vrijdag 25 september 2009

De huisartsen des levens

Van de huisarts wil ik graag een mening over het advies van de craniosacraal-therapeute om een guasha-behandeling te ondergaan. Dilemma: die weet daar waarschijnlijk niets van af. Toch ga ik weer naar hem toe. 'Dokter, wat mag een mens van zijn/haar huisarts verwachten? Zoals u mijn klacht bijna negeert, uw benadering noodzaakt mij mijn heil te zoeken bij alternatieve genezers, waar u dan laatdunkend over bent. Hoe ziet u dat? Ligt het aan mij? Ligt het aan u? Ligt het aan Het Systeem?'

We krijgen een goed gesprek. Hij weet het ook niet, geeft hij toe. En ja, die alternatieven, die kunnen aandacht geven. Die hebben tijd. En aandacht is helend. Vroeger kon hij dat ook, aandacht geven, maar nu kan dat niet meer. En de paramedische zorg of de alternatieven, hij kan er inderdaad weinig zinnigs over zeggen. De een heeft het in de vingers en de ander niet. Dat is zijns inziens onafhankelijk van de discipline. Ik moet maar naar Riekje, manueel therapeut. Die heeft het in de vingers. Als Riekje het niet kan, dan kan niemand het.

Hoe prettig het gesprek ook is, het is niet bevredigend. Ik wil iemand die verstand heeft van de Oosterse geneeskunde. Ter verkenning ga ik op bezoek bij een huisarts die ook acupunctuur doet. Hij zit in de antroposofische hoek. Een paar mensen die ik ken zijn wel eens bij hem geweest. 'Dokter, wat zou ú doen als ik bij u kwam met voortdurende klachten over pijn aan arm, nek en schouder?' Hij zou acupunctuur doen. En verder zegt hij: 'Het is opmerkelijk dat de pijn begon en erger werd tijdens uw vakanties. Dat wijst niet op RSI.' En: 'Ik zou een longfoto laten maken, want je weet maar nooit en je wilt niet achter iets over het hoofd gezien hebben'. Huh? 'Nou ja, ik wil u niet de stuipen op het lijf jagen, maar ik zou graag uitsluiten dat het kanker is'. Ter plekke besluit ik de overstap naar deze arts te wagen. We spreken af dat ik eerst drie keer naar Riekje ga, en als dat dan niet helpt, dan gaan we acupunctuur doen.'

Het gesprek heeft mijn oorspronkelijke dokter aan het denken gezet. Er ligt ineens een handgeschreven brief van hem in de bus. Dat hij er nog eens over nagedacht heeft en dat ik maar weer voor een breed bloedonderzoek naar het OLVG moet.

Geen opmerkingen: