De vlucht van de Spaanse schrijver Jesús Carrasco kocht ik op Oudjaarsdag op aandringen van mijn boekhandelaar. Móest ik kopen. Móest ik lezen. Het is nog geen geen jaar uit en al tiende druk. Dat zegt niet zoveel, want de oplages zijn tegenwoordig volgens mij veel lager dan vroeger. Maar de boekhandelaren blijven het aanbevelen en de klanten blijven het op hun aandringen blijkbaar kopen. Ik moest dit van hem kopen als tegenhanger van De Cirkel van Dave Eggers dat iedereen schijnt te kopen en te lezen. Ook ik.
De vlucht is inderdaad heel indrukwekkend. Heel geconcentreerd. Het speelt zich af in een werkelijkheid waarvan je mag hopen dat die nooit de jouwe wordt. Een door droogte en economische neergang grotendeels verlaten land zonder recht en orde, waar voor de achterblijvers schaarste en het recht van de sterkste geldt. De wet van de jungle.
Een jongetje is op de vlucht. Waarvoor wordt niet duidelijk. Hij heeft zich verstopt in een kleine kuil in een olijfgaard. Een paar weken uit zijn leven na de vlucht worden beschreven. Angst, pijn, honger, dorst, ongemak, levensgevaar. Leven van dag tot dag. Waar het zich afspeelt, wat de omstandigheden zijn, wordt niet uitgelegd. Het moet wel Spanje zijn, met die droogte en de verwijzingen naar de katholieke kerk. Het jongetje heeft geen naam. Niemand heeft een naam. De personages heten 'de jongen', 'de geitenhoeder', 'de rechter', 'de assistent van de rechter', 'de vader', 'de invalide', 'de hond', 'de ezel', 'de geiten'. Ooit, vóór de droogte, was het een welvarend gebied, stad en ommeland, met graanvelden, wegen, spoorwegen, station.
Wanneer hij eindelijk uit de kuil klimt en gaat lopen treft 'de jongen' een oude geitenhoeder, die hem onder zijn hoede neemt. Vrijwel woordeloos. Die leert hem de noodzakelijke kennis om te overleven. Ze trekken 's nachts en verstoppen zich overdag, voor de 'rechter' en zijn trawanten. Het leven bestaat uit eten en water zoeken in dit verdroogde vijandige land. Verwondingen verzorgen. De dieren verzorgen. Het is heel basaal fysiek. Haast onvoorstelbaar in deze overgeorganiseerde gemechaniseerde gedigitaliseerde wereld waarin we nauwelijks contact meer hebben met de aarde.
Het is een soort van mooi dat de oude geitenhoeder hem nog iets van moraal/ethiek kan meegeven in een wereld waar geen moraal meer lijkt te gelden. Aan het eind sterft de geitenhoeder, begraaft de jongen hem, wat een zware klus is in de keiharde uitgedroogd grond, en gaat hij alleen verder, maar met de hond, de ezel, drie geiten. Maar niet wanhopig.
Het is erg mooi geschreven, het sleept je helemaal mee, het is een angstaanjagend idee, zeker in een tijd waarin zoveel burgeroorlogen beginnen, denk aan Syrië met miljoenen mensen op de vlucht, of het explosieve Egypte, om maar een paar van die landen te noemen. We kunnen ons nu wel veilig voelen in het momenteel rustige Europa, maar dat is geen garantie.
Op het omslag staat een quote uit het Parool: 'Verbijsterend wat een boek met je kan doen.' Wat wil deze quote zeggen? Wat dit boek met mij deed? Onrust. Huivering voor een wereld die ook zo weer onze wereld zou kunnen worden als er geen welvaart, geen water, geen voedsel, geen vrede meer zou zijn. Bewondering voor de verbeeldingskracht en straffe schrijfstijl.