dinsdag 13 februari 2018

De verzorgingsstaat

Zaterdag ging ik ook mee naar Soest naar de audioreparateur omdat ik graag even naar de boekhandel Van der Ven aldaar wilde. Dat vind ik een erg fijne winkel. Niet zozeer door de bouw en sfeer en inrichting, maar door het aanbod. Hun selectie en indeling spreken mij op de een of andere manier erg aan. Ik mocht maar één boek van mezelf en ik wilde mezelf verrassen. Het werd ‘Kind van de verzorgingsstaat’ door Rob van Essen (1963). Ik ken hem eigenlijk niet, heb nooit iets van hem gelezen. Wel zag ik een paar maanden geleden een interview met hem bij VPRO Boeken, maar dat was naar aanleiding van alweer een nieuwer boek. Toen had ik geen neiging dat te kopen. 

Dit boek is nog van 2016. Het behandelt het opgroeien in de welvaartsstaat en het verzorgingssysteem van de jaren zeventig en tachtig, toen er voor alles en iedereen uitkeringen waren, een vangnet voor iedereen die op welke manier dan ook buiten de boot viel. Ik heb zelf het idee dat de samenleving toen vriendelijker en idealistischer was dan nu. Dat het nu harder en ieder-voor-zich is. 

Het is een onverwacht boek, literairer en zoekender dan ik dacht. Ik verwachtte een vergelijking van de maatschappij toen en nu, maar het is meer een persoonlijk levensverhaal aan de hand van woonadressen en een beschrijving van de architectuur en herinneringen aan de jaren daar in die respectievelijke wijken en straten. Het gaat maar zijdelings over de ouders en de liefdes. Het doet een beetje denken aan ‘Kleine filosofie van het rijtjeshuis’ door Pieter Hoexum. dat ik jaren geleden kocht, toen bij Roelants in Nijmegen. Blijkbaar koop ik zulke boeken als ik mij buiten mijn normale omgeving begeef.

Van Essen is zes jaar jonger dan ik maar toch wel onderdeel van dezelfde generatie. Uit een orthodox gereformeerd milieu, opgegroeid op de Veluwe in diverse dorpen. Later verhuisd naar Amsterdam-Oost. Het begint met een beschrijving van Amsterdam Buitenveldert, waar hij toevallig terecht kwam en waar herinneringen opwellen aan bezoeken van vroeger aan een oom en tante van hem die daar woonden. Die wijk is qua bouwstijl verwant aan de wonderlijke jaren zestigwijk Angelslo te Emmen waar ik een deel van mijn kindertijd en mijn puberteit doorbracht. Waardoor ik altijd een snik van herkenning voel in wijken als Buitenveldert en Overvecht die in dezelfde tijd uit de grond getrokken werdenï.

Hij kan met veel verwondering filosoferen over rijtjeshuizen en galerijflats. Van Hoexum deed dat over de rijtjeshuizen en woonerven van de jaren tachtig te Purmerend waar hij als jong gezin terecht kwam omdat die huizen nu eenmaal betaalbaar waren en helemaal niet zo kwaad als hij gevreesd had. Voorspelbaar en sociaal en eigenlijk paste hij daar beter dan hij gedacht had. 

Van Essen woont nu geloof ik op een bovenwoning in Amsterdam-oost en hoewel hij het daar tot nu toe verder niet over heeft past hem beter dan een rijtjeshuis of een galerijflat. Galerijflats staan voor wie er niet wont ook bekend als horrorplekken, maar ooot had ik een jaar verkering met een persoon die 10 hoog in zo’n galerijflat te Haarlem woonde en dat was veel minder verkeerd dan ik dacht. Ruim, licht, fantastisch uitzicht en betaalbaar.u

‘Kind van de verzorgingsstaat’. Ik kan het boek aanraden voor mijn generatie omdat het je anders terugbrengt naar je jaren van herkomst en je levensloop dan anderen deden. Toen ik halverwege was ben ik wat recensies en interviews gaan lezen en hij is geloof ik kritischer op de verzorgingsstaat dan ik dacht. Hij was voortijdig schoolverlater en heeft heel lang in een uitkering kunnen leven. Veel te lang. Een streng christelijk opgevoed jongetje dat opgroeide als links jongmens dat in zekere zin door de vetzorgingsstaat gepamperd werd en niet volwassen. Gekweld door levenslangst en depressies.

In de jaren tachtig was er grote economische crisis en had ik ook een uitkering, maar ik heb dat toch anders beleefd dan hij. Dat was aan de ene kant fijn omdat je je in allerlei idealistische projecten kon ontwikkelen. Bij mij waren dat de vrouwenboekhandel Xantippes en redacties van bladen als Homologie en Surplus en de Vrouwenboekenweek. En eind jaren tachtig begin jaren negentig werden al die freewheelers uit de uitkering geduwd. Blijkbaar heeft het bij deze Van Essen langer geduurd. En heeft hij zich uiteindelijk tot schrijver kunnen ontwikkelen. 

Het is mooi om werk van generatiegenoten te lezen die een vergelijkbaar levensloop hebben. De straat op de cover van het boek doet denken aan de straat waar Marg opgroeide. 


Geen opmerkingen: