Het is zo ver: ik zit in de campinghel. De zon is helemaal weg, het is koud en het miezert. En Neil, de eigenaar van het grasveld, heeft gisteren het hele veld gemaaid, maar niet het gras weggehaald.
Zo is het vakantieleven nu: een tent vol natte handdoeken. natte jassen en gras. Ik vind dit wel een beetje hel.
Na het douchen ga ik maar terug naar bed. Wat doet een kamperend mens met kou en regen? Een ritje met de auto? Naar een Museum? Hoe krijgen we morgen die natte troep in de auto???
Bobby belooft dat hij alles welgemoed zal aanpakken: de troep, het ontbijt. Dat was de deal. Vooralsnog zie ik als enige manier om ook welgemoed te blijven in bed. Dat is tenminste warm. En met een boek in bed is altijd feest.
Er is nóg iets leuks; er struint een zwarte kat over de camping. Af en toe komt hij bij mij. Ter herinnering aan Rooie en Gele. Ook deze mag ik niet over zijn buikje aaien, terwijl ik dat zo graag doe. Nu heb ik schrammen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten