Liep Ari tegen het lijf, op Amsterdam Centraal. Ari is al een tijdje met sabbatical, maar bijna terug van weggeweest. Hij moest ook naar Utrecht en de trein had vertraging, dus we hadden wel een uur om samen het hele leven door te nemen.
Sabbatical, dat lijkt mij ook wel wat. Lekker eng, helemaal niets doen, geen taken, geen plichten, geen plannen. Je gaat er je huis van opruimen, hoor ik weer eens, tijd doorbrengen met familie en oude vrienden, beetje klooien, spitten, poetsen, rondkijken, wachten, reizen. Je schijnt je niet meer voor te kunnen stellen hoe vol je je dagen en je hoofd had in je arbeidszame leven.
Sabbatical, dat lijkt mij ook wel wat. Lekker eng, helemaal niets doen, geen taken, geen plichten, geen plannen. Je gaat er je huis van opruimen, hoor ik weer eens, tijd doorbrengen met familie en oude vrienden, beetje klooien, spitten, poetsen, rondkijken, wachten, reizen. Je schijnt je niet meer voor te kunnen stellen hoe vol je je dagen en je hoofd had in je arbeidszame leven.
Ter hoogte van Breukelen bereikten we het onderwerp van de onverwachte vreugden van het rijke roomse leven - onverwacht, omdat we beiden uit het protestantisme stammen, met fel anti-paapse sentimenten. Hij ging nu eerst nog vóór hij weer aan het werk ging in retraite bij de zusters Cistercienzers. 'Ik ga naar de wijfies', giechelde hij, 'al mijn vrienden verklaren me voor gek.'
Ik onthulde óók een beetje in het katholicisme verzeild te zijn geraakt en dol te zijn op de Engelse mis in de Sint Augustinuskerk aan de Oudegracht. Hoe mooi ik dat vrede groeten vind met de kerkgangers om je heen, vlak voor de eucharistie. Hoe moeilijk het eerst voor me was om iemand Vrede-van-Christus toe te wensen, want daar geloof ik allemaal niet zo in, maar dat ik wel heel mooi vind dat totaal vreemde mensen elkaar echt aankijken, echt zien.
Of ik dáár niet eens een column over kon schrijven, vroeg hij, dat mensen elkaar echt aankijken. Dat uitgevers en boekverkopers elkaar ook eens echt aankeken en echt zagen. En of ik hem een keer kwam ophalen voor die Augustinuskerk, dan ging hij mee. Of koffiedrinken na afloop.
Of ik dáár niet eens een column over kon schrijven, vroeg hij, dat mensen elkaar echt aankijken. Dat uitgevers en boekverkopers elkaar ook eens echt aankeken en echt zagen. En of ik hem een keer kwam ophalen voor die Augustinuskerk, dan ging hij mee. Of koffiedrinken na afloop.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten