zondag 14 januari 2018

Geluk

In onze bibliotheekkamer ligt op tafel een klein boekje van Herman Pleij, getiteld ‘Geluk!? Van hemelse gave tot hebbeding’. Bobby meent dat ik het ooit meebracht van de redactie, omdat ik dacht dat hij dat leuk vond. Dat is geloof ik niet zo. Het is het essay bij de afgelopen Maand van de Geschiedenis 2017. Het thema van die Maand was ‘geluk’, door de eeuwen heen wel te verstaan, en dat begrip werd gedurende die maand op vele wijzen geëxploreerd. Ik snap die themaweken als marketing-instrument en laat ze daarom meestal aan mijn voorbij gaan. Maar later kunnen ze je toch ineens verrassen.

Dus ga ik dat boekje maar eens lezen. Herman Pleij ken ik eigenlijk alleen  televisieoptredens bij praatprogramma’s, hij hoort tor de categorie zeer welbespraakte geestige wetenschappers. Hij is emeritus hoogleraar Middeleeuwse letterkunde en een begenadigd causeur. Alleen al de manier waarop hij spreekt maakt het de moeite van het luisteren meer dan waard. Zo’n specifieke kennis en zo knap die naar een algemeen publiek over te brengen.

Maar bij dit boekje gaat het toch een beetje mis. Hij begint met een geestige verhandeling over het menselijk zoeken naar geluk dezer dagen, waarbij geluk een veel te breed containerbegrip geworden is. Geluk is een must, bijna een plicht. Geluk is een moment dat je af en toe komt aanwaaien, en vaak ook niet, maar wij hebben het gevoel dat geluk maakbaar is met mooie uitstapjes, lekker eten, luxe wellness producten, meditatie, kunst. Anyhow, daar gaat het eerste hoofdstuk over en het is puur genieten, zijn observaties, zijn brede kennis en geestige rijke woordkeus. 

Maar dan stapt hij over naar hoe de kerk in de Middeleeuwen de mensen afhield van welk geluksgevoel dan ook, vooral seksueel genot/geluk, want het geluk was gereserveerd voor het hiernamaals. Waarom? Een paar hoofdstukken is het wel onderhoudend, want Pleij is nu eenmaal onderhoudend, maar na verloop van tijd dan denk je: Why? Als ik wat resensies googel blijken de recensenten het allemaal met mij eens. Hij is bezig met een proefschrift over erotiek in de Middeleeuwen, en dit zijn wat vingeroefeningen ofzo.

Het is wel een aardige toevoeging aan mijn persoonlijke leesgeschiedenis. Tót ik uit huis ging las ik uitsluitend uit de bibliotheek. Mijn studiejaren begon ik een bibliotheek te bouwen kocht ik vooral boeken bij De Slegte en bij de ECI (steeds weer die aanbieding: 3 klassiekers voor een tientje). En een van de eerste nieuwe boeken die ik kocht was ‘Geluk is ook niet alles’ van Paul Watzlawick.


Geen opmerkingen: