maandag 10 januari 2011

Erg erger ergst

Terwijl ik het leven allemaal al niet vind meevallen begin ik ook nog eens in het boek Haar naam was Sarah van Tatiana de Rosnay. Van dit boek zijn er inmiddels in Nederland een miljoen verkocht. Het is waarschijnlijk het bestverkochte boek van 2010. De uitgeefster heeft de schrijfster uitgenodigd om  ter gelegenheid van deze mijlpaal a.s. vrijdagavond een boottochtje over de Amstel te komen maken, en Hani501 en ik mogen mee. in het kader van ik-maak-ook-nooit-wat mee laat ik mij die kans iet ontgaan. 'Maar', mail ik de uitgeefster, 'ik ben waarschijnlijk een van de weinige Nederlanders die het boek nog niet hebben gelezen'. Ze stuurt me per ommegaande een exemplaar toe.

Ik heb de trailer van de film gezien en vond die zo erg dat ik die film echt niet wilde. Het is in één woord verschrikkelijk. Het verhaal over het joodse meisje is onverdragelijk erg en waargebeurd. De andere verhaallijn over het huwelijk van de journaliste is erg van voorspelbaarheid en platheid. En tezamen maakt het een onverdragelijk boek, maar wel verslavend. 'Het is echt een  "vrouwenboek",' zegt Vinnie.

Het verhaal: in de nacht van 16 juli 1942 wordt de 10-jarige Sarah met haar ouders opgepakt en naar het Velodrome d'Hiver in Parijs gebracht. Zij heeft ongezien haar kleine broertje in een kast verstopt en belooft hem later te bevrijden, maar Sarah wordt weggevoerd en ziet hem nooit meer terug. Zestig jaar later moet een Amerikaanse journaliste in Parijs een artikel schrijven over die gebeurtenis. Zij zoekt in archieven naar de ware toedracht en ontdekt een geheim van haar schoonfamilie. Ondanks het advies zich daar niet mee te bemoeien, probeert de journaliste het spoor van Sarah te volgen. De twee verhaallijnen worden beurtelings beschreven en vooral de ervaringen van Sarah geven de lezer een onthutsend beeld van de wreedheden rondom de deportatie.

Vandaag ben ik met Hani501 op een inkoopbeurs en praten we met diverse vertegenwoordigers over hun boeken,. Ze willen mij allemaal hun boeken te lezen geven. 'Nee',  zeg ik steeds, 'ik lees nu in Haar naam was Sarah. 'Hoe ver ben je?' vraagt Hani501. 'Ik ben op pagina 100, zeg ik. 'O', zegt Hani 501, 'denk je dat het op pagina 100 al erg is? Het wordt stééds erger!' 'Ze vindt zeker haar broertje dood in de kast,' opper ik.

Geen opmerkingen: