30 april. Het huis begint naar taart te geuren. Twee maak ik er vandaag; een appelkruimeltaart en een yoghurttaart. De eerste geurt, de tweede staat te stijven.
Dit jaar heb ik er een heel leuk maatbekertje bij. Een detail uit de nalatenschap van Mutti. Net als het theelichtje een ernstig gewild ding voor mij, dat gelukkig niemand anders ook wilde. Dus we hoefden niet te dobbelen.
Dit maatbekertje doet me herinneren aan de kokoscake die Mutti elke zaterdag bakte, voor de zondag. Mutti was geen kookwonder, maar dat wist ik toen nog niet. Ze maakte kokos-cake voor de zondag, en soms zandkoekjes, die vaak te bruin werden. Maar toch vond ik haar heel knap. Ik verkeerde als zij bakte graag in en om de keuken, om de beslagkom uit te likken. Er staat een eenheid op voor mee, suiker, rijst, griesmeel, cacao, aardappelzetmeel... Blijkbaar had je toen nog geen keukenweegschalen. Of was dat luxe.
Toen ik groot werd verwierp ik alle vrouwelijke en huishoudelijke kwaliteiten, ik leerde noch koken noch bakken, en huishoudelijk werd ik een slons. Wel een creatieve slons, maar toch een slons.
En terwijl elders in de wereld de hel van Koninginnedag losbreekt sta ik glanzend van genoegen in de keuken! Het kan verkeren, zullen we maar zeggen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten