Gisteren in het Louis Hartlooper Café na afloop van de 189 minuten durende film nam ik een overheerlijke Marokkaanse kikkererwten-linzensoep. Eerst dacht ik dat ik die vandaag thuis zou maken, maar nu heb ik mij eerst maar eens aan de Hollandse erwtensoep gewaagd. Dat heb ik nog nooit zelf gemaakt, ik geloof vanwege het ingrediënt schouderkarbonade. Ik heb er maar één door gedaan, de andere heb ik mijzelf gegund als middagmaaltje.
Het is wel een beetje veel geworden, maar dan moet ik maar wat invriezen. De soep bestaat uit 2 liter water, 500 gram spliterwten, 1 schouderkarbonaadje een uur koken. Daarna gooi je daar de groenten bij: prei, wortel, knolselderij en aardappel. Onderweg heb ik er ook nog wat spekjes en tuinerwten door gegooid. Dat moet een half uur. En dan aan het eind de rookworst erbij. Dus anderhalf uur: best overzichtelijk.
Aan tafel memoreren we de erwtensoepen van onze moeders. Daar zat een varkenspoot in. Bobby checkt ook nog even zijn oude Wina Born-kookboek. De hedendaagse (schouder)karbonade is natuurlijk een slap aftreksel van die varkenspoot.
Recept:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten