vrijdag 11 februari 2011

FOUT

'Dag mevrouw Theodora, we wilden eens informeren hoe uw nieuwe bril bevalt!' Wat krijgen we nu? 'Biedt u mij spontaan nazorg?' Ze hadden me zo bezworen dat ik eerst moest wennen, dat ik nog niet had durven bellen. Ik dacht: na een wéék misschien.

De positieve en negatieve bevindingen zijn duidelijk uitgekristalliseerd. Met de onscherptes in de ooghoeken moet ik leren leven, dat begrijp ik. Veel met het hoofd links en rechts draaien. Blij ben ik met het nu weer scherp zien van de disgenoot, van de maaltijd, de tv en de  computer.

Maar verder in de verte kijk ik nu bepaald onscherp en het lezen van krant of boek valt ook niet mede. Daar zie ik maar een heel klein stukje scherp, slechts één kolom in de krant. En ook niet een hele regel ion een boek. Moet ik dus licht hoofdschuddend mijn literatuur tot mij nemen. Terwijl ik graag een hele boekpagina in een oogopslag scherp wil zien. Tenslotte gaat ook het pianospelen tamelijk raar omdat ik mijn hoofd achterover moet kiepen.

De opticien schaamt zich een beetje en wanneer hij alles nog een keer opmeet moet hij toegeven: hij heeft het gewoon FOUT gedaan. Het is niet [+1] in de verte, maar [+ 0,5].  Hij is erg blij dat ik het allemaal zo vriendelijk opneem. Ach zeg, ik meneer, het is allemaal een groot avontuur. U zult het ook niet voor uw plezier doen, want nieuwe glazen, dat kost u neem ik aan geld. Inderdaad. En ik denk bij mijzelf - maar dat zeg ik niet - ik heb weer wat om te bloggen.

Als de opticien mij verzoekt mijn nieuwe bril achter te laten tot volgende week sputter ik tot mijn eigen verbazing: Moet dat? Ik wil niet meer zonder. Dan mag ik de bril mee. Hij zet de nieuwe glazen er volgende week wel in als ik ze kom halen.

Geen opmerkingen: