Laatst las ik in NRC een artikel van de schrijfster Mariette Meester over haar 96-jarige vader die nog altijd in zijn eentje in een bus rond toert en op campings bivakkeert. Alleen nog in Nederland. Toen hij nog thuis woonde was hij heel voorzichtig met zijn energie. In zijn tuin werkte hij elke dag tien minuten. Ook al ben ik nog ver verwijderd van de 96, dat doseren spreekt me wel aan.
Ik heb tenslotte vier tuinprojecten: de voortuinbak, moestuinbakken, de achtertuin en de volkstuin. Ze moeten allemaal een béétje netjes zijn en een beetje bloeien. Het moet er hoopvol uitzien, niet eindeloos verwaarloosd en overwoekerd.
De voortuinbak tiert nu weer welig met tussen de bloemetjes tuinkruiden. In de volkstuin houd ik het gras een beetje bij en af en toe plant ik iets bloeiends. Voor de fleur. Daar moet ik de borders waar ik groenten in geprobeerd heb en die mislukt zijn omspitten. Dat is zwaar, dat moet echt gedoseerd..
Maar vandaag zijn eerst de moestuinbakken in de straat aan de beurt. Daar woekeren de oostindische kers, de aardappelen, de rucola, de munt. En eromheen de herfstasters. Als de bakken opgeschoond zijn komen daar nog jonge sla, snijbiet, paksoy, andijvie en boerenkool in. Of het nog wAt gaan doen? We gaan het zien.
Toen we drie weken geleden terugkwamen van vakantie heb ik de Opperdoezers geoogst, de helft van mijn aardappelteelt. Die zijn nu bijna op, de laatste drie weken best veel aardappelsalade gemaakt, en vandaag ga ik de Bildtstars oogsten. Rode aardappelen. Die zijn nu heel wat groter.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten