Weer eens mee naar Auntie in Rotterdam. Daar ben ik al een tijd niet geweest. Meestal gaat Bobby eens in de 14v dagen op donderdagen rond drie uur half vier, en dan is altijd net het dansen voorbij. Nu gaan we een uur eerder, ook om het dansen mee te maken. Auntie kent me niet meer. Ze zegt 'U' tegen me en vraagt: 'Wie bent u? Bent u een bekende van Bobby?'
Het dansen is in het Grand Café. Er is een dansvloer vrij gemaakt en daar zitten de danslustige bewoners in een grote kring omheen. En dááromheen zitten de bewoners en hun familieleden die dat dansen en de sixties-muziek wel onderhoudend vinden, maar die niet van zins zijn mee te doen. In die buitenring zitten ook wij met Auntie.
Het dansen is in het Grand Café. Er is een dansvloer vrij gemaakt en daar zitten de danslustige bewoners in een grote kring omheen. En dááromheen zitten de bewoners en hun familieleden die dat dansen en de sixties-muziek wel onderhoudend vinden, maar die niet van zins zijn mee te doen. In die buitenring zitten ook wij met Auntie.
Het is allemaal even hartverwarmend en hartverscheurend. Er is een activiteitenbegeleidster of drie, en wat vrijwilligsters, schat ik in, die met allemaal gaan dansen. Heel toegewijd. Allemaal wachten ze geduldig tot ze gevraagd worden, niemand gaat uit zichzelf dansen. En zo blij. Enerzijds die verweesde Alzheimer-uitdrukking, anderzijds het plezier van de muziek. Je ziet dat de bewoners heel veel aan dat dansen en de muziek beleven. Auntie ook, ze zingt gezellig mee. ‘Meisjes met rode haren’ van Arne Jansen, om er maar een te noemen.
Er zijn ook echtparen waarvan de ene partner nog helder van geest is en de andere helemaal van het padje. De gezonde zingt de liefdesliedjes mee en de Alzheimer patiënt kijkt niet op of om. Ach. Dat is het hartverscheurende gedeelte.
Auntie is niet zo lekker en wil weer naar bed. Ze vindt het de hele middag erg dat ze me vergeten was en blijft herhalen hoe lief ze me vindt en hoe veel ze van me houdt.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten