zaterdag 4 juli 2009

Hersengymnastiek

Leen en Ekfa hebben het druk. Het leven loopt hen om. Hard werken, Riemer naar school, leuk vrienden te eten krijgen... Ik zie het aan de plantenbakken. Vorig jaar stond alles daar tierig in te bloeien, nu staan er alleen maar dode bloemen in. 't Is dat ik zelf net mijn balkons aangepakt heb waardoor het bij mij nu ook weer blaakt. Het lijkt wel of ik groene vingers heb. Je moet wel een half uur per dag gieteren, maar dan héb je ook wat.

Leen zegt dat het niet alleen bij de plantenbakken maar overal te zien is dat het hen een beetje omloopt: de speelgoedhoek van Riemer puilt uit, overal stapels kranten... Die heeft Leen speciaal voor mij onder de eettafel verstopt, zodat het toch nog een beetje ordentelijk oogt. Ik kruip onder de tafel om te kijken of er nog wat gespreksstof in steekt. Eén boek lijkt me wel aardig: Mind Gym, Relaties. Wat is dat? Wat hebben jullie eraan?

We doen over en weer een aantal voorbeelden van relationele conversaties die - zou je zeggen - bijna nergens over gaan en tot spanningen kunnen lijden.

Voorbeeld A:
A moet 's avonds na het eten nog uren werken. B kijkt dan maar naar tennis op tv, want veel gezelligheid beleeft ze niet aan A. A, zich van geen kwaad bewust, vraagt op een gegeven moment in de ruimte: 'Zal ik koffie zetten?' Zij krijgt geen antwoord en zet dan maar koffie voor zichzelf. Uren later explodeert dit. B blijkt de hele vraag niet gehoord, maar vindt 'm ook niet goed gesteld. Ze voelt zich er niet door aangesproken. Als je iemand wat vraagt moet je CONTACT zoeken en een meer specifieke vraag stellen, zoals: 'Wil jij koffie?' Dat is wat Mind Gym je leert: contact maken en concrete vragen stellen.

Voorbeeld B.
A heeft het druk gehad en moet in het weekend vele huishoudelijke klusjes doen. Zij vraagt aan B of die het stofzuigen voor zijn rekening wil nemen. Ja zegt B. Maar het weekend vordert en vordert en op zondagmiddag gaat A dan maar zelf stofzuigen. Nadat A driekwart van het huis heeft gestofzuigd komt ze aan bij de bank waar B. prinsheerlijk ligt te lezen. A kijkt ontstemd. 'Is er wat', vraagt B. 'Nee hoor', zegt A. 'Ik krijg de indruk van wel,' zegt B. 'Nou ja, ik heb je gevraagd te stofzuigen wat ik al héél moeilijk vind en dan zeg ja ja maar dan doe je het niet. Nou dan doe ik het zelf wel.' 'O,' zegt B. 'ik dacht dat je ineens zin had. gekregen.' 'Zin in stofzuigen? Ik?' Enfin, volgens de Mind Gym was de juiste vraag geweest: 'Wil je voor mij stofzuigen en wel nú?'

Geen opmerkingen: