Het Vondelpark is krankzinnig druk, met honderden, zo niet duizenden fietsende, hollende, rolschaatsende, scatende en wandelende mensen op de paden, en op de grasvelden groepen barbecuende, picknickende, borrelende mensen alsook geparkeerde fietsen. Een echt overbelast park. Stadse idiotie. Wat een verschil met het Flevopark, dat hierbij vergeleken puur natuur is.
Will en ik kuieren door het park op weg naar restaurant Gent aan de Schinkel aan de Schinkelkade. Toen ik in de Jordaan woonde was dat een van onze vaste zondagmiddagwandelingen. Zij is daar nog steeds buurtbewoner en tennist ook bij Tennisvereniging Het Kattenlaantje, al jaren. Zij komt in die massa voortdurend bekenden tegen. De Wereldstad als Dorp.
Het zit daar zó heerlijk, buiten, bij Gent aan de Schinkel. Oktober!
Tegen negenen lopen we in het aardedonker weer terug. Helemaal leeg is het Vondelpark nooit, er fietsen daar dag en nacht mensen, maar er is inmiddels wel een soort rust teruggekeerd.
Jarenlang deed ik drie keer per week om 07.15 uur één rondje hardlopen hier. Met toenmalig collega Ellen. Zomer en winter deden we dat. Om die tijd was het park weer fris vers, al stonk het er zomers wel erg naar afval en etensresten en was het rond de te kleine prullenbakken vergeven van de pizzadozen en lege bierblikken. We verzamelden ons voor het Filmmuseum dat nu anders heet, maar dat we in de volksmond nog steeds het Filmmuseum noemen. Vooral 's winters in het diepe duister was dat een groot genoegen.
Vandaag is het nog zo idioot zomers dat we het zonder jas nog warm hebben. Van mij mag het wel echt herfst worden.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten