woensdag 29 november 2017

Dokter Co

Er zijn veel documentaires op tv. Het is IDFA-tijd. Ik vind documentaire een prachtige vorm van journalistiek, maar ook wel zwaar. Documentairemakers kiezen doorgaans geen luchtige onderwerpen. 

Vanavond kijk ik naar 'Dokter Co', onlangs uitgezonden bij de EO. Het gaat over een 80-jarige huisarts die uitgeprocedeerde asielzoekers bezoekt en hen helpt bij gezondheidsklachten. Mensen helpen is wat hij doet. Elke dag weer. Heel bijzonder. ‘Iedereen doet wat om het leven zin te geven’, zegt hij. ‘Mijn vrouw bakt lekkere dingen voor mojn zoon en mij, dat geeft haar een goed gevoel, en ik doe dit.’ En hij speelt dus ook piano.

Je kijkt naar die wrange werkelijkheden. Ik vraag me altijd af welke zin het heeft als ik mij dagelijks op de hoogte stel van andermans ellende. Ik ken genoeg mensen die dat niet doen omdat ze aan zichzelf genoeg hebben. Ik doe het met mate.

maandag 27 november 2017

Here’s That Rainy Day


We hadden twee collega’s van Bobby op bezoek. Een van hen is muzikant, trompettist. De ander is historicus en stadsgids. Ze werken heel nauw samen in hun horeca en techniek. We hebben het over van alles en nog wat  en opeens kijkt trompettist naar mijn eenvoudige elektrische Yamaha-piano met op de standaard het nummer ‘Caravan’ van Duke Ellington. O! Zegt hij enthousiast, speel! Ik heb een boek met absolute beginners-zettingen: Jazz! I Can Play That, dat ik andere beginners echt kan aanbevelen. Nee, natuurlijk speel ik niet.

Nu ik een avond alleen thuis ben speel maar weer eens alle nummers uit het boek, ‘Caravan’, ‘Bernie’s Tune’, ‘Fly Me To The Moon’ en ‘Here’s That Rainy Day’ dat wel erg toepasselijk is vandaag. Het is al lang geleden dat ik jazz speelde. 


zondag 26 november 2017

Lady Madonna

Bébé is 1 geworden. Wat vliegt de tijd. De trotse ouders vieren haar verjaardag. En wij zijn erbij. Een kamer vol ouders, grootouders en (klein) kinderen. En (oud-)ooms en -tantes. Bébé begint een beetje haar te krijgen en kan haar eerste stapjes zetten. Wat zal ik geven? vraag ik aan Nichtje. Bébé is heel bijzonder en begaafd, vertelt Nichtje. Zal ik alvast op zoek gaan naar een eerste klimtoestel, vraag ik. 

Oude journalistes


De bibliotheek in onze buurt is een paar weken dicht geweest wegens verbouwing. Stiekem had ik gehoopt dat wij te Zuilen nu ook zo’n hippe hedendaagse toekomstgerichte bibliotheek zouden krijgen, zoals op Kanaleneiland. Maar nee. Eerlijk gezegd is er maar weinig ge-upgrade. De zaal met genant overjarige internetcomputers is afgeschaft, die ruimte wordt vergaderzaal  voor de bibliothecaresses (m/v). De bibliothecaresse van de dag vertelt dat ze  geen vaste collectie meer voeren en dat nu de boeken tussen de verschillende filialen rouleren. De vaste collectie is erg beperkt, en op deze manier is er meer variatie. 

Ik heb weinig tijd en trek een beetje intuïtief snel drie boeken uit de literatuurkast. Een daarvan is Kroniek van een bange liefde van Trudy Kunz. Haar naam roept iets op uit mijn jaren twintig of dertig. Deze Trudy was journaliste toen ik nog journaliste wilde wórden. Begin jaren tachtig. Die namen van vakgenotes van toen zijn goed blijven hangen.Voorbeelden. Ik las weekbladen als een gek.

Dit Kroniek van een bange liefde is een roman over een naar buiten toe succesvolle journaliste Elizabeth, met een liefdesleven waar je op zijn minst niet blij van wordt. Over dat liefdesleven schrijft ze. Ze zit in een naar huwelijk waar ze zich aan vastklampt en niet uitstapt. Elke buitenstaander zou zeggen: ga weg! Maar ja, dat doet ze dus niet. Een boek dat ik eerst gretid maar met steeds meer afgrijzen lees. Ik merk dat ik nieuwsgieriger ben naar haar werk, werkomgeving en werkervaringen dan naar haar liefdesleven. De interviews: het gesprek en de uiteindelijke tekst. Maar nee, het gaat over haar Mark die zich afsluit, die voortdurend kritiek op haar heeft, die haar familie niet ziet zitten, vriendinnen lijkt ze niet te hebben. Uiteindelijk gaan ze uit elkaar omdat een jeugdliefde hem schrijft en hij dat wil proberen. En als dat na een half jaar toch mis gaat wordt Elizabeth weer vrienden/aarzelende geliefden en dan rijdt hij tegen een boom. Jarenlange coma. Zij elke dag op bezoek.

Even zoeken hoe het zit. Ik associeerde haar met HP/De Tijd, maar Trudy Kunz was van Libelle toen. Ze deed grote interviews met internationale sterren. In dit boek noemt ze actrice Diane Keaton, en als ik haar Google zie ik een foto van haar met schrijfster Isabel Allende. Wel vreemd dat haar naam mij wat zegt. Ik las toch geen Libelle? Of las ik die als we op bezoek gingen bij de moeder van Ex? Daar kwam ik van 1986 tot 1999, dat zou kunnen. 

Trudy K. is van 1947, lees ik, dus inmiddels zeventig. Dat doet me denken aan een verhaal van afgelopen september dat viral ging, over een oud-Vrij Nederland-journaliste, nu 77, in Utrecht Oost wonende. Zij had in de AH een briefje had opgehangen dat ze graag wat aanspraak wilde en of niet iemand  haar koffiemaatje wilde zijn, al dan niet betaald. Tessel Pollmann. Dat werd heel dramatisch gevonden: een bewijs van Eenzaamheid In De Grote Stad. Ik vond het vooral wel pro-actief en praktisch van haar, moet ik zeggen. Doordat het kaartje dat zij in AH gehangen had via Twitter werd verspreid werd het bereik ineens veel groter. Ze kreeg ze wel 200 reacties. Maar dit terzijde.

Ach. wie snakt naar een roman over een lange bange liefde kan het gaan lezen. Het is niet slecht geschreven, maar wel een beetje eendimensionaal. Maar niet direct een aanradertje.

Verder lezen: 
Over Trudy Kunz

Halifax

Ik zit weer helemaal in de serie ‘Last Tango in Halifax’, episode 3. Omroep Max. Wat een moderne hedendaagse leed-en-geluk-show. Door de generaties heen. Hoofdpersonen Alan en Celia zijn in de zeventig, waren als tieners ooit verliefd en hebben elkaar net weer gevonden. Zij hebben nogal verschillende levens op de maatschappelijke ladder achter de rug en daardoor hun respectievelijke dochters Gilian en Caroline ook.

Gilian is boerin, alleenstaande moeder van een puberzoon. Haar vader woont bij hen in. Om het hoofd boven water te houden heeft zij een baantje in de supermarkt, ze drinkt veel, is een emotioneel springvat en relationeel maakt er een potje van. Caroline is rector van een prestigieuze school, woont in een landhuis met haar alcoholistische ex-man John, haar twee puberzonen en haar oude moeder, en wordt verliefd op een collega, een zwarte vrouw. Die 43 is en een baby wil.

Het is ongelofelijk veel drama maar het goede zegeviert steeds weer. Heerlijke serie.

zaterdag 25 november 2017

Opzeggen

Ruim een jaar geleden werd ik lid van de WeightWatchers. Ik had er lang over getwijfeld, ook omdat je op hun site nergens kunt vinden wat het kost en hoe lang je je eraan verbindt en hoe je er weer van af kwam. 

Wel een fijne aanbieding, voor de eerste drie maanden ofzo. Maar toen dacht ik: dat zijn allemaal smoesjes, Lucie Theodora, je wilt gewoon niet geen moeite doen om af te vallen. Wat ik me herinner is dat het 17,50 euro per maand kost voor de online ondersteuning (inclusief de app). Als je ook naar de klasjes wilt moet je beduidend meer betalen. Nou vooruit dan maar, denk je dan, als ik daarmee een slanke den kan worden. En ik dacht: Doe nou maar, opzeggen zien we dan we weer. En dan hoop je op een knop als hier afgebeeld. Nou die is er dus niet.

Ik heb het een half jaar volgehouden en toe wilde ik niet meer. Dus heb ik me er al twee keer eerder in verdiept.  Hoe op te zeggen? Nergens een knop, maar diep in de krochten staan een telefoonnummer (dat niet 's avonds en in het weekend bereikbaar is) en een e-mail-adres. Men belt niet over het opzeggen van haar WeightWatchersabonnement in haar kantoortuin. Dus stuurde ik een mailtje, het was augustus. Ik ontving géén bevestiging. Toen heb ik toch gebeld. Het was geregeld. Het lidmaatschap was voor een jaar, zei de dame aan de telefoon, dus per oktober kon ik ervan af. Ofzo. Ik weet zeker dat ik in augustus was begonnen, maar ik had er geen nette administratie van bijgehouden dus ik dacht: Vooruit dan maar. Ik kreeg weer geen bevestiging.

Betalen en bankieren doe je tegenwoordig met de pin, de telefoon en de app. Heel gemakkelijk. Kreeg je vroeger een keer per week bankafschriften die je naliep, nu heb je een eindeloze reeks met transacties. Eigenlijk kijk ik niet zo vaak meer. Ja ik check of mijn salaris er al op staan en of ik rood sta. Maar vandaag zie ik toevallig een afschrijving van de Weight Watchers. November. Hun? Nog eens kijken. Ook oktober. Wel verdorie! Die betalingen blijk je binnen 56 dagen terug te kunnen halen. Dat uitgezocht en gedaan. Dat scheelt al weer 35 euro. Weer een opzeggingsmailtje gestuurd. Weer een vaag antwoord dat ze binnen 14 dagen zullen antwoorden. Ik vrees dat deze kwestie nog wel even gaat duren en dat ik goed moet opletten.

Vlaflip

Sofia heeft gekookt. Eenvoudig vegetarisch smaakvol: zilvervliesrijst met een gekruide pompoenschotel en vegetarisch gehakt. En als toetje: yoghurt, vla en biologische bessen op sap. In een glazen toetjesbakje, niet in een staand glas. Toch krijg ik enorme vla-flip-herinneringen. Ik was een jaar of acht, zeg ik. Als ik het Google opzoek lees ik dat de vla-flip uit 1963 stamt. 

Mijn herinnering: wij waren op vakantie in een ‘kamp’. Met het hele gezin. Ik geloof dat het in Ommen was. Ik herinner mij er ook ander eten van: een groentesoep met enorme grote ongesneden platte peterseliebladen. O wat griezelde ik daarvan. Blijkbaar kon je er gezamenlijk eten en werd er anders gekookt dan wij gewend waren. Ik moet deze herinnering eens checken bij de Geschwister.

Die soep met enorme groene bladeren was één ding, maar er was die vakantie ook een wurkshup vla-flip. En ik kende dat niet, vla-flip, daar had ik nooit van gehoord, ik vond dat maar raar, en ik vond het vooral heel eng of ik het fout deed. Want je kon behalve ranja en vla en yoghurt ook hágelslag op de vla-flip gooien. Maar ik was heel onzeker of dat wel mocht, die hagelslag, en of ik het niet iets fout deed. Of dat ik teveel nam. Waar een kind al niet bang voor kan zijn. Mijn disgenote herkent dat zeer.

Vla-flip op Wikipedia:

vrijdag 24 november 2017

Maisje

Acht uur in de ochtend op Zuilen. Seinstoring. Minder treinen. Inzet van bussen. Het staat allemaal al weer op de site van het AD. Grr. Wat nu? Terug naar huis en dan met de bolide de file in? Of even afwachten? 

En dan zomaar een ontzettend leuke ontmoeting met een Maisje dat naar Bilthoven moet. Zij móet op tijd in Bilthoven zijn. 'Denk je: ik woon dicht bij mijn werk, maar áltijd is er wat met die trein'. Heerlijk dat even uit te wisselen met een lotgenoot. Ik zeg: 'Kom, we blijven gewoon staan. Misschien komt de volgende trein gewoon wèl en hebben we alleen maar een kwartiertje vertraging.'

Maisje woont net een paar maanden op Zuilen, vertelt ze, en moet nog inburgeren. Dus ik kan haar allemaal leuke tips en adressen aan de hand doen. We stralen allebei als de volgende trein arriveert en gewoon doet wat-ie moet doen. En dat rond achten op een koud perron. We stappen in de trein en kunnen op CS haast geen afscheid nemen. Goeie reis! Fijne dag! Dág! Dág! Dág!

donderdag 23 november 2017

Gele kwikstaart

Sinds de holistische massage van eergisteren heb ik een zeurende hoofd- en nekpijn. Misschien moet ik haar de volgende keer vragen om mij geen therapeutische massage maar een ontspanningsmassage te geven. Of ik heb gewoon iets onder de leden. Wie zal het zeggen. 

Omdat ik vanmiddag èn naar de mondhygieniste moet èn naar de tandarts heb ik verder geen programma op deze vrije dag. Om in een andere sfeer te geraken ga ik een vogeltje tekenen, met maar tijd voor een eenvoudige werkje.  Wel lief, de gele kwikstaart. Ik geloof niet dat ik er ooit een gezien heb. 

Van de Vogelbescherming: 'De oorspronkelijke habitat van de gele kwikstaart bestaat uit rivierbegeleidend grasland. Tegenwoordig broeden de meeste gele kwikstaarten in boerenland; hooiland en weiland, maar vooral akkers. Ze zijn vaak foeragerend te vinden op weilanden met schapen, koeien en paarden. Ze eten bodembewonende spinnen en insecten: vooral kevers, vliegen, muggen, wantsen en cicaden. Lopend en rennend, afgewisseld met een sprintvluchtje, zitten ze hun voedsel achterna. 's Winters trekken ze in zuidelijke tot zuidwestelijke richting weg om naar Afrika te vliegen. De meeste gele kwikstaarten overwinteren in het Sahelgebied. Doortrekkers in Nederland te zien vanaf eind maart tot in mei, en van half augustus tot eind september. Ze trekken overdag in groepen.'

Customer Journey

Was ik laatst al eens op de 20e verdieping van de Rabobank te Utrecht, nu verkeer ik een dag op de 23e van het WTC in Rotterdam. Ik wil er weer eens uit en bezoek een seminar dat zich afficheert als een event with a view. Het seminar gaat over data-strategieën, social media, en het belang van de customer journey. Zo is een van de sprekers contentspecialist met een achtergrond als designstrateeg. Hij helpt organisaties gebruiksvriendelijk, passend en relevant communiceren in tekst en beeld en geeft een introductie op customer journeys en touch points. En dat is er dan nog maar één. Het uitzicht is inderdaad overweldigend prachtig. En ik ontmoet aardige mensen en doe ideeen op. 

Geen idee of u als liever lezer geinteresseerd bent in waar het over ging, ik kan het vrees ik ook maar nèt aanraken (touch points). Het gaat er over dat we ons op internet bewegen zoals heel veel mensen zich bewegen. Daar zijn data over. En data-analisten kunnen uit ons gedrag op websites, en Facebook precies aflezen wat we doen en waar we afhaken. Dus makers van websites moeten leren denken vanuit de klant - en niet vanuit wat zij aanbieden. Wat zoekt de klant? Waar reageert zij/hij op? Waar haakt hij af? En dit alles in eindeloze Engelse marketingtermen. 'Interessant!' oordelen de deelnemers peinzend. 'Goed om bij stil te staan!'

Als je in de pauze met ze nakletst praten ze doorgaans net zo jip-en-janneke als ik. En maken ze ook foto's van het mooie uitzicht.

Wat een boffert, zult u zeggen. Ach, het kan verkeren. Ik heb mij aangemeld als verslaggever en mag gratis naar binnen ja, terwijl de mede-deelnemers enkele honderden euro's betaalden. Maar ik zit tot 22.30 uur thuis nog een tekst eruit te persen.

dinsdag 21 november 2017

In Therapy 1

En ja! Vooor een eerste sessie ga ik naar de holistische massagetherapie ‘Bij de Vecht’. Boven de massagetafel van de masseuse hangt dit canvas van Gustav Klimt. Het hing ook in mijn gang aan de Zeeburgerdijk. Het kwam/komt van Ikea. Het is een heel prettige aardige masseuse. Dat ik mijn ziektekostenverzekering preventief bij haar kom uitgeven vindt ze een goed idee. Ze masseert een uur en een kwartier.

Af en toe vraagt ze: ‘Hoe vóelt het?’ en dan weet ik geen antwoord. Ineens herinner ik me een lichaamsgerichte therapie die ik ooit volgde aan de Lindengracht. Toen had ik een rossige therapeute geboren in Emmen. Die vroeg steeds: ‘Hoe vóel je je?’ en dan wist ik niet wat ik moest zeggen. Dat leidde tot grote spraakverwarring. De behandeling riep allerlei herinneringen op en aangezien ik nogal anekdotisch aangelegd ben kwamen er dan allemaal anekdotes. Maar zij wilde weten hoe ik me vóelde. Na vijf keer zijn we maar met elkaar gestopt. Deze anekdote kan ik nu weer vertellen. 

Wat verwacht je voor antwoord op de vraag: wat voel je? Warm of koud, prettig of onprettig, pijnlijk, zoiets. Na afloop kan ik voelen dat ze me stevig gemasseerd heeft: overal beurse plekken.

zondag 19 november 2017

In Kroatië

Zondag rustdag. Op de bank met een roman die ter redactie bezorgd werd: De pelikaan van Martin Michael Driessen. Het is een soort klucht, tragikomedie, geschereven in een beetje een Russische stijl. Speelt in de jaren tachtig aan de Kroatische kust, net voor de Balkan-oorlog begint. Omdat wij ooit in Kroatië op vakantie waren en sindsdien ook in Slovenië en Montenegro wil ik graag weten welk stadje het is, maar dat lukt niet te achterhalen. Het was misschien wel te niksig of zo overhoop geschoten dat het niet hersteld is, zoals Dubrovnik.  

Wat vind ik er dan ‘Russisch’ aan? Die bijna tot karikatuur gestolde personages die door de loop der dingen geworden zijn zoals ze zijn. Mensen in hun functies, de postbode, de fotograaf, de machinist van een kabelspoorbaantje... terwijl er haast geen werk is houden ze zich er toch de hele dag mee onledig. En bedenken ze ontsnappingen uit de dagelijkse werkelijkheid.  

Hier begint de postbode Andrej de machinist Josip van het kabelspoorlijntje te chanteren met zijn buitenechtelijke relatie. Hij komt erachter omdat hij poststukken openstoomt. Andrej is alleen, heeft een windhondje, Josip heeft een slecht huwelijk met een bovenmatig jaloerse vrouw en een verstandelijk gehandicapte dochter. En een vriendin in Zagreb. 

Josip begint Andrej later op zijn beurt ook te chanteren, maar ze weten het niet van elkaar en houden een hele tijd samen een heel boekhoudkundig ruilsysteem in stand. Ze worden zelfs beste vrienden, maar houden dat chanteren wel in stand. Ze zijn geen slechterikken maar het leven heeft nu een tol geëist. 

Er speelt veel hedendaagse politiek en geschiedenis doorheen. De tweede Wereldoorlog in Kroatië, en nu het uiteeenvallen van Joegoslavië. Hoe in zo’n stadje de Serviërs ineens niet meer gewenst zijn. Het is kleurrijk en geestig. Bijzonder dat een Nederlander een roman in die contreien schrijft. Nou ja dat is geheel in de traditie van A. Den Doolaard. Echt een aanrader.

Goede Werken


Begin dit jaar werd tante Miep 90. Zij is de oudste zus van wijlen Bobby’s vader. Tante Miep woont in een torenflat in Den Haag Zuid. Zij is al vele jaren weduwe en heeft geen kinderen. Ze krijgt nooit bezoek meer, zegt ze. Komen jullie op bezoek? Ja we komen gauw, zeiden we, maar het komt er steeds niet van. Te druk, te moe, te ver weg. 

Laatst in het plantsoen voor het huis sprak een oude dame me aan, die haar oude hond uitliet. Zij had wel kinderen en kleinkinderen had, maar die kwamen een keer per jaar en verder sprak ze niemand meer. Zei ze. Man dood, buren dood, vrienden dood, familie te ver weg. Dan slaat de angst me om het hart. Zou ik ook zo eenzaam oud worden? 

Dan denk ik dat al die mensen moet redden, in elk geval minstens één. Dat ik voor bijvoorbeeld één oud persoon in de buurt boodschappen zou kunnen doen. Ik heb wel een bij de vrijwilligerscentrale gekeken wat voor vraag er is. Maar ik meld me er niet aan omdat ik bang ben dat ik het niet waar kan maken. Ik kan wel boodschappen voor iemand doen, maar dan willen die mensen natuurlijk ook elke werk een praatje. Koffie met een koekje. 

In de Ardennen benoemden we al die dingen die we willen en waar we niet aan toe komen. We gasn ze doen. En éérst gaan de naar Tante Miep. Vandaag is het zo ver. We nemen een mooie fles port mee en een enorm fleurig boeket bloemen. Ik heb een bloemenstal ontdekt met hysterisch weelderige boeketten die het erg goed doen bij oude dames. En ja hoor, ook bij Tante Miep.

Ze vertelt over haar leven. Vroeger en nu. Over de programma’s waar ze naar kijkt op tv. Het #metoo-thema laat ook haar niet onberoerd. En ze laat de boeken zien die ze van de bibliotheek krijgt. Elke drie weken komt een meneer een stapel van elf boeken brengen. Ze heeft ook een buddy. De vorige buddy was na een paar keer weggebleven. Het klikte niet. Nu komt er een vrouw van 47, een moeder van 4 kindjes. ‘Iemand die goede werken wil doen’, zegt ze. Eens per maand is er op vrijdagavond spelletjesavond in de kerk. Daar speelt ze dan Scrabble. Houden jullie van Scrabble? Nee, ik hou helemaal niet van Scrabble. En op zondag rijdt een meneer uit de flat haar naar de kerk. Ze doet wat ze kan. 

Op het dressoir staan foto’s van haar ouders toen die jong waren. Bobby’s opa en oma. Die oma is heel jong overleden. De nichtjes uit Leusden hebben heel sterk dezelfde trekken als hun overgrootmoeder.

zaterdag 18 november 2017

Uit

Onverwacht krijg ik een gast. Dat vind ik altijd heerlijk. Op zo’n moment valt alles in het leven op zijn plek. Eigenlijk nodigde ze me uit om samen in de stad te gaan eten, maar ik had net boodschappen gedaan en wilde koken. 

Nu gaan we ná het eten en de thee alsnog nog even de stad in. Met de bus. We gaan uit. Zij gaat nooit met de bus en heeft niets eens een OV-kaartje. Maar die heb ik natuurlijk extra, die heb ik voor gasten. Er staat nauwelijks saldo op het kaartje, dus dat moeten we eerst zien te uploaden op het station.

Op zich is de bus voor iemand die nooit met de bus gaat al een belevenis. Maar nu is het extra exotisch, want er stapt een hele zwerm jonge Eritreeërs in, die waarschijnlijk net naar de Koptische kerk zijn geweest. Die heb ik nog nooit genoemd, maar die hebben we óók in onze wijk. De Eritrese meisjes/vrouwen hebben allemaal mooi versierde witte hoofddoeken om, weer hele andere dan de Turken en Marokkanen.

Ik ga haast nooit meer zomaar ‘uit’. Wat doe je als je uit gaat? We willen wel naar een Grand Café. Ik ben benieuwd naar het nieuwe café De Utrechter tegenover Het Paard. Voorheen Staffhorst. Het Paard (in TivoliVredenburg) is ons te druk. Maar in dat nieuwe café staat ook al een dj in de aanslag. Het is er een beetje kaal en luid en jong. We vinden het niet fijn en detoneren een beetje. Nee, het is hier geen Americain. Of Badhuis Java. 

Zij weet biercafe Olivier in een voormalige kerk. Achter Clarenburg. O ja, zeg ik dat is leuk, maar wel erg luid. Ooit was ik er. We lopen er toch even naar toe en inderdaad, wat leuk, maar veel te luid. En voort maar weer. 

In dit genre hebben te Utrecht ook nog De Winkel van Sinkel, maar die vinden we voor nu te groot. En zo komen we uit bij een nieuw grand café op de Oudegracht in wat vroeger King Arthur was. Dat is het helemaal. Het heet PK. Het is van drie Utrechtse ondernemers die ook al in Bilthoven een grand café hebben geopend in het voormalige postkantoor aldaar. Het is qua leeftijd zeer gemengd publiek: ouder en jonger, en ook vaak samen. Beetje netjes. En we hebben nog niet eens boven gezeten, boven aan het raam met uitzicht op de gracht. Echt leuk om te doen. Moesten we vaker doen.

Bij de bushalte terug tref ik buurman Marco, die ook uit geweest is. Wat grappig. We reizen samen terug, het laatste eindje door ons plantsoen met onze tuintjes. Amsterdam ben ik bijna vergeten. Nu thuis te Utrecht. 

‘Stoere Chinese kool’

Deze week heb ik weer zin in koken. Donderdag vond ik bij AH een receptenkaartje voor stamppot knolselderij met daarop appel, roombrie en walnoten, kwartiertje in de oven, héérlijk. En gisteren had ik Chinese kool met aardappelen, spekjes, pistachenootjes, yoghurt en tuinkers, een recept van 24kitchen. ‘Stoere Chinese kool’ heette het. 

De Chinese kool staat nog in mijn eigen moestuintje. ‘Mien toentje’. Hij ziet er heel anders uit dan de Chinese kool uit de supermarkt. Ik kan nog best wat oogsten van wat ik er in september in gezaaid en gezet heb. Gisteren twee radijsjes en vandaag de kool. De prei die steeds maar steeds heel ielig bleef is nu eindelijk serieus.  En de boerenkool natuurlijk. Daar moet eerst de vorst overheen, voor die lekker is, zei Zus4 laatst. Die kan het weten met haar stamppot mous elke zaterdag. Dat is Gronings voor boerenkool.

- Knolselderijgratin met appel en walnoten
- Stoere Chinese kool:

donderdag 16 november 2017

Avondspits

De trein van 16.40u te Bunnik mis ik net. Dat is het spitstreintje dat er slechts 13 minuten over doet naar Utrecht Zuilen. Dus neem ik de trein die van 16.52u. Die hoort om 17.15u op Zuilen te zijn, want die heeft die stop van 12 minuten op Utrecht CS. Maar eenmaal daar vertrekt hij niet. 'De treinen zijn niet goed gekoppeld', wordt omgeroepen. 'Dit gaat enkele minuten duren.' Maar na enkele minuten moeten we uitstappen. We zijn op Spoor 14. Wie richting Breukelen wil bewege zich naar Spoor 7. 

Zuilen-Bunnik is hemelsbreed maar 12 km, hè. Met de bolide over de A27 en de A12 is het 19 km en kàn het in 20 minuten, als er geen file is. Met de fiets is de route 45 minuten. En de combinatie fiets-en-trein kàn van voordeur tot voordeur in 40 minuten. Als het meezit. Soms zit het mee.

Op spoor 7 wurm me in de sprinter naar Breukelen, propvol, maar vlak voor vertrek wordt omgeroepen dat-ie wel naar Maarssen en Breukelen gaat, maar niet te Zuilen stopt. Nog net weet ik me er weer uit te wurmen. Om 17.42 gaat de vólgende trein naar Uitgeest, die ook in Zuilen stopt, wordt omgeroepen.

Ik terug nar Spoor 14, waar de treinen tussen Zuilen en Bunnik altijd vertrekken, maar daar staat dat die ook van Spoor 7 vertrekt. Maar op Spoor 5/7 is inmiddels een enorme oploop van reizigers vanwege treinen naar Schiphol die niet komen, laat staan gáán. Als er achter een stilstaande intercity naar Schiphol dan zo’n sprintertje naar Uitgeest stopt en al het personeel stapt eruit - de reizigers stappen hoopvol in - en de machinist zegt: wij weten het ook niet, maar op Zuilen stopt deze trein zeker niet, dan is het tijd Utrecht CS te verlaten en op zoek te gaan naar een bus. 

Op de roltrappen naasr de bussen is het even erg. 

En ach, uiteindelijk kom je er wel. Om 18.30 arriveer ik thuis. De fiets staat nog op Zuilen.

woensdag 15 november 2017

Verzekerd

Ik had een aantal gezellige dingen bedacht voor vandaag maar die gaan niet door. Laat ik me dan maar eens verdiepen in de zorgverzekering. Kreeg tenslotte een mailtje over de premie van volgend jaar. Ik vind het geen fijn onderwerp. Ik heb ooit iets gekozen, de Zorg Vrij Polis, en het makkelijkst is alles bij het oude houden.

Maar is dat ook het slimst? Dat is de vraag. Het gaat het vooral om de tandartsverzekering en de aanvullende verzekering. Vorig jaar was een duur jaar. Voor de vreselijke en knetterdure 'flap-operatie' van vorig jaar  heb ik maar weinig teruggekregen. Sindsdien ga ik preventief zo 5 x per jaar naar de mondhygiëniste. Die heeft ook een aardig uurtarief. Daar wordt wel wát van vergoed, maar niet alles. Als je bijvoorbeeld een kroon moet, en dan moet ik, dan moet je die zelf betalen. Het zijn hysterische bedragen. Dit jaar heeft de gebroken pols me mijn hele eigen risico gekost. Wat is slim om volgend jaar te doen?

Vroeger ('Vgoegeg') was de ziektekostenverzekering een soort solidariteitsbeginsel, legt Bobby me graag uit, maar volgens mij moet je heden ten dage vooral rekenen. De tandartsverzekering doen we maar een graadje duurder en de aanvullende verzekering goedkoper. Van 22 naar 16 fysiotherapie behandelingen. Van 800 naar 500 euro alternatieve gezondheidszorgbehandelingen. maar dan moet ik er wel gebruik van maken.  

Sinds de correspondentie van de ziektekostenverzekering alleen nog digitaal is en alleen onder ‘mijn zorgverzekering’ in te zien is, komt ook niet per mail, en doorgaans automatisch afgeschreven  wordt (tenzij het bedrag te hoog is) ben ik het overzicht kwijt.  Dat is een schone taak voor vandaag. 

Ik ga de aanvullende verzekering verlagen en ga een fijne holistische masseuse zoeken voor eens per maand een holistische onderhoudsbeurt. Als ik 19,75 per maand aan de verzekering betaal, dan vergoedt die 11 x 45 euro per holistische behandeling (à 60 euro). Cadeautje aan mezelf. Sigaar uit eigen doos. 

Is dit slim? Je kan ook een Chinese masseuse aan de Amsterdamsestraatweg bezoeken. Helft van de prijs en geen declaraties en andere administratieve rompslomp.

Universal Car Holder

We gooien er gewoon weer wat apparatenstress tegenaan. Dat spreekt altijd aan. Sinds mijn Tomtom het een hafjaar geleden het van de een op andere dag begaf werk ik met de navigatie op de telefoon.  

Dan heb je ineens een Car Holder nodig. Mijn eerste Car Holder kocht ik bij MediaMarkt, vanwege dat die doorgaans veel keus hebben, maar voor goeie adviezen hoef je daar ook niet naar toe. Die verkopers kunnen alleen naar doosjes wijzen. Dat kan ik zelf ook wel. Mijn bolide (sportmodel) is nogal laag en het raam is veel platter geplaatst dan bij normale auto's. Na veel gekruk was het me uiteindelijk toch gelukt hem te bevestigen, maar de laatste weken viel hij steeds van het raam af. Dat is nogal onhandig, zeker onder het rijden, en erg stresserend, want je weet ineens de weg niet meer. En hoe kan dat? Ligt het aan de zuignap? Van de week brak het hele constructie onder/achter de zuignap af en heb ik het ding maar weggegooid. 

Maandag een nieuwe besteld bij Bol.com. Die ligt nu bij de post. Ander merk, weer zonder instructie, met een onderdeel ('With an extra airvent clip') waarvan ik niet kan bedenken wat ik daar mee moet, en waar dat moet, en of ik ook zonder kan. In het instructiefilmpje komt het de extra airvent clip niet voor. Ik vermoed dat het gaat om een bevestiging op een ventilatierooster, maar mijn uitzonderlijke bolide heeft uitzonderlijk - ronde en schuine - ventilatieroosters. Past op geen enkele manier. Dus daar hoef ik me niet mee bezig te houden.

Deze vrije woensdag ga ik invullen met het plaatsen van de nieuwe Universele Car Holder. En kalm blijven,

dinsdag 14 november 2017

Back to school

Het herfstvakantietje ligt voor mijn gevoel al weer ver achter ons. En omdat ik in principe niet over het werk blog heb ik ineens niets meer te verhalen. We hebben weer een nieuwe baas (a.i.) en die had een brainstorm georganiseerd. Puntje puntje puntje.

zaterdag 11 november 2017

Retraite


De week vakantie eindigt met een stilteretraite. Het kwam agendatechnisch even niet anders uit. We zijn weer in Ranst, in Hof Zevenbergen. Hier leven een aantal ‘zusters’ samen met een paar ‘leken’ en samen met een aantal vrijwilligers runnen ze een bezinningsoord. Ik heb een kamer op een hoek. Aan alle kanten herfstbladeren om mij heen. Het weekend heeft een thema: omvorming, transformatie. Ik weet het niet zo, ik ben momenteel  meer van het-is-goed-zoals-het-is.

We krijgen een eigen kamer, eten en drinken, een inleiding, een beeldmeditatie en de uitnodiging de stilte haar werk te laten doen. Ik gevoel altijd verzet tegen de inleiding en de opdrachten, maar ga op enig moment toch mijn ‘huiswerk’ doen. Wie weet levert het me toch wat op. Ik ben tenslotte zelf meegegaan. Vrijwillig. Dus ga ik in mijn schriften vragen beantwoorden over een transformatie waar je in zit, of waar je in gezeten hebt, of waar je in zou kunnen gaan zitten. Hoe dat dat voelt. Eerst mogen we een woord opschrijven dat ons invalt bij het woord omvorming. Mij valt binnen het woord ‘muziek’. Huh? Ja. De anderen zeggen loslaten, ont-wikkelen, verruiming, van buiten naar binnen, maar ik zeg muziek.

Een transformatie is dat ik met de hand schrijf, en niet blog. Dan komt er heel andere tekst uit. Bloggen is meer entertainment. Geschiedschrijving. Herinnering. Plezier. Zelfverwerkelijking. Herwaarderen. Dagboek schrijven is meer introspectie. Schouwen.

Ik ga al 10 jaar met deze retraite mee. De eerste keer was ik denk ik begin vijftig. Toen waren veel deelnemers zestig. Nu zijn er al diversen zéventig. 'Ouwe mensen', zou Mandy zeggen. Alleen maar 'ouwe mensen'. 

Er is bij dit retraite-oord een Lourdesgrot. Dat is pas een fenomeen. Geen idee of het ook in Nederland bestaat. Ik weet nog dat ik eens uit eten was met de redactie, lang lang geleden, bij de Ethiopiër aan de Marnixstraat in Amsterdam, ik woonde net aan de Zeeburgerdijk en had een kamertje over. Toen biechtte ik op dat ik graag een kapelletje wilde. We hadden een Vlaamse medewerker en die zei toen: ‘een Lourdesgrot’? Ik had er nog nooit van gehoord, maar het woord sprak mij enorm aan en ik zei ja. Er worden hier dagelijks tientallen kaarsen gebrand. Ik doe het ook altijd.

Verder luister ik veel muziek. Mijn transformatie is wellicht dat ik sinds het samenwonen minder muziek ben gaan luisteren en dat ik graag weer meer muziek wil luisteren. De muziek die ik vandaag ontdek is het album ‘Rêverie’ van de cellist Jian Wang en de luitspeler Göran Söllscher. Práchtig. Het mooiste nummer vind ik hun vertolking van 'Milonga del Angel' uit 'Suite del Angel' van Astor Piazzolla

donderdag 9 november 2017

Memorial

De laatste wandeling van de Ardennen 2017 begint bij het kerkje van Basse Bodeux, waar op de eenvormige eenvoudige zwarte grafzerken allemaal doodshoofden staan afgebeeld. Heel wonderlijk. Er is ook hier weer, zoals in alle dorpen, een indrukwekkend Memorial gewijd aan het Ardennen-offensief in december 1944. Het ligt daar zo prachtig kleurig door het gele blad

Tranen

Ben het lezen, tekenen, wandelen en eten een beetje zat. Ik had natuurlijk wat film-dvd's mee moeten nemen. Dit is de eerste vakantie dat de wifi het goed doet in een vakantiehuisje, dat is fijn, maar in Belgie kun je niet naar Nederlanse televisie-on-demand, kijken, geen NL Ziet of Uitzending Gemist dus. Rechtenkwestie. Zo kom ik op Youtube te zoeken naar Nederland ondertitelde of Nederlandse films en kom ik uit bij 'Bloed Zweet en Tranen' over André Hazes van regisseur Diederik Koopal uit 2015. Mooie film. Mooie rollen. Hartverscheurend, het Matheu Hinzen als de kleine Dreetje zingend op de Albert Cuypmarkt. Ook mooi is Raymond Thiry als de angstaanjagende gewelddadige alcoholistische vader Hazes. Echt mooi. Het is wel erg veel bier en sigaretten, maar dat was zijn leven ook.

De film is hier te zien:

In de mist

Wat een verschil met die knalzonnige eerste dagen. Nu zitten we midden in een treurigstemmende mist. Ooit zaten we een week in het huis van K. en Fr. In Frankrijk waar we een week lang de overkant van de straat niet eens kon zien. Een dag zijn we toen kruipend met de auto naar Langes gegaan, waar ook niets aan was omdat je niets zag. Die tocht kan ik nog dromen, omdat je geen afslag en geen verkeersborden kon zien. Nachtmerrie.

Nu gingen we door de mist naar Spa. Het was weer heel eng. In de dalen is het niet zo erg, maar we kozen een weggetje door de heuvels. En die wegen zijn al onbegrijpelijk bij mooi weer. We rijden niet meer op de telefoon sinds Google Maps ons de heenweg ineens totaal de verkeerde route gaf. 15 km om.

Midden in de bos in de heuvels stuitten we op een klasje kinderen met een boswachter. Ze stonden keurig achter elkaar in een rijtje. Stuk of twintig. Waar moeten we naar toe? Er was geen bordje. En die boswachter en die kinderen daar in dat mistige bos maar wachten met oversteken tot duidelijk was wat ik  ging doen. Bleken het klasje precies voor het verkeersbordje te staan. ‘Spa’ is ook maar een kort bordje

woensdag 8 november 2017

Spa


Het weer is helemaal ongeslagen en nu hebben we mist en druil. Bobby stelt voor om naar Spa te gaan, naar de sauna. De Thermen van Spa, wie wil dat niet. Ik zie er eerlijk gezegd altijd wat tegenop om in mijn blootje tussen andere vreemde bloteriken te verkeren, maar ik weet ook dat het achteraf altijd heerlijk en verkwikkend was. Maar laten ze in Wallonië van het gekleed saunaën zijn! Het hele wellness-gebeuren met zwembaden, whirlpools en buiten zwemmen mag alleen in textiel. Wel is er boven een afdeling voor naturisten, maar die is miniminimaal. En geen koud bad, geen aromabad, geen buiten, geen zwembad. En wij hebben onze badpakken wel mee op vakantie genomen, maar we hebben ze in het huisje laten liggen, want wij gingen naar de sauna en sauna is bloot. Maar niet in België. Vanuit ons afgesloten naturisten-afdelinkje kunnen we kijken naar het plezier van alle andere mensen. Bij de naturisten lopen en bubbelen voornamelijk dikke oude mannen. Bobby lijkt wel een atletische jonge god vergeleken bij de rest. Hij grijnst als ik dat zeg. Dat je het maar weet! zegt hij.

We mogen wel in onze gehuurde badjassen om het wellnessgebeuren heen lopen. O!  Dat in de mist dampende buitenbad. Grrr! Op onze relaxstoelen tussen de dikbuikige mannen denk ik met weemoed aan mijn lievelingssauna Den Ilp. Wat is die leuk en lekker.

Wat ik ook erg vind aan nieuwe sauna’s is hun onduidelijke systeem. Hier werken ze met een digi-horloge dat je door alle poortjes en kluisjes leidt en dat ook je consumpties opslaat. Het is een rare futuristische wereld. Als je het snapt beweeg je je er met gemak doorheen, maar zo’n eerste keer is altijd twijfelen en zoeken. Hoe gaan de kleedhokjes dicht. Waar worden we geacht te douchen. Kan ik mijn bril ergens kwijt! Is er een koude en een warme douche? Hoe kom ik buiten? Wat zijn de mores? 

Ik moet in Utrecht maar eens in mijn eentje op zoek naar een sauna waar ik me thuis voel. Een soort Den Ilp. De gezellige sauna waar ik ooit twee keer geweest ben aan de Jutfaseweg is failliet. Men gaat te U. naar Soesterberg of naar de Maarsseveense Plassen.

Palais de Chine

Nog meer Chinees. Bobby en ik houden nogal van Chinees eten.  Het is een beetje een geheime hobby om naar de Chinees te gaan. Er zijn niet zoveel mensen die dat doen. Of ze doen het wel, maar ze hebben het er niet over. Het is vaak erg leeg in Chinese restaurants..

Laatst had ik een gesprek met Broerlief die een lobby voert voor een Europese organisatie die naar Nederland komt. Hij is gevraagd de lobby voor Utrecht te voeren. Het kantoor zou ik het Beatrixgebouw moeten komen (maar GroenLinks was tegen). Ik geloof dat Rotterdam ook een optie was. Anyhow, ik begon een tirade tegen het gebouwencomplex om het station Utrecht, stokpaardje, en dat je je fiets daar nergens kwijt kunt. En dat ik ‘m tegenwoordig maar op het Vredenburg zet, bij de Chinees. Daar eten Bobby en ik met enige regelmaat, het is heel handig als je naar een concert in TivoliVredenburg gaat. Recht tegenover. En lekker. Maar dit terzijde. 

Broerlief begon te lachen en zei dat ik wel opmerkelijk dol op Chinees eten was dat de Chinees mijn ijkpunt in een stad werd. Dat ik opmerkelijk vaak vrienden werd met de buurtchinees. En inderdaad. Ik weet alle namen nog. Het begon met Kota Radja in Emmen, het enige restaurant waar wij ooit kwamen.  In Bos &  Lommer in Amsterdam-West ging ik soms naar Sin Po Wah op de De Clerqstraat maar vaak naar Wah Do aan de Jan van Galenstraat, in Amsterdam Noord naar de Chinees aan de Couhornerhoek, in Amsterdam Oost naar Fook Sing  op de Molukkenstraat. Wah Do en Fook Sing zijn afhaalchinezen met een paar tafeltjes. Daar kwamen de meest uiteenlopende klanten. Praatjes maken. 

Nu in Utrecht hebben we er twéé: Paradijs op het Vredenburg en Man Far op de Amsterdamsestraatweg. Laatst las in in de Duic dat Paradijs aan het Vredenburg na 36 jaar dicht gaat. Dat is wel heel jammer. En we hebben in alweer plaatsen om Utrecht heen bij de diverse Chinezen gegeten. En laatst bij China Garden aan de Nieuwe Waterweg in Vlaardingen. En een keer in Hoevelaken toen we op de A1 in een enorme file terecht kwamen. Met Marg ga ik nu ook naar haar buurtchinees Golden Rose in De Pettelaar in Den Bosch. Soms zijn Chinese restaurants een beetje treurig armoedig. Soms opmerkelijk glimmend. Soms zijn ze soort van  vernieuwd door de jonge generatie. Het eten is de laatste jaren érg verbeterd.

Nu rijden we in Stavelot langs de Chinees: Palais de Chine. U begrijpt het: daar móet ik naar toe. Ip een donkere dinsdagavond in november. Natuurlijk zijn we de enige gasten. Ze zetten speciaal voor ons een bandje blikkkerige popmuziek op. We durven niet te vragen of die uit magen vragen of ze misschien Chinese muziek hebben. Dit ís Chinese muziek, zegt de mevrouw. Dan nemen we maar Chinese rosé bij het eten.

Selma

Gelezen: Selma van Carolijn Visser. Ze heeft met dit boek dit jaar de Libris Geschiedenis Prijs gewonnen en ik ben wel nieuwsgierig. Ik kan het lezen in het Kobo Plus-abonnement dat ik eind augustus na de zomervakantie opgezegd dacht te hebben, maar nee dus. Selma was een Joodse vrouw die de WOII overleefde, in 1946 in Cambridge Engels ging studeren en daar een Chinese man ontmoette, true love, met wie ze begin jaren vijftig naar Peking vertrok. Hij was communist en wilde meehelpen het nieuwe China van Mao opbouwen. Zij beiden zijn in 1967 omgekomen tijdens de Culturele Revolutie. Ze kon er niet weg omdat in die tijd een vrouw die met een buitenlander trouwde automatisch de nationaliteit van haar echtgenoot kreeg. Haar man was psycholoog en stond hoog in de partijhiersrchie, maar als intellectuelen vielen ze in ongenade. Hun beide kinderen - nu in de zestig -  overleefden het wel. Zij wonen sinds de jaren zeventig  in Nederland. Het is een ongelofelijk levensverhaal. 

Tijdens het lezen vraag ik me steeds af wie of wat de bronnen zijn van Carlojn Visser, en in het nawoord staat het. Maar in een e-boek blader je niet makkelijk even na het nawoord. Dan wil ik een voorwoord. In diverse interviews die ik vind wordt ze alleen maar doorgevraagd over Selma en niet over haar werkwijze. 

Selma heeft in haar Chinese jaren veel brieven gestuurd naar haar vader, niemandalletjes omdat ze censor meelas, dus die zijn belangrijk als bron, alsook de herinneringen van de twee kinderen. Die hadden sinds Carolijn Visser boeken over China publiceerde en lezingen hield in het publiek gezeten en haar uiteindelijk aangesproken en het verhaal van hun moeder / ouders verteld. 

dinsdag 7 november 2017

Wilde-zwijnen-promenade


Vandaag lopen we de promenade-de-sangliers, ofwel het wilde-zwijnen-pad. Het heeft vannacht gevroren en het weer is heel anders nu. De zon is grotendeels weg en we lopen door grotere stukken donkere bomen bos. Niet zo spectaculair als de eerste wandelingen waarbij je steil achterover viel van het prachtige spel van de felle herfstzon op het wisselende landschap. Maar dit is ook mooi. We zijn stil. Het is alweer dinsdag. Het mag wel twéé weken duren, deze vakantie, zegt Bobby. Het is zo weinig ambitieus en daarom zo lekker: lezen-wandelen-tekenen-koken-eten-houtvuur-wijntje-muziekje-slapen. En om de beurt zorgen en om de beurt lui.

Spoor


Waarom vind ik dit zo leuk, vraag ik me af. Waarom is dit de Foto van de Dag, na alle groen-en-oranje herfstvergezichten, paarden, koeien, kalfjes... Maar neen, deze heerlijk ouderwetse spoorwegovergang, de rommelige straat en huizen. Wat een verschil met ons aangeharkte Nederland. België, Wallonië. We lopen hier is een dorpje genaamd Grand-Halleux aan de Salm. De luchten, het licht en de kleuren zijn ook vandaag weer spectaculair. Ik ben hier al drie dagen maar begin nu eindelijk een beetje te genieten.

maandag 6 november 2017

Kanalisatie van emoties


Omdat ik ‘s morgens nogal vroeg wakker word lees ik nu in de vakantie in de ochtend veel kranten (-artikelen). De onthulling van de Paradiso Papers dring nog niet zo tot me door, ik word vandaag meer getroffen door een interview met de cultuurfilosoof Anton Zijderveld, inmiddels tachtig. Hij heeft een boek van zichzelf uit de jaren tachtig over het fenomeen clichés herschreven. Toen was het academisch en veroordelend, zegt hij, nu is het mild en leesbaar. Zegt hij zelf. Hij was een prominent CDA-er met JP Balkenende als goede vrind, wat niet meteen een aanbeveling is, maar wat hij allemaal vertelt over zijn denkbeelden door de decennia heen spreekt me wel aan.

De Latijnse Mis is altijd een goede vorm geweest van de katholieken, zegt hij, want dan verston je er niets van en raakte je een beetje in een roes van de wierook en de muziek en de onbegrijpelijke teksten die gepreveld werden. Daar knapt een mens enorm van op. Dat zeg ik ook altijd. Want in de bijbel staat boordevol onbegrijpelijke onzintekst, zoals ‘Jezus is voor onze zonden gestorven’, om maar wat te noemen, dus je kan het beter langs je af laten glijden. Wat hij goed vindt aan de katholieke traditie vindt hij dat ze de menselijke emoties weten te kanaliseren. Zonder dergelijke doorstoomde tradities is het leven een stuk armzaliger.

Hij vindt ook dat mensen niet altijd zo moeten nadenken over tradities, maar ze gewoon moeten meebeleven met elkaar. Dat doet me denken aan Sint Maarten. Toen mijn ouders in Emmen kwamen wonen waren zij onbekend met het fenomeen Sint Maarten, waarbij kinderen met lampionnen langs de deuren trekken en tassen snoep verzamelen. Zij vonden dat bedelen. De eerste jaren fietsten ze dan met kinderen achterop de fiets langs bekenden, waar we wel een liedje mochten zingen. Maar al gauw gaven ze het verzet op en mochten ook in de buurt wij langs de deuren.

Clichees zijn een soort sociale smeerolie die er voor zorgt dat mensen zich met elkaar kunnen verhouden zonder al te veel moeite te hoeven doen. Zo had ik daar nog nooit tegenaan gekeken. Rutte noemt hij een top-clichémannetje, en heel knap in zijn soort. 

Nou ja ik kan het niet zo goed reproduceren maar hij zegt veel dingen die ik ook vind. Dat is een prettige constatering op zo maar een maandagmorgen.

Merel

Van huis heb ik allemaal boeken meegenomen die op tafel lagen. Ik had geen tijd voor de bibliotheek of de boekhandel. Zo heb ik ook ‘In de schemer fluit de merel’ van ene Linda Olsson mee. Het is me ongevraagd toegestuurd door een van de leden van het damesgenootschap. Zij is gespecialiseerd in ‘vrouwenboeken’, een genre waar ik mijn twijfels over heb. (En dat terwijl ik ooit in de vrouwenboekhandel werkte, een vrouwenboekenweek organiseerde en een vrouwenboekenkrant  oprichtte. Maar dat was in de jaren tachtig. Toen was alles anders). Ik heb het idee dat dit een soort streekroman is. Zoals De tuinfluiter-trilogie van Jos van Maanen-Pieters. Die las Mutti altijd en ik in mijn grenzeloze puberleeshonger ook.

Op zich spreekt het gegeven van de hoofdpersonen me wel aan: drie alleenwonenden in een appartementencomplex die toenadering zoeken en vinden: een 72-jarige gepensioneerde boekhandelaar, weduwnaar. Een 50-jarige vrouw die de deur niet uitkomt, depressief als ze is. En een op zich succesvolle jonge illustrator die dyslectisch is en zich niet met de buitenwereld weet te verhouden. Dat doet me natuurlijk onmiddellijk denken aan mijn gelukkige jaren op de Zeeburgerdijk met Buurman en later ook Buurvrouw. 

Het boek leest ook lekker door. Het heeft inderdaad de diepgang van een streekroman waar  heel veel diepmenselijke levensvraagstukken breed uitgemeten worden en in die zin helemaal niets mis mee. Maar het staat vol clichés. De gepensioneeerde boekhandelaar was wel getrouwd maar heeft nooit echte liefde gekend. De illustrator had een liefdeloze jeugd, werd gepest, en kan geen contact leggen. En de depressieve vrouw die niet naar buiten wil was ooit een beroemde filmactrice die door haar echtgenoot -de regisseur die haar groot maakte - schaamteloos verraden en verlaten is. Maar het is voorspelbaar en nauwelijks verrassend en alles leidt toe naar een groot happy end. 

Les Ardennes

De Ardennen zijn moeilijk te doorgronden, cartografisch. Ik vind het helemaal niet makkelijk me hier te oriënteren. De werkelijkheid te koppelen aan wat je op de kaart ziet. En te onthouden. Welke weg we moeten hebben, linksom of rechtsom. Je kan je natuurlijk op Google Maps verlaten, maar die heeft het soms ook helemaal mis, blijkt, wat het vertrouwen in dat systeem ook niet vergroot. 

We hebben een gedetailleerde wandelkaart van de omgeving, maar daarop ligt de nadruk op de wandelroutes en zie je niet eens het verschil tussen verhard en onverhard. Bobby zegt steeds: ‘Laat nou maar, ik weet het’, en bestaat het vervolgens om bij een partijtje experimenteren met de mógelijke routes van ons huisje naar het dorp een smal blubberig bospad in te rijden waar keren onmogelijk is. 

Wat ook niet meehelpt dat hier ter plekke niet alle kaarten noord-zuid van opzet zijn. Zo gaan we wandelen in en om Wanne (‘het mooiste dorp van België’) waar op de plattegrond op het dorpspleintje het zuiden boven is en het noorden onder. Dus weer compleet anders. Gék word je ervan. Misschien kunt u zich wat voorstellen bij de discussies die in de auto ontstaan. Verhit. Maar beeldschoon, dat is het wel.


zondag 5 november 2017

Eglise

De eerste keer dat ik met Bobby een paar dagen weg ging was ook naar de Ardennen. We zaten in een hotel in Vres sur Semois. Vlak bij de Franse grens, bij Bouillon. Toen gingen we naar zo’n dorpskerkje vol seupele zielen. Toen dacht ik al: wat zul je hier als toch gestudeerde pastoor jezelf weg moeten cijferen en dienstbaar zijn. Als je maar wat vrienden hebt in de buurt is waarschijnlijk net te doen.

Vandaag rijden we naar Stavelot, want de dorpjes hier hebben wel kerkjes maar geen diensten meer. En de H. Mis in Trois-Points begint al om half 10, dat is te vroeg. Stavelot begint om half 11. Van buiten is de eglise niet zo mooi, maar binnen is het een zee van licht. Zo bijzonder om van een verrommeld herfstig buiten in zo’n zee van licht en schoonheid en traditie te stappen. Maar wel bijna vergane glorie.

Zo’n zestig zestig-plussers en een misschien wel tachtigjarige priester die in zijn eentje de mis doet. Hij loopt zelfs in zijn eentje naar voren. Waarom loopt geen kerklid met hem op! Het orgel wordt alleen nog gebruikt om de begintoon aan te geven aan een wiebelig bibberig oude dameskoortje. En toch is het mooi. Ook hier denk ik: wie weet hoe groot en machtig hij ooit was. Moesten de mensen zonden biechten. En deelde hij Weesgegroetjes uit. Maar een pastoor wordt vanzelf heel nederig en dienstbaar van deze krimp. Of hij stopt.

zaterdag 4 november 2017

Vuile was


Ik ben twee weken geleden al in Harnas van hansaplast van Charlotte Mutsaers begonnen, meteen toen het uikwam, vóór de affaire in de media over kinderporno die ze verkocht zou hebben uit de boedel van haar in 2002 overleden broer.  Toen die affaire losbarstte was ik nog niet zo ver. Dus nu lig ik dat in de Ardennen te lezen. Ik geloof haar, dat haar boek haar werkelijkheid is. En dat je als romanschrijver de waarheid bij elkaar verzint.


Het is echt een adembenemend prachtig boek. De eerste gedachte die ik heb is: ze is 75 jaar en zoveel als die vrouw nog weet! Zelf lijd ik aan toenemende vergeetachtigheid. Of dat van de leeftijd komt of van de overload van het harde werken... Maar misschien zijn jeugdherinneringen anders, de Geschwister verbazen zich wel eens over mijn gedetailleerde jeugdherinneringen, die zeggen er nog minder te hebben dan ik. Als je schrijft komt er waarschijnlijk meer bovendrijven.. 

Die herinneringen van Mutsaers, die na 15 jaar pas op kan schrijven wat er in 2002 gebeurde. De herinneringen spelen in hartje Utrecht, de stad waar ik nu ook steeds meer herinneringen bij elkaar beleef, het maakt het voor mij op de eens of andere manier extra interessant. Het meisje Mutsaers met dat fantasierijke hoofd en die wonderlijke ouders. Het jongste broertje waar de ouders naar gesmacht hadden. De moeder met niet erg veel liefde voor de creatieve en hypergevoelige dochter. 

De broer sterft op 51-jarige leeftijd en zijn twee zussen moeten zijn huis uitruimen. Charlotte is dan ca 58 jaar. Haar zus en zij waren nog zijn enige contact met de buitenwereld maar ook dat was de laatste jaren alleen telefonisch. Hij woonde nog altijd in het huis van hun ouders, het is er een enorme gore bende. Hij was helemaal alleen. Had waanzinnig veel boeken en porno en vuile was. Het is moeilijk na te vertellen hoe ze het vertelt. Kamer voor kamer. Wat ze aantreffen. Wat het oproept. Herinneringen. Vragen. Reflecties. Literatuur.   

Ineens het besef: wat weet je nu helemaal van de broers en zussen? Van je meest nabije vriendinnen? Sommige verhaallijnen ken je, al levenslang, maar vast lang niet alle. Ook al weet je het niet, dan nog kun je er  zo veel en zo rijk en niet-deprimerend over verhalen, zoals Mutsaers, met zoveel brille. Heel mooi. 

Ik zou nu ook wel zo'n gang door ons huis van toen willen maken en alles benoemen. Maar dat huis is er al lang niet meer. Indertijd vond ik dat wel fijn, dat dat huis er niet meer was. Dat Mutti het huis verkocht en een huurflat nam en alleen meenam wat zij belangrijk vond. Maar al die dingen, die herinneringen, een boek als dit roept ze zo weer op. De badkamer, de kranen, de keukenkastjes en alles wat erin zat, ik weet het nog prescies, kastje voor kastje. Het halletje waar we de schoenen poetsten.  Het schuurtje waar decfietsen stonden. Mijn groene Sparta fiets.

Maar er moet een drama zijn om erover te vertellen, bij wijze van decor. Hier is het de dood van je totaal vereenzaamde masturberende broer, die je eigenlijk niet kende, dat je een aanleiding hebt erover te vertellen.

Promenade

We doen een eerste wandeling van 5,5 km. Er zijn hier veel goed aangegeven routes. We denken: dat moet te doen zijn.. De zon schijnt volop en het is prachtig. Het lijstje met data en waar je dan beter niet kunt lopen heb ik ook gevonden. Van de rivier de heuvel op is 400 meter klimmen. We doen er 2 uur over. Eenmaal terug in het dorp in een cafeetje met een soep en een croque monsieur en een lokaal gebrouwen biertje is de inspanning gauw weer vergeten. En blijven de plaatjes over.

Tel uw zegeningen


Helemaal ideaal is het toch niet, het huisje. Vanochtend kan ik al heel veel mankementen opnoemen. Zo is de douche en de wastafel in de slaapkamer en als je het licht boven de wastafel aandoet begint er een ventilator keihard te loeien. Best lastig als de een (ik) eerder gaat slapen dan de ander. Er is geen goed matje om je op af te drogen. Het water uit de douchecabine stroomt zo de slaapkamer in. Het matje zuigt dat water op en is dan kletsnat. Als je het druipnatte kleedje uitknijpt komt er bruin water uit. Bah. Er is maar één rol wc papier. Er is geen boekenkastje voor de meegebrachte boeken. Er is maar één leeslamp. Het kleine aanrecht staat vol met twee koffie-apparaten, een waterkoker, een theelicht, een broodtrommel en een combi-magnetron. Er staan drie afvalbakken op elkaar gestapeld. Er is geen handig klap- of schijfsysteem. Er zitten veel te grote vuilniszakken in. We hebben 1 miniflesje afwasmiddel voor hoogstens 2 afwassen en 3 vaatwastabletten voor 3 afwasbeurten. De eettafel wiebelt en daar als je met een bot broodmes brood snijdt dan klotst de thee over de rand van je kopje. De houtkachel trekt niet. 


Maar als je je met al die onvolkomenheden verzoend hebt en oplossingen hebt gevonden, dan is het alsnog een ideaal huisje.

Trois Ponts


En zo ziet het er uit bij nacht en volle maan.

We rijden weg in een totaal grijs weer, maar na Eindhoven trekt de lucht helemaal open en nu zittten we in een sprookjessfeertje. Het is wel je reinste edelkitsch, maar het is een heel leuk huisje, in de toren, ik heb werkelijk niets te miepen. We krijgen een mooie wandelkaart met de waarschuwing dat we altijd goed moeten opletten waar we wel en niet mogen lopen - dat staat ergens op een bord dat ik nog niet ontdekt heb. Er wordt hier actief gejaagd.

We zijn in de Ardennen. Het huisjespark ligt bij het dorp Trois Ponts (drie bruggen), dat weer vlak bij Stavelot ligt. Ik geloof dat er twee riviertjes zijn hier: de Amblève en de Salm. De plaatselijk Delhaize-supermarché is superbe, en dan is er ook nog een Carrefour. In het plaatselijke buurtrestarant in ons gehucht St. Jacques staan konijnenbillen op het menu, en een gezellige grootfamilie zit te tafelen. Ik neem geen konijnenbillen, maar een beenhammetje met mosterdsaus. En caramelijs mt slagroom na. Alles even genoeglijk en lekker.

Daarna zitten we zwijgend voor het knappend haardvuur. Een beetje wezenloos. Eerst maar eens afkicken van alles.

vrijdag 3 november 2017

Rapunzel

Mandy moet heel erg lachen als ik haar het plaatje laat zien van ons onderkomen. Rapunzel, rapunzel, noemt ze me steeds. En dat ze een foto wil van mij uit zo’n raampje met een vlecht. We gaan er heel erg bijkomen is de bedoeling.

Onze herfstvakantie is bij aanvang alweer een spirituele oefening. Gisteravond hebben we afgesproken dat we om 12 uur zullen vertrekken. Dus om half 10 zeg ik: is het een idee dat je opstaat? Dan heb je alle tijd. En ik ben zo gedisciplineerd en systematisch dat ik om 11.55 uur paraat sta. Mijn koffers in de auto. Waarvoor eigenlijk, denk je dan. Want Bobby is net begonnen met alles. Hem opjuinen en erover discussiëren helpt echt niet. Nu zingt hij. 

We gaan gewoon om 13 uur rijden, Lucie Theodora. Hoe erg is erg?