Elke Kerstvakantie staat er een - hopelijk onvergetelijk - uitje op de wensenlijst: en dit jaar gaat het naar Zwolle. Ik wil graag Museum De Fundatie zien en kijken hoe het Waanders in de Broeren vergaat. We zijn niet de enigen. In de krant staat deze week al dat het museumbezoek dit jaar zo is toegenomen. Vandaag is het een ware stormloop daar in dat museum te Zwolle.
We hebben 'Van Turner tot Appel', een keuze uit de eigen collectie, 'Marino Marini, schilder, tekenaar beeldhouwer', en 'Tropisch koninkrijk' met kunst van de Antillen. De afdeling 'keuze uit de eigen collectie', de vondsten uit de eigen catacomben, vind ik altijd een groot genoegen: deels is het een feest van herkenning, deels een feest van ontdekking.
Welke ik mooi vind: 'Papillons' van Francis Picabia, met vrolijke witte paarden zo licht dat ze welhaast vlinders lijken. 'Landschap bij maanlicht' van Charles-François Daubigny, een prachtig mij onbekend landschap van Mondriaan, en een realistisch portret van de dochter van de kubist Gino Severini. Ze zit er - hoewel behoorlijk opgedoft met blauwe parelketting - toch een beetje sneu te poseren voor haar pa.
En dan Marino Marini. Ik zag een man te paard-beeldhouwwerk van hem in het Peggy Guggenheim in Venetie. Paard raar, man raar, en man te paard had opgeheven pikkie. Verder weet ik niet veel van de kunstenaar. Nu zien we dat hij drie thema's heeft: mannen te paard, weelderige aardse vrouwen, en circusartiesten. Dat zijn wel mooie woorden voor een opstel, een samenhangend essay.
Bij Waanders in de Broeren is het weer een feest om te zijn. Lekker lunchen, bombol blije mensen. Bobby, die ik daar al enige maanden van heb proberen doordringen, is het gelukkig helemaal met me eens. Goeie ambiance, zegt ook hij, mooie keuze boeken, geweldige cadeautjes. De ultieme cadeauwinkel. Ik koop er dus maar de cadeaus voor zíjn verjaardag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten