Het Deutsches Requiem van Brahms dus. Van tien tot half zeven. Een heuse marathon. De dirigente Yt Nicolai was geweldig. Wát een energie, en wat een jeugd en hedendaagsheid bracht zij in bij dit Requiem met zo'n 360 zestigplus-zangers. We deden allemaal vrolijk en ongeremd mee met de losmaakoefeningen.
Ze deed niet wat ik verwacht en gehoopt had: alle zangpartijen apart instuderen. We oefenden in een keer hele stukken. Patsboem, zo er zo in. Maat 234. Zonder begintoon. De meeste medezangers (ca 360) bleken thuis in een koor te zitten en en dit Requiem eerder gezongen te hebben. Nederig bekende ik aan deze en gene dat het mijn absolute debuut was en dat ik uit het geweld van de totaliteit de altpartij niet zo goed had kunnen destilleren en of ze het me maar konden vergeven als ik af en toe alleen maar wat zachtjes meeneuriede.
Yt wist de zaal tot ongekende hoogten op te zwepen. We mochten niet slepen, moesten puntig zingen. Vooral op de tel de klinker laten horen en de medeklinker net vooraf aan de toon of er net achteraan. En als we even weer gingen slepen gaf ze straf, met een knipoog. Een keer zei ze: 'Een goed lid verslapt nooit'. Alle zestigplussers hinnikten. Dat grapje zal wel vaste prik zijn bij elk gelegenheidskoor.
Maar eigenlijk ging het beter dan ik zelf had durven hopen. Mijn naaste buurvrouw bleek een zangeres/zangpedage van in de zeventig. Met zwarte gewaden, veel zilver en een knoet. Zij kon alles heel goed en heel luid, dus aan haar had ik nog eens houvast. 'Zingen is het beste wat je kunt doen', zei ze. 'Zingen is overal goed voor.' Ze had nog twee koren: een te Katwijk waar ze woonde en een te Nieuw Vennep.
Ik werd ook nog vriendinnen met een Engelse mevrouw, echtgenote van de priester van de Anglicaanse kerk te Utrecht. Ze woonde hier nu vier jaar en sprak redelijk goed Nederlands. Nederland vond ze een fijn land, alleen met het verkeer had ze moeite. Dat de auto's zo dicht op elkaar reden en dat de fietsers op de stoep reden.
Bobby luisterde naar de uitvoering om 17 uur. Hij zei dat het geweldig klonk. Dat is dan wel jammer als je tussen 148 alten staat, dat je die individuele stemmen - inclusief je eigen - zo hoort zoeken en miemelen. Toen ik ooit de Missa Brevis van Mozart in Paradiso heb meegezongen was die uitvoeirng 's avonds laat op de radio en kon ik alsnog meegenieten van dat fantastisch grote geluid.
8 november Meezingconcert Requiem van Mozart in de Westerkerk te Amsterdam
Yt wist de zaal tot ongekende hoogten op te zwepen. We mochten niet slepen, moesten puntig zingen. Vooral op de tel de klinker laten horen en de medeklinker net vooraf aan de toon of er net achteraan. En als we even weer gingen slepen gaf ze straf, met een knipoog. Een keer zei ze: 'Een goed lid verslapt nooit'. Alle zestigplussers hinnikten. Dat grapje zal wel vaste prik zijn bij elk gelegenheidskoor.
Maar eigenlijk ging het beter dan ik zelf had durven hopen. Mijn naaste buurvrouw bleek een zangeres/zangpedage van in de zeventig. Met zwarte gewaden, veel zilver en een knoet. Zij kon alles heel goed en heel luid, dus aan haar had ik nog eens houvast. 'Zingen is het beste wat je kunt doen', zei ze. 'Zingen is overal goed voor.' Ze had nog twee koren: een te Katwijk waar ze woonde en een te Nieuw Vennep.
Ik werd ook nog vriendinnen met een Engelse mevrouw, echtgenote van de priester van de Anglicaanse kerk te Utrecht. Ze woonde hier nu vier jaar en sprak redelijk goed Nederlands. Nederland vond ze een fijn land, alleen met het verkeer had ze moeite. Dat de auto's zo dicht op elkaar reden en dat de fietsers op de stoep reden.
Bobby luisterde naar de uitvoering om 17 uur. Hij zei dat het geweldig klonk. Dat is dan wel jammer als je tussen 148 alten staat, dat je die individuele stemmen - inclusief je eigen - zo hoort zoeken en miemelen. Toen ik ooit de Missa Brevis van Mozart in Paradiso heb meegezongen was die uitvoeirng 's avonds laat op de radio en kon ik alsnog meegenieten van dat fantastisch grote geluid.
8 november Meezingconcert Requiem van Mozart in de Westerkerk te Amsterdam
Geen opmerkingen:
Een reactie posten