zijn vaak gymjuf, hum moeders waren dat vroeger ook maar zitten nu bij de senioren. Wij worden  omringd door meisjes die tegen hun oma’s kakelen. 

Bloembloembloembloem

Zaterdagochtend bloemenmarkt. De tuin heeft de laatste weken te weinig aandacht gehad, eerst door de aanhoudende hitte en vervolgens door de druil. Hoogste tijd dus voor een visite aan de plantenmarkt. Voor de moestuin eerst maar eens twee paksoi, twee kropsla, een boerenkool en een paarse basilicum. En voor in de woonkamer twee bossen oranje dahlia’s. Die bloemen van de markt zijn een stuk vetter en uitgesprokener dan de magere bosjes van AH. 

Dahlia’s vind ik prachtig. Laatst had ik een pot wit-roze dahlia’s gekocht voor Elly. Toen ik ermee aan kwam zetten zag ik meteen dat het helemaal geen bloemen voor haar zijn, veel te overdreven. Zij is meer van de subtiele. Toen had ik wel de verkoopster gevraagd wat de vooruitzichten zijn met dahlia’s in de pot. 

Het steekt heel nauw, had zij gezegd. Als dahlia’s in de regen staan worden de bloemen snot. En al te veel zon kunnen ze ook niet hebben. Ze houden het een à twee maanden vol. Nee, overblijven doen ze ook niet, het zijn knollen, die moet je ‘s winters drogen. 

Dus ik houd het nu zelf naar bij een bós dahlia’s.

In beweging

Al twee of drie zaterdagen ging het buitensporten van onze sportvereniging niet door, vanwege voorspelde regen- en onweersbuien. Die weersvoorspellingen kwamen vervolgens steeds niet uit. Vandaar dat ik twee weken geleden begon met hardlopen. Om de dag doe ik dat nu, om half negen. Het is wel vreselijk, maar tot nu toe houd ik vol, en dan ben ik toch ook wel weer trots. De aanvankelijke spierpijn in de scheenbenen is over, maar gisteren kwam ik thuis met iets teveel spierpijn in de bovenbenen, dat je denkt: Oei, ik moet uitkijken.

In het begin van de corona-crisis en de lock down ging iedereen even Nederland in Beweging doen. Ik ook een keer. Een kwartiertje is dat maar, en heel makkelijk - vond ik. Daarom stopte ik er ook meteen weer mee: te weinig uitdaging. Nu doe ik het bij wijze van cooling down na het hardlopen. Dat helpt enorm.

vrijdag 10 juli 2020

Kookidee

Héél erg lekker. Ik wilde eigenlijk wat anders koken maar toen kwam dit recept langs. Niet echt goed voor de lijn, dan kun je beter ander deeg dan bladerdeeg nemen, maar Ménsch, wat is dit smullen. Eindelijk vond ik in AH een rolletje bladerdeeg, daarop wat crème fraiche. daarop plakjes ham, kwarten witlof, ringetjes rode ui, en dan geraspte kaas. 25 minuten in de oven. Òòòh, roepen we om beurten, wat is dit lekker. 

https://kookidee.nl/recepten/hoofdgerecht/plaattaart-met-witlof-ham-kaas-en-rode-ui/

Marcella

Na acht afleveringen gekeken te hebben mag ze wel een tekening. Ze heeft wel héél uiteenlopende verschijningsvormen, dat je denkt: wie is ze nu écht, maar de parka is haar belangrijkste kenmerk.

Restauratie

In het Spoorwegmuseum is momenteel een tentoonstelling over restauratiewagens, over eten en drinken in en om de trein. Zwase tipte me voor Museumkijker. Ik was nog nooit in het Spoorwegmuseum, behalve ooit met een Leen en Riemer naar een Kinderboekenbal. Al die treinen, ik vind het zo overweldigend, ik weet gewoon niet waar te beginnen. Maar met zo’n tentoonstelling is het te doen. Voor wie nieuwsgierig is naar dat hedendaags corona-reserveren: ook in dit museum is het niet vol. Je kunt elk timeslot boeken, ook nu meteen of over een uur. Doordeweeks tenminste. Men kan nog steeds heel goed spontaan gaan, is mijn ervaring.

De bezoekers zijn vooral oudere echtparen of jonge gezinnen. Hele kleine kindjes al. Die mensen beleven alles door de ogen van hun dolenthousiaste kindjes. Ik was er een beetje jaloers op, want ik moest alles zelf ontdekken. Maar als je de tijd neemt gaan je ogen wel open. 

Restauratiewagens zijn er niet meer. Karretjes met etenswaren ook niet meer. Je moet je proviand van huis meenemen of op de perrons kopen. Het is wel een gemis. Als we met het werk naar Frankfurt afreisden dan had je in de ICE nog wel een soort cafeetje waas je een broodje Currywurst kon kopen en een Warsteiner

Ik had gehoopt dat je bij de tentoonstelling in zo’n restauratiewagen kon lunchen, of in iets nagebouwds wat erop leek, maar dat is niet zo. Wel kun je door die wagons heen lopen en dat is al een belevenis op zich, die burgerlijke interieurs met kleine schemerlampjes op de tafels. Die meubelstoffen van weleer. Er zijn ook filmpjes uit vroeger tijden, hoe vanaf de perrons door kéurige obers koffie werd verkocht door de raampjes.

Erg leuk.


donderdag 9 juli 2020

Auntie (6)

Het is donderdag, we gaan weer naar Auntie. Ze is inmiddels 97 geworden en eet weer als een bootwerker, is de waarschuwing van de medemantelzorgers op de mail. We nemen een grote appelflap mee van onze buurtbakker. Die neemt ze heel heel gretig in ontvangst. ‘Sorry dat ik zo gretig ben’, zegt ze nog, ‘maar ik heb nog helemaal niets gehad. Er komt hier helemaal niemand.’

Ik naar de Lidl (haar buurtsuper) voor nog wat meer voeding: bruine boterhammen, flinterdunne vleeswaren, havermoutpap, en mini-salamiworstjes. ‘Òòòh!’ roept ze met betrekking tot die mini-salamiworstjes, precies zoals Schoonmama dat deed. ‘Òòòh!’ Ik snijd vijf miniworstjes  in kleine stukjes, maar kauwen blijkt geen probleem. Ze eet de stukjes allemaal op. 

We vragen haar naar haar werk ooit, bij de kapsalon aan de Schiekade. Als ze over vroeger vertelt leeft ze helemaal op. Daar was ze manicure. Daar had ze voor doorgeleerd. Maar de man van de eigenares, die was nogal dol op haar, en op een dag had hij haar in de keuken gezoend. Ze was de keuken uit gevlucht en had het nooit aan iemand verteld. Dit was voor het eerst dat ze het vertelde. #MeToo in de jaren vijftig.

Ik laat haar mijn nagels zien voor manicure-advies. Onmiddellijk een kennersblik in haar ogen. Véél te kort, zegt ze resoluut, véél te kort. Laat eerst maar eens groeien, dan zien we wel verder.

Het buurtbiebje

Er is al weken iets aan de hand met het buurtbiebje. Steeds zijn de boeken op. Biebje leeg. Elke dag weer. Alleen een stapel oude Libelles die niemand wil houdt het vol. En elke keer als ik in AH ben haal ik uit hun boekenkistjes die boeken die een beetje bij ons zouden passen. Soms zit er in die boeken een sticker van óns biebje. 

Een buurvrouw had al eens gezegd dat weer een oude man steeds boeken haalt. Veel.  Ik vermoed dat het de man is die ik een maand geleden gesproken heeft en die mij in plat Utrechts zijn levensverhaal vertelde. Nu zie ik hem met zijn damesfiets en zwartwitte fietstassen wéér het jastje uitladen in zijn tas. 'Menéér, vraag ik, menéer...'

'Meneer, het idee is dat u een of twee boeken pakt. Niet alle.' Dat begrijpt hij niet. Hij doet toch niets verkeerds? Het kost toch niets. 'Wat dóet u met die boeken', vraag ik. 'Lezen', zegt hij, 'en als ik ze uit heb breng ik ze terug naar de Albert Heijn.'

Daar in AH zullen ze wel denken: wie is die vrouw die dagelijks zoveel boeken uit ons kastje haalt? Het rondpompen der oude boeken. 

woensdag 8 juli 2020

Bietjes met paturain

Bietenschotel met gehakt. De verrassing is de paturain. Weer een toppertje van Brenda Kookt. Ik moest nodig mijn bieten uit de moestuinbak oogsten. Laagje bietjes op de bodem van de ovenschaal. Daarop een laagje gehakt (of vega-gehakt), vermengd met paturain. Daar zit lekker veel knoflook door. Ik heb ook nog ui toegevoegd aan het gehakt. En bieslook aan de puree. Op de laag gehakt een laagje aardappelpuree en daarop geraspte kaas. Erg erg lekker.

Blauw

Zus4 heeft de tekeningen van  haar drie zonen besteld, dus ik weer naar de Hornbach voor inlijstingen. Ook neem ik een tekening mee van de voorzitster van het dameskoor die inmiddes voorzitster-àf is. Wegens privé-omstandigheden gaat ze Utrecht verlaten en emigreren naar Noord-Groningen.  Vrienden van haar hebben daar een soort woongroep - iedereen zijn/haar/hun eigen woning, maar toch ook grote togetherness. Dus ik een tekening maken voor het naderend afscheid. 

Bij Hornbach hebben ze een stuk of twaalf gekleurde passe-partouts op voorraad. Niet allemaal de kleuren die ik zou willen, zo mis ik enorm mosterdgeel en eigenlijk past geen van hun kleuren bij deze tekening (links). Alleen de groen-beige-bruin. Die gebruik ik ook voor de tekening van Neef Joost, daar staat-ie prachtig bij. Of ecru, gebroken wit. Maar dat vind ik een beetje saai. En voorheen de voorzitster houdt zo verschrikkelijk van pauwblauw. Maar de blauwen die ze bij Hornbach hebben passen écht niet bij de tekening links. Dus ik laat 'm maar inlijsten met de groen-beige-bruin. Eenmaal thuis denk ik: Ja het klopt wel, maar daar wordt ze echt niet gelukkig van. En de afbeelding is ook al melancholiek. En ze gaat eerst in een caravan wonen. Dit kan echt niet. 

Dus de tekening weer uit de lijst. Luchtigjes wat dunne laagjes pauwblauw aanbrengen. Het scheelt haast niets, maar nu kan er ineens wel een van de blauwe passepartouts omheen. 

Liefde als dat het is

Gelezen: Liefde als dat het is van Marijke Schermer. Zij was met dit boek een van de genomineerden voor de Libris Literatuurprijs 2020. Ik had natuurlijk ook vóór de uitreiking kunnen gaan meelezen en mijn eigen voorkeur bepalen, Nu dan maar achteraf. Geleend uit de e-bibliotheek. 

Ze vertelt van vier mensen, veertigers, en hun rommelige zoekende liefdesleven. David was (dacht hij) gelukkig getrouwd met Terri maar zij gaat ervandoor omdat zij vindt dat zij haar individuele zelf is kwijtgeraakt in dat huwelijk. Terri heeft een relatie met een Zelfingenomen egocentrische filosoof Lucas, die alleen maar voor de seks gaat. Dat vindt ze spannend en opwindend, maar met op de achtergrond een ongelukkige ex en twee tienerdochters is het allemaal niet zo ritsloos. David krijgt via een datingsite kennis aan een vrouw Sev die absoluut geen relatie wil, maar wel regelmatig vrijen. 

Ze komen afwisselend aan het woord over het chaotische leven na de break up: de vier volwassenen en de twee kinderen. Geen van de liefdesgeschiedenissen loopt happily ever after af. Het moderne relationele leven ten voeten uit Knap beschreven. Geen positie ingenomen wie de good guy is en wie de bad guy. Het is zoals het is.