Het weekend toen ik somberig te bed lag kreeg ik ook nog rode vlekken op mijn arm en pijnscheuten. Die scheuten liepen van mijn elleboog naar mijn wijsvinger. En in het hoekje van mijn schouderblad. Alleen links. De rode plekken werden rode blaasjes. O jé, zeiden we, zijn het waterpokken? Herpes? Gordelroos? Psoriasis? Wat nú weer?
De plaatjes bij deze aandoeningen zijn afschuwelijk. Vooral psoriasis. Ik google ze allemaal in een poging tot zelfdiagnostisering. 'Waar kijk jij naar?!?' krijst op het werk Jeannette. 'Waarom?!? Afschuwelijk!' Zij heeft een heel goed hart. 'Nou nou,' haast ik mij te zeggen, 'zo erg is het bij mij nou ook weer niet.'
Naar de dokter. Daar is wel wilskracht voor nodig, want als je eenmaal na een schier eeuwige in-gesprektoon binnen bent hang je nog een half uur in de wacht. Donderdag heb ik een gaatje, zegt de assistente. Nee, zeg ik, ik wil nú. Dan kan het ineens wèl.
Ze zeggen dat het bij alle huisartsen zo druk is. Ik ben diep onder de indruk van de doktersassistente die het een na het andere geagiteerde telefoontje rustig afhandelt. Al die mensen hebben natuurlijk óók al een half uur in de wacht gehangen.
Het is gordelroos, constateert de dokter. Herpes zoster. Hetzelfde virus als waterpokken. Iedereen draagt het bij zich. Bij verminderde weerstand kan het eruit schieten. Er is niets aan te doen. Het gaat vanzelf weer over. U kunt paracetamol of ibuprofen slikken tegen de pijn en zinkzalf smeren om de blaasjes sneller te laten indrogen. Het is niet besmettelijk. Het duurt ca tien dagen. Alleen als u zich ineens echt ziek voelt moet u meteen terugkomen.
Behalve zinkzalf koop ik ook maar doosjes paracetamol en ibuprofen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten