dinsdag 6 maart 2018

Freetown

Als we laat in de ochtend eindelijk wakker worden schijnt de zon. Vogels kwinkeleren. Het huisjespark is vrijwel leeg, alle gezinnetjes zijn vertrokken. Wat zullen we gaan doen? vragen we, maar bij alles wat we opperen heb ik eigenlijk geen zin. Kopje ochtendkoffie buiten in de middag-zon. We hebben een aardige tuin aan een vijver. Daar ga ik zitten lezen. Er komen een paar eenden schooien. En een meerkoetje. En twee kauwtjes. Zo is het leven goed.

Ik lees ‘Freetown’ van Otto de Kat - pseudoniem van Jan Geurt Gaarlandt - is een van mijn lievelingsauteurs. Het is een dun boek, maar rijk gelaagd, precies waar ik behoefte aan heb en wat ik aankan. Hoofdpersoon is Maria, een vrouw van 68. Zij is van slag omdat ze jaren voor een zwarte jongen uit Sierra Leone heeft gezorgd en die is met de noorderzon vertrokken. Nu zoekt ze contact met Vincent, een psycholoog en oude minnaar, die ze al negen jaar niet heeft gezien of gesproken. Vijf jaar hadden ze een verzengende geheime verliefdheid, maar de dagelijkse levens met de echtgenoten gingen uiteindeljk voor. Hij met zijn Elisabeth, zij met haar Maarten.

Hoe zo’n jonge vluchteling uit Sierra Leone met wie je nauwelijks een woord kunt wisselen voor haar het verschil kan maken. Hij was hun krantenbezorger. Hoe groot de leegte is als hij zomaar weer verdwijnt. Nadat jaren daarvoor Vincent zomaar verdween.

Meer is het een verhaal over die grote stiekeme liefde. Die beter maar niet kon. En de leegte daarna.

Geen opmerkingen: