Omdat drie ker per dag minstens twee uur bezoek best veel is, wordt de hele familie ingeschakeld. Ook de kleinkinderen. Nichtje is naar oma geweest. Heel bijzonder is het en mooi, vindt zij ook. Zoals je daar bij oma op de bank zit en haar handen vasthoudt en wonderlijke conversaties bezigt. 'Het ik-hou-zo-van-jou doet ze nu ook bij mij', vertelt Nichtje. 'Het is fijn om te horen, maar ook wel een beetje raar. Volgens mij weet ze niet eens meer wie ik ben!'
We hebben sinds Mutti in Wilnis is ook de zwagers ingeschakeld. Zij gaan nu alleen. Het is even wennen voor ze, om niet alleen de eindeloze verhalen en dilemma's van de partner aan te horen, maar ook zelf met enige regelmaat bij haar aan het bed of op de bank te gaan zitten. Sinds kort gaat Bobby ook. Hij is nog niet zo lang in de familie, dus echt hebben Mutti en hij elkaar niet leren kennen. De eerste keer had Muttti gevraagd: 'Wie bent u?' en het bezoek beleefd afgesloten met 'Dank u wel voor uw bezoek!' Maar nu was het al een stuk inniger. Hij rapporteert: 'Ze zegt het nu ook tegen mij: Ik houd zo van je'.
Nichtje en ik bespreken dat omstandig. Wij vinden het echt mooi dat Bobby nu helemaal in de gratie is, aar ergens knagen gemengde gevoelens. Dat Mutti die liedesbetuigingen zo gaat uitbreiden, betekent dat een opwaardering of een degradatie van die betuigingen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten