Bij het Zandmeertje in de Emmerdennen heerst een rupsenplaag. Alle bankjes zitten vol rupsen en ze hangen ook uit draden uit de bomen. Het zijn hele kleine dunne lange rupsjes van een genre dat ik nog nooit gezien heb. De meeste rupsen die ik ken zijn dik en geel met harige poten. Deze Drentse rupsenplaag beweegt zich heel grappig voort, in een soort driekhoekje. Gelukkig is er op internet weer een gek te vinden met rupsen fotograferen als hobby: Albert Jacob Wit. Maar die uit de Emmerdennen staan er niet bij.
Er is veel veranderd sinds mijn vorige bezoek aan de Emmerdennen begin april. Toen was er nog geen groen, nu schettert het je tegemoet. In het Zandmeertje staan schitterende lisdodden te bloeien. Als het lisdodden zijn. Mutti denkt dat het narcissen zijn en Bobby zegt lelies. Maar ik denk dat lelies niet in een bosmeertje staan. Alle drie hadden we ongelijk, het is de gele lis.
In april hadden de Polen hun jeu de boule-baan al wel aangeharkt, maar zelf waren ze nog in geen velden of wegen te bekennen. Nu hebben ze zich wonderbaarlijk vermenigvuldigd: er zijn er wel een stuk of twintig. Ze hebben vandaag heel diverse ballen, qua materiaal en grootte. Maar ze zijn groothartig en alles mag. Hún vermeerdering zou ik geen plaag willen noemen, ze zijn hartverwarmend aan het spelen. 'Vinden jullie mannen niet ontzettend simpel, als je dat ziet', vraagt Bobby. 'Gewoon een beetje met ballen gooien, pilsje drinken, sigaretje roken, en ze zijn tevreden.' Nee, zeggen wij. Het is eerder jaloersmakend, deze eenvoud.
Moederdag is het. Vorig jaar waren we met Moederdag te Maassluis, herinner ik me ineens weer, omdat ik toen onze genante Moederdagsong voor Bobby's Mutti zong. Nu te Emmen. Voor mijn eigen Mutti zing ik het niet. Mutti heeft al drie bossen bloemen. Rode en witte anjers van Ausje. Rozen van Zuslief uit Duitsland en ik voeg aan het palet een zachtgele mengbos toe met grote groene sierbladeren. Behalve dat ik nu wel kook doen we hetzelfde programma als de vorige keer, na het Zandmeertje weer toeren langs Emmercompascuum, Weerdinge en Valthe naar de Schaapskooi te Exloo. We zijn nu een uurtje later op schema, dus de schapen zijn nu wel terug in de Kooi. Ze zijn helemaal stil. Eerder dit jaar op de grote stille heide bij Zeist mekkerden de schapen enorm. Ik ontbeer toch een boel Kennis der Natuur.
In april hadden de Polen hun jeu de boule-baan al wel aangeharkt, maar zelf waren ze nog in geen velden of wegen te bekennen. Nu hebben ze zich wonderbaarlijk vermenigvuldigd: er zijn er wel een stuk of twintig. Ze hebben vandaag heel diverse ballen, qua materiaal en grootte. Maar ze zijn groothartig en alles mag. Hún vermeerdering zou ik geen plaag willen noemen, ze zijn hartverwarmend aan het spelen. 'Vinden jullie mannen niet ontzettend simpel, als je dat ziet', vraagt Bobby. 'Gewoon een beetje met ballen gooien, pilsje drinken, sigaretje roken, en ze zijn tevreden.' Nee, zeggen wij. Het is eerder jaloersmakend, deze eenvoud.
Moederdag is het. Vorig jaar waren we met Moederdag te Maassluis, herinner ik me ineens weer, omdat ik toen onze genante Moederdagsong voor Bobby's Mutti zong. Nu te Emmen. Voor mijn eigen Mutti zing ik het niet. Mutti heeft al drie bossen bloemen. Rode en witte anjers van Ausje. Rozen van Zuslief uit Duitsland en ik voeg aan het palet een zachtgele mengbos toe met grote groene sierbladeren. Behalve dat ik nu wel kook doen we hetzelfde programma als de vorige keer, na het Zandmeertje weer toeren langs Emmercompascuum, Weerdinge en Valthe naar de Schaapskooi te Exloo. We zijn nu een uurtje later op schema, dus de schapen zijn nu wel terug in de Kooi. Ze zijn helemaal stil. Eerder dit jaar op de grote stille heide bij Zeist mekkerden de schapen enorm. Ik ontbeer toch een boel Kennis der Natuur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten