dinsdag 11 februari 2020

‘Je hóeft je kopje niet te laten hangen’


Het is net een aflevering van Koot & Bie, zo karikaturaal. Het Park Oog in Al, waar deze zevende (buiten)aflevering van de cursus ‘Succesvol naar Werk’ plaatsvindt is prachtig, daar niet van. Er zíjn nog acht van de twaalf cursisten, en er staat een snijdende ijzige wind. Gelukkig (tel uw zegeningen) regent het niet.

 Vóór zij deze cursussen gaf voor het UWV was de juf zelf ook werkloos én wandelcoach. Misschien is ze nog steeds wandelcoach, naast haar baan. Ze mag zo te zien één les van de cursus vullen met haar eigen expertise als wandelcoach.

Ze vraagt wie van ons wel eens buiten komt en wat dat met ons dóet. En wat dat over ons zégt. ‘Als je graag naar open terreinen gaat (dat had ik onthuld), wat zégt dat dan over jóu? je hebt rúimte nodig? Geldt dat ook voor je wérk?’ Dan moeten we een paar honderd meter lopen en proberen uít ons hoofd en ín het park te zijn. ‘Mijn man zegt vaak: Marjon, je zit nog in je hóófd, ben je wel in het hier-en-nu in het park?’ 

‘Misschien vallen je dingen op die wat over jou zeggen. Zoals die stapel takken. Dat valt mij dan op, en dan denk ik: Wat zégt dat over míj?’ Misschien is die een metafoor voor chaos in mijn hoofd.’ Ze wijst op sneeuwklokjes. ‘Ik vind sneeuwklokjes heel mooi, maar ik denk wel: waarom laten jullie je kopje hangen? Je hóeft je kopje niet te laten hangen.’

Dan nodigt ze ons uit een top drie bedenken van negatieve gedachten in ons hoofd. Gelukkig hoeven we die niet met elkaar te delen. Vervolgens mogen we ons voorstellen wat een goede vriend(in) zou zeggen als we die nare gedachten hardop zouden zeggen. En tenslotte mogen we een ritueeltje bedenken om ons te ontdoen van de nare gedachten. Over een brug lopen en de nare gedachte daar achterlaten. Of ze in een prullenbak gooien. Ik verzin het niet. 

Ze debiteert al die dingen met een wat snerpende meisjesachtige stem. Ze is ver in de vijftig, schat ik. Er komt deze middag niet zoveel respons, zeker niet van mij, dus ze gaat steeds beter haar best doen. Tenslotte moeten we een kwartier rondlopen en een beeld bedenken / fotograferen van iets in het park in de natuur dat heel veel over ons zegt. Een metafoor. 

Op een grasveldje naast een heel leuk café-restaurant enorm te kleumen bij het uitwisselen van metaforen. zó koud. Ik heb wel foto’s, maar geen metafoor. Ik maak foto’s van wat ik mooi vind. Mooie foto’s van wat ik mooi vind. Vaak spel met licht. Maar of dat een verbeelding is van iets in mijn innerlijk? Na regen komt zonneschijn? Achter de wolken schijnt te zon?

Kunnen we niet in het café een glas thee drinken om weer een beetje warm te worden, stel ik voor. De juf wil dat niet, misschien mág ze niet?, maar wij mogen wel. Zij gaat terug naar kantoor, naar haar UWV. Volgende week haar laatste aflevering, over social media. Daar weet ze óók niet veel van af, dan gaan we ervaringen uitwisselen. En dan mogen we ook een elevator pitch doen. Het zou zo maar eens kunnen dat ik dan ziek ben.

Geen opmerkingen: