Over verdriet gaat dit boek. Verdriet dat mensen met zich meedragen. Ieder mensen draagt wel een verdriet bij zich. Bij sommigen is dat manifester dan bij anderen.
Het beeld van verdriet dat de Italiaanse schrijver Andrea Bajani oproept is dat van een soort huisdier is dat altijd bij je is. In het geval van deze roman/novelle gaat het om een jongetje met een onpeilbaar groot verdriet. Met ouders met elk ook weer een groot verdriet. Het begint al bij de vreugdeloze geboorte in het ziekenhuis. De moeder is alleen met de baby en liet blij en melk komt er ook niet uit haar borsten. Dan komt er het verdriet in het wiegje van het jongetje.
Jaren later ziet hij in de klas een heel dun meisje in het dorp met óók een groot verdriet, maar zij laat dat altijd thuis.
Ik lig het boek in mijn kapelletje te lezen, want ik wilde een beetje in mijn eentje liggen lezen. Ik zou het zo willen voorlezen. Bobby zit een puzzeltje te maken en wil niet voorgelezen worden over verdriet.
Het is een heel klein heel mooi heel poëtisch adembenemend boek. Het verdriet zie je zo in het dagelijks leven denk ik het best bij de mensen die je al lang kent, van jongsafaan.
Het is een heel klein heel mooi heel poëtisch adembenemend boek. Het verdriet zie je zo in het dagelijks leven denk ik het best bij de mensen die je al lang kent, van jongsafaan.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten