Klepklep, doet de brievenbus. Het klinkt als een zin uit een kinderboek. Ha! de post! Een welkome afleiding dezer dagen. Folders, bankafschriften en een overlijdenskaart. Wie zou dat zijn, ik weet van niets. Annelies. Hemel. Dus de borstkanker, die ze een jaar geleden hoopte overwonnen te hebben is teruggekeerd? Och arme.
Annelies (op de foto naast mij) ken ik sinds 1985, toen wij vanuit toen nog feministische boekhandel Xantippe de Amsterdamse en de landelijke Vrouwenboekenweek organiseerden. We waren allemaal tegen de dertig. Annelies deed samen met Will de pr. Rolien (rechts) en ik waren de directrices van alles. Dankzij de geweldige pr verschenen we in alle kranten en weekbladen. Deze foto was gemaakt voor weekblad De Tijd (dat later fuseerde met HP). Gemaakt door Wendela Hasselaar. Dat waren nog eens tijden. De economische crisis van de jaren tachtig. We waren officieel werkloos, maar o! wat een activiteit en creativiteit.
In de jaren daarna vormden we met een aantal andere vrouwen de redactie van Surplus dat wij oprichtten. We hadden relatief veel succes voor zo'n onafhankelijk blaadje. Ik weet het nog goed: Annelies schreef haar eerste stuk over Elfriede Jellinek en later ook over andere Oostenrijkse schrijfsters. Ik herinner me het nog bijna letterlijk, zo mooi schreef zij. 'Nooit wil ik leven in land zonder havens', eindigde dat eerste stuk van haar. Ik hoef het niet eens op te zoeken. Nooit zou ik haar kunnen evenaren, wist ik. Ik was trots op zo'n vriendin.
Annelies was zo krachtig, zowel als persoon als in haar taal. Ze wilde schrijfster zijn. Ze heeft dan ook een paar romans uit gegeven: voor zover ik weet een bij Perdu, en twee bij Arena. Geweldig rijk van beeld en taal en zeggingskracht. Helaas brak ze niet groot door.
We hebben jaren nadat we niet meer samenwerkten nog wekelijks gebiljart bij café Agnes aan de De Clercqstraat, samen met Will. Uiteindelijk liepen onze levens uiteen en we verloren elkaar een beetje uit het oog. We bleven elkaar wel zien, maar meestal niet vaker dan eens per een of twee jaar.
De laatste jaren kreeg ze borstkanker. Het was heel zwaar. We mailden regelmatig: 'We moeten elkaar gauw weer zien', maar het volle leven eiste zijn tol, bij mij. Het kwam er nauwelijks van. We hebben elkaar een paar keer gesproken. Een keer at ik bij haar thuis met Stan, en de dochters Lisa en Maria. Ontzettend leuke dochters. En we zaten nog een keer op het terras van café De Pieper bij mij om de hoek. Zij was weer volop aan het werk, lerares Nederlands. De laatste foto van haar en mij (bij Eylders, waar ik gisteren was, gemaakt door de Rozenman) is gemaakt op 30 september 2006. Precies drie jaar geleden.
'Dit in mij, open water, ik ben het veer dat kruist van oever naar oever, dat touw en kettingen schuren laat, ik doe het woord vlees worden, mijn lijf dat dit naamloze telkens opnieuw leert spellen.' (Annelies Passchier) staat bovenaan de rouwkaart.
In Memoriam Annelies' school
In de jaren daarna vormden we met een aantal andere vrouwen de redactie van Surplus dat wij oprichtten. We hadden relatief veel succes voor zo'n onafhankelijk blaadje. Ik weet het nog goed: Annelies schreef haar eerste stuk over Elfriede Jellinek en later ook over andere Oostenrijkse schrijfsters. Ik herinner me het nog bijna letterlijk, zo mooi schreef zij. 'Nooit wil ik leven in land zonder havens', eindigde dat eerste stuk van haar. Ik hoef het niet eens op te zoeken. Nooit zou ik haar kunnen evenaren, wist ik. Ik was trots op zo'n vriendin.
Annelies was zo krachtig, zowel als persoon als in haar taal. Ze wilde schrijfster zijn. Ze heeft dan ook een paar romans uit gegeven: voor zover ik weet een bij Perdu, en twee bij Arena. Geweldig rijk van beeld en taal en zeggingskracht. Helaas brak ze niet groot door.
We hebben jaren nadat we niet meer samenwerkten nog wekelijks gebiljart bij café Agnes aan de De Clercqstraat, samen met Will. Uiteindelijk liepen onze levens uiteen en we verloren elkaar een beetje uit het oog. We bleven elkaar wel zien, maar meestal niet vaker dan eens per een of twee jaar.
De laatste jaren kreeg ze borstkanker. Het was heel zwaar. We mailden regelmatig: 'We moeten elkaar gauw weer zien', maar het volle leven eiste zijn tol, bij mij. Het kwam er nauwelijks van. We hebben elkaar een paar keer gesproken. Een keer at ik bij haar thuis met Stan, en de dochters Lisa en Maria. Ontzettend leuke dochters. En we zaten nog een keer op het terras van café De Pieper bij mij om de hoek. Zij was weer volop aan het werk, lerares Nederlands. De laatste foto van haar en mij (bij Eylders, waar ik gisteren was, gemaakt door de Rozenman) is gemaakt op 30 september 2006. Precies drie jaar geleden.
'Dit in mij, open water, ik ben het veer dat kruist van oever naar oever, dat touw en kettingen schuren laat, ik doe het woord vlees worden, mijn lijf dat dit naamloze telkens opnieuw leert spellen.' (Annelies Passchier) staat bovenaan de rouwkaart.
In Memoriam Annelies' school
Geen opmerkingen:
Een reactie posten