Uren bezig geweest in de tuinen. Bij Vechtweelde had ik een artisjok gekocht, een pastinaak, wat margrieten en wat bloemzaad. Maar wat nu waar? En wat eerst? Terwijl het gras de hoogte in schiet waar je bij staat. Het leidt tot aardig wat tuinstress.
En thuis is ook al heel veel onkruid en mos en onze heg groeit bij de buren te ver hun tuin in. Daar moet ook wat mee. Al die uitgebloeide bloembollen. Wat zal ik ermee? De blauwe regen die vorige week nog zo weelderig bloeide ligt nu overal in onze tuin en in die van onze buren. Als die beige blaadjes lopen naar binnen. En als dat allemaal weer een beetje op orde is vind ik dat héél opluchtend.
Ik vind tuinieren best enerverend, behalve fysiek ook psychologisch. Wat ik mij voorgesteld had - dat een tuin rustgevend zou zijn - ervaar ik niet altijd zo. Het is vooral wérk. Things to do. Tuinstress. Wat wel bijzonder is dat je van de staat van tuinstress op een gegeven moment toch in een staat van rust en tevredenheid terecht komt. Oude mensen willen op een gegeven moment naar een flat omdat ze de tuin niet meer kunnen.
Ik probeer wat literatuur over de psychologie van het tuinieren te vinden, maar veel is er niet. Behalve tientallen praktische gidsen zie ik vooral artikelen over chemische stofjes die de mens aanmaakt als zij/hij in de aarde wroet, die je een positief gevoel geven. Mensen met psychische problemen zouden zeer gebaat zijn bij tuinieren. Een psycholoog heeft het over mindful tuinieren: niet alles tegelijk doen maar één ding tegelijk. Het een na het ander.
Een titel gevonden en besteld bij de bieb: Tuinieren voor de geest.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten