woensdag 22 december 2010

Het journaille

Naar  Selexyz Scheltema om vast te stellen wat er allemaal te zien is waar je wat mee zou kunnen. Sinds ik nu alweer bijna een jaar voortdurend in de auto zit op-en-neer en van-en-naar een oord met als cultureel hoogtepunt een Read Shop kom ik weinig zomaar in boekwinkels en lees ik weinig. Misschien meer dan menig ander, maar voor mijn doen weinig. Vanmiddag maar eens naar de boekhandel  - die vorig jaar nog mijn buurtboekhandel was - en  die gezien de behaaglijkheid van tram 14 ook best mijn buurtboekhandel kan blijven. Ik doe allemaal ideeën op en scoor ook nog een nieuwe agenda 2011, plus drie boeken. 

Je hebt het niet van mij van Joris Luyendijk heb ik er inmiddels uit. In drie maanden vierde druk. Over samenspel tussen journalisten, voorlichters, politici. de mediatrainers en de lobbyisten. Een kluwen van mensen die elkaar nodig hebben en gebruiken. Luyendijk liep er een maand rond en praatte met iedereen. Het verhaal is een 'analyse', een geabstraheerd verhaal van een afstand, bijna zonder bronnen. Terwijl je weet dat hij daar te Nieuwspoort met Jan en allemaal heeft staan kletsen, kopje koffie, lunch, kopje thee, biertje, eten, borrel...

Ik vind het heerlijk om te lezen. Het is herkenbaar. Het is een spel dat wij ter redactie ook spelen, dan wel kleinschaliger, maar toch - binnen de wereld die wij bedienen spelen vergelijkbare spelregels. Ik-zeg-dit-off-the-record'. 'Nee wat je nu vraagt, dat is nog onder-de-rechter. Daar komen we op zijn vroegst in januari mee naar buiten.' Bij interviews probeer je de mensen vrijuit te laten praten, want anders is hun taal van bordkarton. Je belooft dat ze het-mogen-lezen. Ze kuisen doorgaans andere dingen dan je verwacht. Wij maken veel voorspellingen en grappen over wat he bronnen gaan zeggen als je ze belt. Maar toch: ook wij houden ons aan de ongeschreven regels. Het is een vak van nette mensen, de journalistiek. Net als overal. Pownet is anders, die treden de regels met voeten.

Joris Luyendijk is daar te Den Haag net zo bezig als wij. Zoeken, proberen, uithoren, sussen, vrienden maken, vrienden blijven... Van mij mogen journalisten veel meer uit de school klappen. Luyendijk blijft zo algemeen, mede omdat hij zijn eigen  toekomst als journalist ook niet op het spel kan zetten. Daar is hij eerlijk over. In die zin valt het boek ook wel tegen. Omdat het schreeuwt hoeveel hij verzwijgt. Hij houdt zich te netjes aan de spelregels die hij bloot wil leggen.

Geen opmerkingen: