Het rare aan een e-book is dat je niet weet hoe ver je bent. Met 'Het bamischandaal' van P.F.Thomése weet ik steeds niet of ik door wil lezen of niet. Maar nu is het uit. Ineens.
Tomése tart met dit boek weer elke goede smaak en is tegelijk zo grappig dat je niet wilt ophouden met lezen. J. Kessels nu niet in Hamburg in Sjanghai wegens een bloedmooi Chinees meisje. Mokkel. Chinezen zijn natuurlijk poepchinezen, het gaat almaar over poep en pies en reten, en over borsten en billen en neuken, over roken en drinken en eten en overgeven. Over voetbal ook. Mánnenhumor, zegt Thomése.
Een paar weken geleden zag ik Thomése in dat cultuurprogramma van Joost Karhof die - zie je - veel te keurig is voor dit 'Bamischandaal'. Karhof probeerde er een cultureel gesprek over te voeren, over hoe Thomése er een laag Satre aan toe weet te voegen en hoezo dan. Ach, antwoordt Thomése, in mijn beleving een tikje uit de hoogte, 'dat is een bekend trúcje...'
Maar ja, ik moet zelf ook lachen, om al die krankzinnigheid bij elkaar geschreven, niet schateren maar hinniken. Af en toe ben ik ook licht gechoqueerd over hoe (volkse?) mannen met hun (volkse?) mannenhumor die universele mannenhumor heet te zijn over vrouwen en seks praten en denken en fantaseren.
Het is dat de hoofdpersonen een stelletje minkukels zijn van de bovenste plank wat het grappig maakt. Denk ik. En zelf ben ik ook geen heilige. Toch? A dirty mind is a joy forever. Maar als Bobby om deze literatuur zó onstuitbaar moet lachen als hij doet, dan denk ik: Wat zegt dat over hem, over mij, over ons. Ik geloof niet dat dat een relevante reactie is, maar de gedachte blijft de kop opsteken.
Bobby wil inderdaad geen e-boek lezen, dus de komende dagen heb ik er nog geen last van, maar - aangemoedigd door mijn eigen gehinnik - gaat hij de nieuwe Thomese bij terugkomst in Nederland onmiddellijk kopen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten