Mijn Bunnik-fiets had ik tijdens mijn vakantie uitgeleend aan een collega, die dagelijks met de trein van de Bijlmer naar Bunnik forenst. En dan naar het werk loopt. Een kwartier heen, een kwartier terug. Elke dag. Hij was zeer verrast door mijn spontane aanbod.
Afgelopen weekend had ik hem niet kunnen bereiken voor de fietssleutel en dus kan ik vanochtend in de stationstalling alleen smachtend naar mijn Bunnikse fietsje kijken. Ik moet lopend van het station naar het werk. 15 minuten.
Uitlenen, denk ik, ik vind het zo normaal, maar moet je dat eigenlijk wel doen?
De fiets was na drie dagen kapot gegaan, vertelt de collega als hij mij het sleuteltje teruggeeft. Dus terug moet ik ook lopen en dan kan ik morgen de fiets naar de fietsenmaker brengen, wat ook weer veel lopen met zich meebrengt. Gezond, zullen we maar zeggen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten