Dagelijks praten we over waarom Griekenland zo fijn is als vakantieland. In het voorseizoen tenminste, als alles in bloei staat en het nog niet zó heet is en nog niet overvol van toeristen. Het fijnst is natuurlijk als je een kleinschalig vakantie adresje weet te vinden, en je niet laat verlokken door zo’n hysterisch goedkope aanbieding waar de kranten elk weekend vol mee staan. En beter dan Turkije waar iedereen wat van je wil. Hier laten ze je met rust, tenzij je zelf contact zoekt.
Wat zo mooi is. De natuur. De rommelige wereld. Niet alles gereguleerd. De prachtige tuinen met mooie oude bomen en hele grote bloeiende planten die bij ons kamerplanten zijn. Daar wordt goed voor gezorgd. De katten. De ezels. De paarden in de olijfgaarden. En natuurlijk de supermarkets, de bakkertjes, de brommers, de taverna’s. Heerlijke strandjes. Mooie Byzantijnse kerkjes, ook al kun je er niet in. Allemaal kleine eigen zaakjes met vriendelijke mensen. Dat heeft natuurlijk een keerzijde, dat realiseer je je elk moment. Toerisme is dé bron van inkomsten. In het toeristenseizoen werken ze zeven dagen per week van ‘s morgens vroeg tot ‘s avonds laat. En iedereen biedt hetzelfde aan, het is maar afwachten of er klanten komen. Het eten is in de meeste taverna’s niet duur, en de waren in de supermarkt wel. Veel duurder dan bij ons.
Bij de drie van de vier taverna’s hebben we twee keer gegeten. De terrassen zijn overdekt met jaren oude wijnranken of gouden regen, en overal potten weelderig bloeiende gerania. En vetplanten. Heel erg aardige mensen. Doorgaans staat moeders in de keuken en doet vaders of een dochter de bediening. Lekker brood, lekkere Griekse salade, lekker gegrilde vis of vlees, lekkere witte wijn, lekkere olijfolie. En allemaal even aardig en toegewijd. Ze geven allemaal een gratis toetje toe. Baklava. Of drie bolletjes ijs. Koolhydraatarm lukt hier niet. Ze zijn oprecht verheugd als je terugkomt. We zijn omzet. We geven een blijk van waardering.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten